EEN DAG MET EEN BUITENAARDS WEZEN
Auteur: Lou Baldin
Vertaling: Hans Jochems
(Ik heb Mr. Baldins persoonlijke toestemming om het te vertalen en op Ufowijzer te publiceren. Hiervoor ben ik hem zeer dankbaar. Hans Jochems.)
DEEL 13
Inleiding
‘Een Dag met een Buitenaards Wezen’ is een boek
dat is geschreven door Lou Baldin onder de naam ‘A Day with
an Extraterrestrial’ en het is uitgegeven in 2008. Lou
Baldin is ook de schrijver van het boek ‘In League With
A UFO’ dat ik (Hans Jochems) al eerder heb vertaald onder
de naam ‘In wisselwerking met een UFO’ en dat
ook hier op ufowijzer te lezen is.
Cover boek ‘Een Dag met een Buitenaards Wezen’
Lou Baldin
Het verhaal dat volgt is geschreven als een scenario. De namen
zijn verzonnen en de rest is gebaseerd op ware gebeurtenissen, maar
het is aan de lezer of lezeres om dit te geloven of niet.
Technologie is niets meer dan een hoger niveau van het kunnen begrijpen en het is niet het kwaad dat velen er zo graag van willen maken
Hoofdstuk 10
STERRENGROEP
In een oogwenk nam Milton mij mee naar een planeet met vele zonnen die om elkaar roteren zoals elektronen rond een atoom. De planeet waar wij naar toegingen bevond zich in een omloopbaan rond zijn zon, gelijk aan die van Uranus in ons zonnestelsel. Er bevinden zich twintig planeten en honderden manen in dat zonnestelsel. Er was een eindeloze stroom van interplanetaire reizen aan de gang met vele type kleurrijke schepen die met duizelingwekkende snelheid en manoeuvres komen en gaan. De schepen reisden naar en van verschillende manen, ruimtesteden en andere planeten in dat veelvoudige zonnestelsel.
Toen
wij dichter bij die stroom van schepen kwamen en andere vreemd uitziende
objecten van verschillende afmetingen en vormen, begonnen ze op
een snelle opeenvolgende stroom wervelende en draaiende confetti
te lijken, intussen allerlei symbolen en beelden creërend die
wonderbaarlijke gevoelens van vreugde in mijn ziel teweeg brachten.
“Milton, is er iets speciaal aan de gang daar beneden op die
planeet? Of is wat ik zie en voel de normale alledaagse activiteit
voor deze plaats?”
“Dit zijn typische bijeenkomsten die nooit tot rust komen,
maar alsmaar doorgaan zoals eb en vloed van oceaangolven op een
strand. Ben je klaar om aan dat vermaak mee te doen, Michael?”
Ik gaf geen antwoord omdat ik er niet zeker van was wat dat zou inhouden. Straks is er een stelletje bizar uitziende buitenaardsen die op Milton lijken en al lachend om mij heen gaan staan vanwege Milton’s kleine vangst? Dat was waar ik aan dacht, en ik wist dat Milton mijn gedachte kon lezen en hij regeerde niet op mijn gedachte zoals hij dikwijls deed, dat baarde mij zorgen. Wij vielen van honderden kilometers boven de planeet als ballonnen van lood naar beneden en gingen een kubusachtige structuur in wat vermoedelijk een stad was. Binnenin de kubus bevonden zich verscheidene zwermen van gloeiende entiteiten zo ver als mijn ogen konden zien, maar ik heb geen ogen. Ik was net zo’n gloeiende bal als de rest en ik kon zien dat er grote zwermen en kleine zwermen waren van verschillende graden van helderheid, als kleine versies van de sterrengroepen. Deze massa van zielen zat boordevol leven en kracht zoals zwermen bijen rond bijenkorven doordrenkt met honing.
