TERUG NAAR ARTIKEL

DOORBRAAK IN UFOLAND

Door: Jelle Boonstra

Voor: De Stentor

2 februari 2008

http://www.destentor.nl

(Met toestemming van Jelle Boonstra overgenomen)

Ufo's: unindentified flying objects. Verschijnselen aan de hemel, die je met de huidige stand van de wetenschap niet verklaren kunt. Wat het zijn? De media en het grote publiek hebben zich zuchtend van het thema afgewend. Een halve eeuw discussie over de waarde van de waarnemingen bracht een verklaring geen millimeter dichterbij. Iedereen werd ufo-moe.

En nu kantelt het onderwerp opeens een halve slag: Engeland opent vanaf 11 april de militaire dossiers met onderzoek naar 7000 ufo-meldingen. Frankrijk deed vorig jaar hetzelfde en verklaarde dat voor 25 procent van de bestudeerde 'sightings' geen natuurwetenschappelijk verklaring is gevonden. En 500 wetenschappers, militairen en piloten in de VS roepen steeds harder om openheid. Wat speelt er?

Jan Blei uit Zwartsluis (52) en Erwin Noorman (45) uit Meppel zijn al jaren gefascineerd door het fenomeen. En ja - luidt hun geloofsverklaring - voor de volle 100 procent zijn ze ervan overtuigd dat er ufo's zijn, onverklaarbaarheden in het zwerk. Tegelijk beschouwen ze zichzelf als serieus en kritisch. Uit hun mond zul je dus niet horen dat ufo's ruimteschepen zijn, dat er een buitenaardse intelligentie achter moet zitten, dat de Goden kosmonauten waren of dat een galactische federatie weldra met de wereldleiders in contact zal treden. Blei trekt een vies gezicht bij dit soort speculaties. Hij is manager in de gezondheidszorg, z'n hobbymaat Erwin is welzijnswerker en beiden zijn ze van het type 'meten is weten'. "We houden het bij stap één: zoek naar hoogwaardige feiten en breng die zo goed mogelijk in kaart." Op hun internetsite (www.ufoplaza.nl) mogen mensen melden wat ze zien - en ze worden er kritisch gewogen. Veel 'unidentified flying objects' blijken uiteindelijk 'identified flying objects' te worden: in 9 van de 10 gevallen verklaarbaar: verre landingslichten, vliegtuig-condens, beschenen door de avondzon. Ook Thaise ballons zijn tegenwoordig populair. Maar dan blijft er altijd nog tien procent over, zaken die niet zomaar weg te redeneren zijn, zeggen ze.

Hoewel meer dan 55 procent van de Nederlanders volgens het CBS gelooft dat er 'meer tussen hemel en aarde is', is de reactie op bewijzen van ufo-fans vaak lauw. Die blijken ook vaak opvallend slecht gedocumenteerd en de vele complottheorieën ('de regeringen weten wat ufo's zijn maar houden het stil') maken het voor elke buitenstaander al snel tot een ondoordringbare jungle. "Daar komt bij dat films en foto's niets meer bewijzen. Sinds de komst van PhotoShop en andere computerprogramma's kan iedereen overtuigend een ufo fabriceren". YouTube toont er een mooi bewijs voor: een filmpje met een voorwerp dat spectaculair overkomt, gefilmd met bewegingsonscherpte en alles. Bij het inzoomen blijkt het dan 't 3D-woord 'wanco' te vormen: malloot! Jan Blei: "Aan films heb je dus alleen nog wat als tientallen mensen het verschijnsel zagen en de observatie door de radar wordt gestaafd".

Sinds 1993 is het ufo-onderzoek een stuk methodischer geworden. In Amerika gooide dr. Steven M. Greer het in z'n Disclosure project over een andere boeg. Hij ondervroeg - op video vastgelegd - honderden betrouwbare getuigen, wiens reputatie boven elke twijfel verheven is: militairen, astronauten, hoge officials, die zelf met onderzoek naar ufo's te maken hadden. Mannen van wie je een tweedehands auto durft te kopen, met toetsbare verhalen, die ook weer andere deskundigen meetrekken in hun openheid.

Jan Blei heeft wekelijks een programma op Radio Zwartewatersland, dat Shoreline heet ('een verkenning langs de kustlijn van onze kennis'). Een klein podium voor een groot onderwerp. Hij belt inmiddels de wereld rond. "Dit jaar lijkt de dijkdoorbraak wel te komen", zegt hij: het Britse ministerie van defensie gaf in januari toe dat de militaire inlichtingen dienst DI55 vijftig jaar lang stelselmatig ufo-meldingen bekeek. Vanaf 11 april komen de dossiers stukje bij beetje op het Internet, naar schatting tien miljoen aan pagina's. De namen van melders - vaak militairen - worden onherkenbaar gemaakt: data, tijden en plekken blijven zichtbaar. De Britse overheid vreest dat de lijnen overbelast raken vanwege de immense belangstelling.