Milton ging met mij op sleeptouw richting één van de zwermen. Het was een orgie van pure liefde, geluk en uitdaging. Ik herinnerde mij ogenblikkelijk iedere entiteit in de zwerm en er waren talloze honderden van hen. Zij waren vrienden en familie van andere levens en plaatsen gedurende mijn volledige bestaan in het Melkwegstelsel. Communicatie met hen was uitzonderlijk eenvoudig. Ik stond op hetzelfde moment in contact met elk individu in de zwerm zonder enige verwarring van gedachte. Ik had veelzijdige communicatiecapaciteiten - wat zeker niet mogelijk was terwijl je binnenin een menselijk brein zat. Ik was mij net zo volledig bewust van honderden entiteiten zoals zij zich ook volledig bewust van mij waren. Het was een ononderbroken genoegen, geen onenigheden, geen misverstanden, enkel pure maatschappelijke betrokkenheid op zijn best en in zijn meest ware vorm. Sommige van de entiteiten waren daar voor een korte tijd, een korte pauze hebbend van hun levens op andere werelden zoals ik had. Anderen zijn daar al voor honderden en duizenden van Aardse jaren, nooit vermoeid rakend van de sociale betrekkingen. Het voelde bij mij alsof ik nooit weg was gegaan, alsof ik uit een droom of diepe slaap ontwaakte.
De zwerm was een aanhoudende familiebijeenkomst zonder einde of een climax. Individuen kwamen en gingen alsof zij elektronen waren die in en uit de buitenste schil van een atoom springen, terwijl de kern van zielen intact bleef. Er bevonden zich miljoenen van zulke familiezwermen binnenin talloze kubusachtige structuren die de oppervlakte van die planeet bedekten, een planeet die tweemaal zo groot is als Jupiter. Buiten de kubussen bevonden zich vele soorten fysieke wezens, evenals vele niveaus van etherische entiteiten. Iedere denkbare manier van leven was vertegenwoordigd op de veelvoudige planeten en manen in dat zonnestelsel, evenals op de miljoenen van andere zonnestelsels in die sterrengroep. Ik besefte toen dat Milton familie van mij was en iemand met wie ik een zeer nauwe band heb. Ik realiseerde mij ook dat het z.g. ‘sleeptouw’ tussen Milton en mij tijdens mijn verblijf op die planeet was verdwenen en ik was dan ook vrij om te gaan waarheen het mij behaagde.
Terwijl ik mij in de zwerm bevond, voelde ik een onverklaarbare trekkracht van een ander lid dat zich niet in de zwerm bevond en ik besloot om het gezelschap te verlaten en mijn impuls te volgen om die persoon te vinden. Ik ging onmiddellijk naar één van mijn favoriete plaatsen op die planeet. Het was een luxueus huis met marmeren kolommen en prachtige schilderijen en handgeweven wandkleden die de muren decoreerden. Het huis riep herinneringen op van Romaanse paleizen van Europese aristocratieën. Ik was een stralende bol. En toch, terwijl in dat huis was, voelde het alsof ik weer in mijn fysieke lichaam zat, het lichaam dat ik op de maan die zich in een baan rond Uranus beweegt had achtergelaten. Ik kon voelen, en ik kon mijn handen zien en ik liep vanuit het huis het binnenhof in alsof ik mijn benen terug had. Het binnenhof was bedekt met prachtige verzorgde tuinen die gevuld waren met geurige bloemen en weelderig, rijp fruit dat aan ranken bengelde. Vogels tjirpten en zongen in de bomen en vlinders dansten in het midden van een perfecte, zon overgoten dag. Het was een wonderschone plaats, een tuin in het paradijs.
Terwijl
ik daar wat rondliep en de vele variaties van planten bewonderde,
merkte ik een vrouw op die de tuin aan het verzorgen was en ik wandelde
naar haar toe. Zij keek naar mij op met een grote glimlach op haar
gezicht en was totaal niet verrast dat ik daar was, het was alsof
zij mij had verwacht. Zij stond op, pakte mijn gezicht tussen haar
warme, soepele, tengere handen en kuste het overal. Toen sprak zij
tegen mij: “Michael, mijn aanbiddelijk kleinkind! Ik hoorde
dat jij hier was! Ik riep je op om mij te bezoeken en hier ben je!
Je ziet er fantastisch uit!”
“Grootmoeder! Het is zo lang geleden dat ik u voor het laatst
heb gezien. En toch lijkt het alsof ik gisteren nog als een kind
in uw tuin in ons Italiaans dorp speelde. U ziet er nog hetzelfde
uit als toen, vol levenslust en mooi.”
“Het is jammer dat je weer zo snel wegmoet, Michael, maar
de tijd dat je weg bent zal niet zo lang duren en je zult hier terugkomen
voor een langere periode. Ik kijk nu al uit naar jouw snelle terugkeer,
Michael. Er zijn zo vele dingen waar wij over moeten praten.”
Mijn
grootmoeder zag mij in een fysieke vorm alsof ik in mijn menselijk
lichaam was. “Waar is grootvader? Woont hij hier ook?”
“Hij leeft op een andere planeet ergens in het melkwegstelsel
en zal daar nog niet eerder wegkomen dan veertig Aardse jaren. Ik
weet op dit moment niet of hij naar hier zal komen of naar een ander
leven zal gaan. Ik bezoek hem soms in zijn dromen om hem aan te
moedigen.”
“Maar u bent in een fysiek lichaam. Kunt u ook als ziel reizen
om mensen in hun dromen te bezoeken?”
“Ik kan dat met de hulp van familieleden zoals Milton het
op dezelfde manier doet en jij nu hier met mij bent. Je weet dat
je nu in mijn droom bent, toch?”
Ik
was met stomheid geslagen om die onthulling te horen. “Ik
ben slechts een droom voor u?”
“Dromen hier zijn niet zoals de dromen op de Aarde, Michael.
Wanneer wij dromen zijn wij wakker. Wij slapen hier nooit. Niettemin,
ik ben in een fysieke staat en jij bent een ziel. Ik kan jouw ziel
zien en aanraken alsof je in een fysiek lichaam bent. Het is onmogelijk
om je deze dingen uit te leggen. Jouw ziel/geest blijft geblokkeerd
van vele dingen totdat jij permanent naar deze plaats terugkeert.”
“Mist u grootvader als hij weg is?”
“Verdriet heeft in dit rijk van bestaan geen plaats omdat
niemand echt weggaat. Het is niet anders dan dat iemand op de Aarde
weggaat om te werken en dan laat in de middag weer thuiskomt. Tijd
heeft evenmin relevantie voor ons. Wij bestaan in een verrukkelijke,
constante staat van zuiverheid. Wij genieten van het gezelschap
met familieleden zoals ik nu met jou doe en ik leef me uit in de
dingen waar ik van houd, zoals het verzorgen van mijn bloementuinen.
Ik beleef ook veel genoegen aan mooie illustraties en architectuur.
En zoals je kunt zien, omring ik mijzelf met de dingen waar ik van
houd. Hier doet iedereen wat zij het liefste doen en waar zij het
meest van houden.”
Zij kuste mij en gaf mij een grote omhelzing en onmiddellijk werd
ik teruggevoerd naar Milton binnenin de zwerm.
(Sprekend
tegen Milton) “Ik ben droevig omdat ik niet wat meer tijd
heb gekregen om bij mijn grootmoeder door te brengen. Waarom werd
het mij niet toegestaan om nog wat langer bij haar te zijn?”
“Het bezoek dat je zojuist hebt gehad is normaliter niet toegestaan,
maar op het moment dat zij besefte dat je in de buurt was eiste
zij om jou te zien en zij bracht jou naar haar.”
“Waarom is zij niet hier in de zwerm met de andere familieleden?”
“De familie is veel groter dan wat zich in de zwerm bevind.
Jij hebt familie in vele plaatsen en op vele niveaus, zowel in fysieke
als spirituele domeinen. Je grootmoeder bleef op eigen verzoek in
een fysiek domein op een planeet in dit systeem dat zich dichter
bij één van de zonnen bevind.”
Milton
verliet de zwerm en sleepte mij met zich mee, zodat mijn vrijheid
maar van korte duur was. Wij pauzeerden boven de planeet met daarop
de kubussen voor een laatste blik. Op dat moment van vertrek voelde
ik onmiddellijk de pijn die de meeste mensen teistert wanneer wij
geliefden moeten achterlaten. “Milton, voel jij de immense
droefheid die ik nu op dit moment voel?”
“Ik voel de pijn bij jou, maar ik breng veel tijd met hen
door en ik ga dus niet van hen weg zoals jij doet. Jij gaat nu naar
een wereld terug waar de meesten hun levens in duisternis leven.
In mijn wereld ben ik nooit ver van het warme licht van familieliefde.
Ik doe mijn werk en aan het einde van de dag - allegorisch sprekend
- weet ik dat alles goed is, ongeacht het resultaat op plaatsen
zoals de Aarde. In jouw huidige vorm van bestaan blijft er veel
voor je verborgen, Michael, maar dat is omdat het allemaal zo is
ontworpen. Hoewel, je bent je nu bewust van wat delen van het grotere
geheel en je zult deze herinneringen bewaren als ik je naar de Aarde
terugbreng, een ongewoon privilege.”