Maar waar begin je te zoeken in de overdaad aan materiaal? "Oh, zonder twijfel naar het incident bij Rendlesham Forrest", zeggen ze. "Op deze militaire basis in Suffolk zagen tientallen getuigen in december 1980 drie avonden lang een ufo. Via de 'freedom of information act' kwam een rapport van basiscommandant lt-kol. Charles Halt al boven tafel. Daaruit bleek dat er radargegevens moeten zijn, foto's, films. Iemand zegt de metalen schotel te hebben aangeraakt. Op de landingsplek legden beta/gamma metingen een verhoogde straling vast." Hoogwaardiger is een melding niet te krijgen. Lakmoesproef twee is het dossier van een ufomelding van de bemanning in een RAF-bommenwerper. Op 26 mei 1977 werd hun Vulcan boven de Atlantische oceaan uren gevolgd door een Ufo. Eerst vóór het toestel, toen op exact vier mijl afstand - vastgelegd door de radar, tot het met enorme snelheid wegspoot. Vanaf april hopelijk te bewijzen met foto's en cockpitgesprekken.

Jan Blei denkt dat het een enorme sprong voorwaarts zal zijn. Al vijftig jaar lopen 'believers' en ontkenners in hun discussies hetzelfde rondje: deugen waarnemingen nu wel of niet? Met de militaire dossiers komt daaraan wellicht een einde. In Frankrijk werden in maart al 1600 ufo-dossiers geopenbaard. Gepensioneerde generaals mochten hun bevindingen over OVNI's (zo heten UFO's in het Frans) op de site van het Franse ruimtevaart agentschap CNES zetten. Zonder foto's helaas, verzuchten Jan en Erwin, zo dichtbij - en weer niets. De rol van militairen is opvallend: in Mexico lieten luchtmachtofficieren in 1991 en 2007 met cockpitfilmpjes zien hoe een ufo werd gevolgd. In België belegde kolonel Wilfried de Brouwer op 11 juli 1990 een persconferentie waarop hij de stipjes op de boordradar toonde vanuit een F-16 die een half uur een driehoekige ufo najoeg. "Eén van de beste meldingen uit Europa", zegt Erwin. Zes rijkswachters en honderden burgers zagen de ufo en ze vonden de foto die werd gemaakt 'zeer goed gelijkend'. De Brouwer werd vervolgens flink belachelijk gemaakt". Als generaal b.d. werkt hij nu bij het Rode Kruis in Geneve. Aan de pers-conferentie wordt hij niet graag herinnerd. "Kolonel ziet ze vliegen", bleek bij de Belgische media een populaire kop.

Militairen zijn ook de onverwachte kracht in het Disclosure Project. Tientallen van hen vertellen hoe ze onderzoek deden, of in opdracht foto's en films moesten maken en hoe die vervolgens achter slot en grendel gingen. Gooi het in de openbaarheid - dat is wat de lobby vraagt, waarin ook NASA-mensen en FAA-experts (die vliegtuigcrashes onderzoeken) zich aansloten. Kennelijk weet van overheidswege niemand precies wat ufo's zijn: gooi het dan in de openbaarheid, betogen ze, misschien kunnen wetenschappers vanuit hun eigen vakgebied helpen om de oplossing te vinden. In de 'getuigenissen' van Disclosure verrijst een beeld van jarenlang nauwgezet onderzoek naar ufo's boven de VS.

"Niet verwonderlijk, zegt Erwin Noorman. Er waren in de koude oorlog opvallend veel ufo-waarnemingen boven militaire complexen met kernraketten. Lanceerofficier Robert Salas vertelt hoe in 1967 op de Malstrum luchtmachtbasis in Montana alle nucleaire raketten op 'no go' bij een ufo-sighting. Tien minuten lang stonden de systemen in de silo's uitgeschakeld. Dat soort incidenten lieten op regeringsniveau alle alarmbellen afgaan. Hoe kan het dat kernwapens worden uitgezet? Doen de Russen dat? Zo niet - wie dan? Een eersteklas bedreiging voor de staatsveiligheid. "Geen wonder dat veel geld, mensen en middelen werden ingezet om het fenomeen in kaart te brengen".