BINNENIN DE KOEPEL
Ik
zag mijn lichaam vast in slaap op het bed liggen. Een uitzicht dat
voor mijn geest moeilijk te bevatten was, het was alsof ik op twee
plaatsen tegelijk was en verrassend genoeg vond ik dat oké.
Ik hield van het idee om vrij van mijn lichaam te zijn. Maar de
gedachte alleen al om mijn lichaam weer binnen te gaan was walgelijk
en angstaanjagend. “Moet ik dat ‘ding’ weer in,
Milton?”
“Ik ben bang van wel. Jij hebt terug op de Aarde dingen te
doen die niet gedaan zullen worden totdat jij het doet.”
Milton
ging met gemak zijn lichaam binnen, pakte mijn bol, en schoof het
in mijn fysieke hoofd zonder mij enige tijd te geven om er aan te
kunnen denken. Mijn lichaam kwam op slag tot leven en ik bevond
mij er opnieuw in opgesloten. “Ik voel als een ton bakstenen!
Dit lichaam voelt waardeloos aan, Milton. Kan ik hier even liggen
om wat te herstellen?”
“Dat is het probleem als je voor een langere tijd buiten je
lichaam bent. Hoe langer je eruit bent, des te moeilijker is het
om er weer aan gewend te raken.”
“Dit is zoals de slechtste kater die ik ooit heb gehad. Is
er iets dat ik er tegen kan innemen?”
“Geloof het of niet, het ongemak dat je nu ervaart is de beste
en snelste remedie. Er is geen andere manier om weer aan het lichaam
te wennen. Bovendien, jouw lichaam moet van jouw afwezigheid op
het psychologische en fysiologische vlak genezen.”
“Ik voel me alsof ik voor een week met open wonden in de zoutmijnen
heb gewerkt, maar waarom? Mijn hart is doorgegaan met het pompen
van bloed door mijn lichaam en het leek of mijn lichaam voordat
ik er weer bij naar binnen was gegaan vreedzaam sliep, zoals een
auto die stationair draait, dus waarom voel ik mij dan alsof ik
ben overreden door een vrachtwagen?”
“Jouw lichaam was in rust, Michael, maar dat is alleen goed
voor de doden. Jouw lichaam heeft het nodig om in beweging te zijn
terwijl je slaapt. Beweging voorkomt dat het bloed stagneert en
voor bepaalde delen afgesloten wordt. Zonder jouw ziel in het lichaam
om het onrustig te houden, is het lichaam technisch dood. Er vinden
geen dromen of bewegingen plaats. Je bent niet meer dan twintig
minuten uit je lichaam geweest; daarom ontstond er geen blijvende
schade. Als je veel langer zou zijn weggeweest, zou een mechanische
masseuse jouw lichaam onderhanden hebben moeten nemen, om door het
te masseren de bloedsomloop te stimuleren. Wij plaatsen in bepaalde
situaties ook wel eens een ‘tijdelijke’ entiteit om
het lichaam warm te houden.”
“Indien er hier een androïde of mechanische masseuse
was, waarom heeft die dan mijn lichaam niet opgepakt en op het bed
geplaatst? Waarom moest jij dat doen? En bedankt dat je mij niet
meer details geeft over die ‘tijdelijke’ entiteit. Dat
klinkt veels te griezelig.”
“Aangaande de androïde en waarom ik het niet het werk
voor ons heb laten doen, is omdat ik jou wilde demonstreren dat
zielen de bekwaamheid hebben om solide voorwerpen te verplaatsen.
Hoewel je een bol van pure energie was had je de middelen om jouw
lichaam op te tillen, evenals andere fysieke voorwerpen. Wij kunnen
dit doen door middel van fysiek contact maar ook telekinetisch.
Nochtans, dat zal ik voor later bewaren. Ook is dat ‘tijdelijke’
entiteit ding niet zo erg als het klinkt, maar ik zal er niet in
details op ingaan gedurende de sessie van vandaag.”
“Wat denk je ervan om alleen mijn lichaam terug naar Aarde
te verschepen en mij daar dan naar toe te laten vliegen om mij er
daar weer mee te herenigen?”
“Ik zou dat kunnen toestaan als je niet bepaalde voorwerpen
binnenin je droeg. Vraag niet naar de voorwerpen omdat ik je het
niet zal vertellen. Niettemin, je bent lang genoeg van het nest
geweest en moest daarom naar je lichaam terugkeren om te voorkomen
dat er dingen werden verspild.”