In Disclosure vertellen tientallen militairen het met naam en toenaam. Soms ook hoe ze als piloot werden gevolgd of op vliegdekschip USS Roosevelt een enorme schotel op de radar zagen. Er zitten hoge omes tussen en aansprekende leden, als astronauten (wijlen) Leroy Cooper en Edgar Mitchell, die zeggen dat ze in de ruimte voorwerpen zagen die om hun eigen schip cirkelden. Onder leiding van Dr. Greer dringt de groep aan op een hoorzitting voor de Amerikaanse senaat. De meesten voelen zich gebonden aan hun geheimhoudingsplicht maar bij ondervraging door een 'House committee' wordt die eed even uitgeschakeld. En in Engeland dringt vijfsterren generaal Lord Hill-Norton, voormalig defensie-topman aan op 'diepgaand wetenschappelijk onderzoek'. Jan en Erwin betreuren het dat dr. Greer nu doorschiet in het denken. Hij beweerde in januari bij Larry King op CNN dat de Amerikaanse regering ufo's heeft onderschept en met de 'anti-gravitatietechniek' momenteel een nieuwe energiebron ontwikkelt; een aandrijving zonder gas, olie of elektriciteit en die met niemand wil delen. Zo is ook hij in het complotdenken verstrikt geraakt.

Dat gaat allemaal veel te ver, zeggen ze: beperk het tot het verzamelen van gegevens, maak die openbaar, hang er niet alvast conclusies aan. Het probleem is namelijk, dat er met alle waarnemingen geen chocola gebakken kan worden van het fenomeen. Enige logica of onderling verband spreekt er niet uit. Soms lijken ufo's stoffelijk: van metaal, glanzend in de zon. De ene keer hangen ze een uur op dezelfde plek, dan weer schieten ze met 10.000 mijl voorbij. Bij de ene golf hebben ufo's fraaie vormen - en lijken ze op de hoedjes waar Beatrix zo gek op is - bij de andere lijken het transparante lichtjes, die zichzelf kunnen delen. Het komt voor dat piloten ze vanuit de cockpit zien en niet de radar - en andersom. Gemelde ufo's zijn honderden meters groot of met een diameter van een pannenkoekenbord.

Waarom zijn ze zo felverlicht dat iedereen ze wel moet zien en gaan ze op een ander moment als een dief in de nacht de hemel door? Zelfs al deugen de meldingen stuk voor stuk, wat moet je er dan mee? "Ook voor ons het frustrerende", zeggen Jan en Erwin, "Zoveel vragen, geen enkel antwoord".

Naast alle hoop geeft dat angst: wat nu als ook de Britse X-files straks geen enkele oplossing in petto hebben?

Betere, in elk geval toegewijde UFO-sites zijn:

www.ufoevidence.org, www.ufoplaza.nl, www.ufo.nl


KADER I:
Defensie in Den Haag: 'UFO's? Daar doen we nooit iets mee'

En hoe is het in Nederland geregeld? Gaat het ministerie van defensie hier, als in Frankrijk, Engeland en de VS, over categorisch onderzoek naar ufo's? Onderzoek is er wel, maar categorisch is het niet, meldt majoor Frank van Wieren. Hij bekijkt klachten en meldingen van het publiek. Volgens protocol worden die getoetst bij het Air Operations Control Station in Nieuw Milligen, waar ze alle vliegbewegingen - militair en van de burgerluchtvaart - op de radarschermen volgen. "Vrijwel altijd is er dan een logische verklaring, slechts af en toe komen we er niet uit. Met die gevallen doen we niets, nee, er is hier geen grote doos waar ze in belanden". In de half jaar dat hij de post bemant waren er slechts drie meldingen van 'iets ongewoons'.

Twee waren te verklaren, ééntje niet. Zo zeiden melders dat twee F-16's iets achtervolgden in de lucht. Een ufo!, concluderen sites dan al snel. "In werkelijkheid oefenden twee F-16's een interventie met een onbekend toestel in het luchtruim. Vanaf de grond lijkt dat vast vreemd, de nabranders staan uit en de steekvlammen ogen als enorme lichtende ballen." Maar inderdaad - de derde melding bleef onverklaarbaar. "Als we gaan traceren en er zijn geen radargegevens, dan is het voor ons ook niks." De majoor benadrukt dat meldingen 'nogal eens onbetrouwbaar zijn'. "In 2007 kregen we de klacht dat drie Chinook heli's laag waren overgekomen. Die bleken er bij toetsing niet te zijn geweest. Wat moet je daar dan mee?".

En de burgerluchtvaart dan? De Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) is kort en bondig: "Wij gaan niet over ufo's", aldus zegsman Paul Hazenbroek, "en we registreren ze ook nooit. Naar mijn weten is het nooit voorgekomen dat er iets op onze schermen tussendoor schiet dat er niet zou mogen zijn".

KADER II:
Complottherorieën

In 50 jaar UFO-belangstelling duikelen de complottheorien over elkaar heen. De meeste zijn lariekoek of apekool* (doorhalen wat niet verlangd wordt), maar er blijven onverklaarbaarheden over. Wat was dat voorbij flitsende voorwerp (te zien op de meeste TV-beelden) op het moment dat het tweede vliegtuig zich op 11 september 2001 in de WTC torens boorde?

Jelle Boonstra

Nieuwsdienst De Stentor

TERUG NAAR ARTIKEL