“Op het nest zitten! Dat klinkt zo vreemd, Milton! Had je
dat niet op een andere manier kunnen zeggen?”
“Die paar minuten die jij uit jouw lichaam was waren niet
zo kritiek, maar het is noodzakelijk dat de voorwerpen hun contact
met jouw ziel behouden om waardevol te blijven, is dat beter?”
“Ja, dat is veel beter, maar wat is het dan dat ik binnenin
mij draag, Milton?”
“Het is iets dat zich een weg uit jouw borstkast zal banen
zodra wij de atmosfeer van de Aarde binnengaan en zich snel zal
verspreiden als een supervirus dat de hele planeet Aarde zal infecteren.
Ik zei je nog om mij dat niet te vragen.”
“Ik neem aan dat je grapjes met mij maakt, maar hoe weet ik
nu of je mij voor de gek houdt? Je kunt al die gerieflijke herinneringen
over de familie wel in mijn hoofd hebben geïmplanteerd. Hoe
kan ik nog zeker zijn van wat dan ook nadat ik heb gezien wat je
allemaal kan doen? Je bent op zijn minst een tovenaar, maar je hebt
ook de macht en de kennis van een god.”
“Wij moeten nog een factor twijfel bij jou laten bestaan om
deze operatie werkbaar te houden. Om jou terug naar de Aarde te
krijgen is niet zoals ze een punt via een ‘slam-dunk’
scoren bij basketbal.
Als de andere kant jou te pakken zou krijgen is het beter dat jij
gefragmenteerde kennis van de operatie bij je hebt en een overvloed
aan dubbelzinnigheid om het hen moeilijk te maken het allemaal uit
te zoeken. Zij onttrekken geen informatie door middel van een ondervraging.
Zij onderzoeken nauwkeurig iedere cel in je brein en je lichaam
en kijken uit naar bepaalde patronen. Van deze biologische en psychologische
vingerafdrukken kunnen zij vaststellen waar je bent geweest, dus,
naar welke planeten en plaatsen in dit zonnestelsel of zelfs of
je het zonnestelsel hebt verlaten. Deze entiteiten kunnen vele dingen
vaststellen door middel van het voedsel dat je hebt geconsumeerd,
de lucht die je hebt ingeademd. En de op jouw lichaam uitgeoefende
zwaartekracht zijn allemaal aanwijzingen voor de reis die jij hebt
gehad. Het is mijn werk om te proberen ze altijd een stap voor te
blijven.”
“Indien ik zou worden gevangengenomen, kunnen zij dan niet
eenvoudigweg tijdens mijn ontvoering de onderdelen die zich in mij
bevinden verwijderen en dat dan uit mijn geheugen wissen?”
“Jij bent voorbij dat stadium. Zij kunnen eenvoudigweg niet
binnenvallen, je ontvoeren, en je dan weer loslaten alsof er nooit
iets gebeurd is. De onderdelen die in jou zitten zijn direct met
jou verbonden en alleen wij kunnen ze bij je weghalen. Hun belangrijkste
doel is om te voorkomen dat wat jij in je hebt op de Aarde komt.
Zij zullen je vermoedelijk niet doden, maar zij zullen proberen
de onderdelen te beschadigen, en je misschien meenemen. Dat hangt
af van wie jou het eerste te pakken krijgt, een menselijke geheime
organisatie of andere buitenaardse wezens. Jouw lichaam is ontworpen
om deze dingen te vervoeren. Mensen kunnen misschien dat feit niet
opmerken, maar hogere entiteiten kunnen dat wel. Daarom zijn de
onderdelen niet de enige dingen die een risico lopen. Jij bent dat
ook.”
“Indien dat zo is, waarom krijg ik dan niet een 24uurs bescherming
van jouw mensen, Milton?”
“Wij moeten onze afstand bewaren. Anders zullen wij jou locatie
prijsgeven. Wij zijn gemakkelijker te detecteren dan jij, en waar
rook is, is vuur, jij dus. Echter, jouw classificatie zal veranderen
nadat je weer op de Aarde bent en jij zult niet langer een koerier
voor ons zijn en een doel voor hen.” “Wanneer gaan wij
naar de Aarde terug? Wacht je op één of ander venster?”
“Ja, de timing voor terugkeer is belangrijk. Terug op de Aarde
komen is niet zo eenvoudig als er van weg te komen. Wij nemen een
rechtstreekse vlucht naar de Aarde, als een laserstraal. Zodra alles
is uitgelijnd, gaan we.”
“Dus ik keer niet naar de Aarde terug op dezelfde manier als
ik hier kwam? En wat moet er dan 'uitgelijnd' zijn?”
“Er is een protocol om naar de Aarde te mogen gaan, zoals
paspoorten en douane. Maar maak je geen zorgen, ik zal al deze kleine
details voor jou afhandelen.”
“Dus wat je eigenlijk zegt is dat je mij weer naar binnen
moet smokkelen? En jouw kleine schip is in staat om lange afstanden
te reizen met een snelheid die hoger is dan de lichtsnelheid?”
“Dit kleine schip van mij manipuleert zwaartekracht en magnetische
golven, wat maakt dat het heel glibberig wordt in de structuur van
ruimte-tijd. Ik zal het je ooit in meer detail uitleggen. Ja, ik
moet je terug naar de Aarde smokkelen. Welnu, laten we mijn schip
binnengaan.”
Milton
leviteerde via de opening zijn schip in dat aan de koepel was vastgekoppeld
en wees toen vanuit het schip naar mij en leviteerde mij ook het
schip in.
“Wow, waar kan ik zo’n vinger krijgen, Milton?”
“Misschien op jouw volgende opdracht, Michael.”
DE TERUGKEER NAAR DE AARDE
Eenmaal binnenin het toestel sloot de opening zich en Milton en ik liepen naar het midden van het schip. Er verscheen een opening en wij gingen een nevelige kamer in. Milton leidde mij toen naar een gedeelte dat compartimenten had die precies leken op die in het grote transporttoestel waar ik mee naar Uranus was gereisd. Behalve dat dit verticale compartimenten waren waar je slechts in kon staan. Milton wees me naar één van de compartimenten en vroeg mij er naar binnen te gaan. Ik ging de verticale cel in en draaide mij om, om naar Milton te kijken, en toen sloot het zich om mij heen. Onmiddellijk vulde het compartiment zich met een schuimige substantie en ik verloor het bewustzijn. Ik herwon echter onmiddellijk mijn bewustzijn en mijn ziel bevond zich buiten de cel, maar mijn essentie of mijn ziel kon niet van die plek wegkomen. Ik wist niet of ik nog steeds aan mijn lichaam gekoppeld was of dat ik in één of ander toestel was geplaatst dat zich naast mijn lichaam bevond. Ik was me bewust van de nevel die de kamer overspoelde en ik kon mijn lichaam zien dat was gehuld in een schuimachtige substantie, maar ik was niet in mijn lichaam.
Het schip trok zich van de glaskoepel los en verdween in de duisternis van de ruimte. Momenten later doorboorde het de dampkring van de Aarde en zweefde het toestel naast mijn auto op het parkeerterrein waar ik het die morgen had achtergelaten. Het was donker buiten, behalve het schemerige licht van twee straatlampen. Er stonden drie auto’s ongeveer honderd meter verwijderd van mijn auto. Een paar tieners vermaakten zich bij de auto's. Er zaten er een paar op de motorkappen. Anderen zaten verspreid op het gras en dronken bier, rookten sigaretten en praatten met elkaar. Geen van hen scheen het schip dat naast mijn auto zweefde op te merken. Het leek erop dat wij voor hen onzichtbaar waren.
Ik sprong uit Milton’s schip dat ongeveer zestig centimeter boven de grond zweefde en stapte in mijn auto. Ik besefte toen dat mijn ruimtehorloge weg was en mijn oude horloge weer om mijn pols zat en de tijd toonde van het moment dat ik het schip die morgen was binnengegaan. Ik schudde mijn hoofd van ongeloof, startte mijn auto en merkte op dat de klok op het dashboard de tijd 23:45 aangaf. Het schip van Milton schoot weg in een andere dimensie. Ik verliet het parkeerterrein, en reed naar huis.
Debbie,
mijn echtgenote, zat in de woonkamer een boek te lezen toen ik binnenkwam.
“Hallo schat. Sorry, dat ik zo laat thuis ben. Ik werd vanmorgen
in het park door buitenaardsen ontvoerd en zij hebben mij net weer
laten gaan!”
“Oh, dus daar ben je geweest. Je kantoor heeft gebeld en had
het knettergekke verhaal verzonnen dat je bij een paar klanten op
bezoek was. Ik geloofde ze natuurlijk niet.”
(Ik lachte) “Trouwens, ik ben moe, ga je mee naar bed?”
“Ja, ik ga met je mee.”
Ze
legde haar boek neer, deed de leeslamp uit en wij gingen de trap
op naar de slaapkamer. Daar aangekomen gaf ik haar een lange hartstochtelijke
kus. Debbie, overrompeld door mijn vertoon van affectie, smolt in
mijn armen. “Zo te merken ben je dus niet zo vermoeid, Mike?”
Ik gaf geen antwoord, maar had een duivelse grijns op mijn gezicht.
Ik nam haar in mijn armen en droeg haar de slaapkamer in, zoals
ik vele jaren geleden deed toen ik een jongere en sterkere man was.
Ik zette haar naast het bed neer en trok haar kleren uit. Zij maakte
de knopen van mijn hemd los. Wij tuimelden op het bed en bedreven
de liefde. De liefde was magisch en duurde langer dan een uur voordat
we, elkaar als één omhelzend, in slaap vielen.
DE VOLGENDE MORGEN
Die
morgen was ik zoals gewoonlijk vroeg op. Ik zette een pot koffie,
ging aan de ontbijttafel zitten en las de krant. Ik probeerde de
krant te lezen, maar mijn gedachten werden in beslag genomen door
wat ik de vorige dag had meegemaakt. Debbie kwam in haar kamerjas
de keuken in, schonk zich een kop koffie in, ging naast mij aan
de tafel zitten, en keek mij vluchtig aan met een grote glimlach
op haar gezicht. Met haar sexy stem vroeg ze mij: “Wat was
dat allemaal vannacht? Was jij dat of iemand anders?”
“Ik ben er niet zeker van schat. Trouwens, ik ben vanmorgen
niet zo zeker meer over heel veel dingen.”
“Wat heeft dat te betekenen? Vannacht was meer dan fantastisch,
en nu praat je alsof je door een midlifecrisis gaat?”
Ze
boog zich voorover, nam mijn handen en omklemde die met die van
haar als een gebaar van affectie. “Ik wil dat je mij zegt
dat jij het was, dat het vuur van onze verhouding er nog steeds
is. Is er gisteren iets op het kantoor gebeurd dat je mij niet wil
vertellen? Ben je een belangrijke klant kwijtgeraakt? Je weet toch
dat je mij alles kunt vertellen.”
“Er is niets gebeurd op het kantoor en het vuur is nog lang
niet gedoofd, schatje! Hoewel, vannacht was voor mij ook een beetje
een verrassing.”
“Wel, wat is het dan dat je dwarszit?”
“Je weet dat ik heb gezegd dat ik in het verleden door buitenaardse
wezens ontvoerd ben? Wel, het is gisteren opnieuw gebeurd.”
Sarcastisch antwoordde ze: “Ik weet dat je een buitenaardse
bent, liefje. Ik heb het geweten sinds ik met je trouwde, maar kan
je niet met iets beter komen dan dat?”
Ze
stond van de tafel op, ging naar de koelkast en pakte er een doos
eieren uit en een pakje spek. “Heb je trek in een ontbijtje,
liefje?”
“Ja, alstublieft, ik heb al een tijdje thuis geen ontbijt
gehad; klinkt geweldig, hebben we brood om te roosteren?”
Zonder op een antwoord te wachten, stond ik van de tafel op en rommelde
wat door de kastjes alsof ik niet wist waar zich de dingen in de
keuken bevonden. “Bespaar je de moeite om te zoeken want we
hebben geen brood, ik koop het niet meer omdat wij het nooit gebruiken.
Ik neem aan dat je vanmorgen niet naar het kantoor gaat aangezien
je nog steeds hier bent?”
“Ik neem een vrije dag, of misschien de hele week, ik moet
iets uit mijn hoofd zien te krijgen.” “Goed, misschien
kunnen we uitgaan en vanmiddag samen iets doen, maar ik heb een
vreemde pijn in mijn buik die mij de hele nacht heeft gehinderd,
dus ik ga mijn gynaecoloog bellen om te zien of zij mij vanochtend
nog even snel kan onderzoeken.”
“Waarom heb je mij vannacht niet over de pijn verteld? Wij
hadden een stevige vrijpartij, dus misschien heb je een spiertje
verrekt?”
“Daarom heb ik niets gezegd, maar de pijn is toegenomen dus
het kan geen kwaad om te zien wat mijn dokter ervan zegt.”
“Wel, oké, laat me weten wat ze tegen je hebt gezegd
en misschien kunnen we dan later op de dag samen iets doen, wat
je maar wilt schatje!”
Ik
beëindigde mijn ontbijt en stond van de tafel op, kuste Debbie
en ging de trap af naar mijn studeerkamer. Ik riep telepathisch
Milton op: “Milton, kun je me horen?”
Geen antwoord.
Ik wilde mijn ervaringen als een droom of hallucinatie afdoen, maar
dat lukte mij niet. Ik had niet geslapen en ik gebruik ook geen
medicijnen, zodat het niet iets was geweest dat ik mij had verbeeld.
Ik was gisterochtend na mijn ontbijt in één de plaatselijke
eethuisjes, naar het park gegaan zoals ik zo vaak had gedaan. Bovendien
was ik nu in het bezit van informatie die de funderingen van alles
dat mensen als waar geloven in dit leven zou kunnen veranderen!
Zoals de drie grote steunpilaren van de mensheid: godsdienst, geschiedenis
en de wetenschappen. Ik vroeg mij nu af wat ik met die informatie
zou moeten doen, maar wie zou er ook maar iets van geloven?
Debbie riep vanaf het portaal naar mij toe: “Schatje, ik heb
met mijn gynaecoloog gesproken en ze zei dat ik vanmorgen kan komen.
Ze leek bezorgd om wat ik haar vertelde, dus ga ik nu, ik spreek
je als ik weer terugkom, ik hou van jou.”
Ik rende de trap op om haar nog te zien voordat ze wegging. “Wil
je dat ik met je meega liefje?”
“Nee, ik red me wel.”
Ze wierp mij een kushandje toe. Ik stond in de trappenhal en wierp een kushandje terug. Ik keerde toen naar mijn studeerkamer terug om verder te piekeren over mijn nieuwe realiteit.
TWEE UUR LATER
Ik
was in mijn studeerkamer op mijn computer aan het werk toen ik de
voordeur hoorde opengaan. Debbie was terug van haar afspraak. Ze
liep de trappen af naar mijn studeerkamer en stond in de deuropening.
Ik keek op van mijn computerscherm en vroeg: “En, heeft ze
iets gevonden?”
“De gynaecoloog vond een paar vreemde knobbeltjes in mijn
baarmoeder, maar toen zij de knobbeltjes onderzocht lieten ze los
en kon zij ze met een instrument verwijderen. Op het moment dat
zij ze verwijderd had ging de pijn weg. Zij liet ze mij zien, het
waren cysten ter grootte van een muntstuk van 10-eurocent. De rest
zag er prima uit.”
Ik stond van mijn stoel op, ging naar haar toe en omhelsde haar.
“Dat is geweldige schatje! Nu kunnen wij de rest van de dag
alles doen wat jij maar zou willen doen.”
AFDELING GYNAECOLOGY
(Gynaecoloog
spreekt telepathisch met Milton) “Milton, ik heb de embryo's
bij Debbie weggenomen. Ik kan er één om 14:00 uur
inbrengen en de andere om 15:00 uur, maakt het uit welke vrouw welke
krijgt of zijn het deze keer identieke embryo's?”
Milton antwoordde: “Ze zijn identiek. De embryo's die zijn
vervangen zullen worden opgehaald wanneer jij mij zegt dat ze klaar
zijn.”
“Ze zullen kort na de tweede afspraak klaar zijn.”
Einde
Geachte lezer of lezeres,
Uiteraard hopende dat er één of zelfs meerdere lezers zijn die van dit werkelijk zeer bijzondere verhaal hebben genoten heb ik een vrijblijvend verzoek. Zou je zo vriendelijk willen om deze twee vragen te beantwoorden en ze dan via mail naar mij op te sturen? semjase@quicknet.nl
Omdat ik geen professioneel vertaler ben maar slechts een amateur,
zou ik graag het volgende willen weten.
• Hoe vond je de kwaliteit van de vertaling aangaande de zinsopbouw en woordkeuze?
De schrijver Lou Baldin claimt dat het verhaal is gebaseerd op ware gebeurtenissen, en dat het aan de lezer of lezeres is om dit te geloven of niet.
• Denk jij dat dit verhaal ook inderdaad werkelijk gebeurd zou kunnen zijn, of denk je dat het niets meer of minder is dan Science Fiction?
Alvast hartelijk bedankt voor de medewerking,
Hans Jochems