TERUG NAAR ARTIKEL

PLOTSELINGE LANDING

Worden fysieke bewijzen van bezoeken van UFO’s aan de aarde door de autoriteiten genegeerd?

Door: Tim Coleman


Het was een novemberavond in 1971, op een boerderij in Delphos in Texas (VS). De 16-jarige Ronnie Johnson was net klaar met zijn werk op het land. Tot zijn grote verbazing zag hij plotseling een grote, paddestoelvormige UFO uit de lucht tot vlak boven de grond voor hem neerdalen. Het licht dat uit het voorwerp scheen was zo intens, dat de jongen even werd verblind. Verlamd door de schrik stond hij enige momenten aan de grond genageld, maar toen het voertuig weer begon op te stijgen, vermande Ronnie zich en ging hij rennend zijn ouders halen.

Terug op de plek waar hij had gestaan, zagen ze alledrie de UFO de lucht in suizen. Op de grond had het voorwerp een fel oplichtende cirkel van aarde achtergelaten, met een diameter van ongeveer 2,5 meter. Uit nieuwsgierigheid voelde Ronnie's moeder met haar hand aan de fosforescerende ring en bijna op hetzelfde moment werden haar vingers gevoelloos. Ze zouden nog verscheidene weken gevoelloos blijven.

Dit beroemde geval uit de ufologie is verre van uniek - het is slechts een van de duizenden ontmoetingen met ufo’s waarbij fysiek bewijs van hun aanwezigheid door buitenaardsen zou zijn achtergelaten. Deze gevallen, die bij onderzoekers bekend staan als ‘fysieke sporen-gevallen', zouden solide en onweerlegbare wetenschappelijke bewijzen verschaffen van het feit dat de aarde wordt bezocht door buitenaardse voertuigen.

Wereldwijd fenomeen
Het geval in Delphos werd onderzocht door Ted Phillips, een civiel ingenieur uit Branston in Missouri en ‘s werelds voornaamste deskundige op dit gebied. Phillips is de laatste 30 jaar bij 600 onderzoeken van dit soort gevallen betrokken geweest, waarbij hij 450 UFO-lokaties heeft bezocht. Volgens hem zijn er over de hele wereld maar liefst 5000 rapporten over UFO-incidenten waarbij fysieke bewijzen werden achtergelaten.

Natuurlijk voorkomende fenomenen, zoals de fysieke effecten van bliksem, worden vaak abusievelijk voor fysieke bewijzen van UFO-aanwezigheid gehouden. Ted Phillips is echter zeer zorgvuldig in het onderscheiden van deze sporen en die van UFO’s.

“Fysieke sporen-gevallen,” legt Phillips uit, “kunnen worden gedefinieerd als waarnemingen van UFO's waarbij een of meer mensen een voorwerp waarnemen... op of dichtbij de grond... [en] waarbij, als het voorwerp eenmaal het gebied verlaat, er een aantal veranderingen in de omgeving hebben plaatsgevonden.” Volgens Phillips kunnen dit onder andere cirkels van verbrande of geplette aarde of vegetatie zijn, sporen in de grond van landingstoestellen, of zelfs voetafdrukken van buitenaardsen.

Wanneer Phillips op de plek arriveert waar een UFO-incident zou hebben plaatsgevonden, inspecteert hij eerst de omgeving om vast te stellen of er van bedotterij sprake is. “Ik heb een paar keer met bedotterij te maken gehad,” verklaart hij, “maar dat was gemakkelijk vast te stellen. Men had bijvoorbeeld benzine over de grond gegoten, er de brand in gestoken en geprobeerd een cirkel te maken. Soms hadden ze ook gewoon met een spade afdrukken en tekens in de aarde gemaakt, maar als je honderden voorbeelden van echte door een UFO veroorzaakte sporen hebt gezien, weet je dat deze heel specifiek zijn en erg moeilijk om na te maken.”

Analyse van de grond
Als hij zich ervan heeft overtuigd dat het om een ‘echt’ geval gaat, haalt Phillips zijn belangrijkste onderzoeksgereedschap tevoorschijn: een cilindrische boorbuis, waarmee hij grondmonsters van binnen de UFO-cirkel plus een monster ter controle van de grond eromheen neemt. Sommige van zijn analyses hebben interessante resultaten opgeleverd. In het ‘Delphos-geval’, bijvoorbeeld, bleek de aarde van binnenin de ring tot op een diepte van 35 cm volkomen te zijn uitgedroogd. Pogingen om deze aarde weer te hydrateren door er water overheen te gieten, mislukten volkomen. Maar toen hij hetzelfde met het grondmonster van buiten de ring deed, loste de aarde onmiddellijk op.

Het grootste deel van het werk van Phillips wordt niet in professionele laboratoria uitgevoerd. Dit hoofdzakelijk vanwege de kosten van dergelijk laboratoriumwerk, maar ook, zegt hij, omdat hij vermoedt dat men in een met de regering geassocieerd laboratorium misschien niet oprecht nou zijn over eventuele betekenisvolle resultaten. “Gezien het feit dat de (Amerikaanse, red.) regering duidelijk veel informatie over het UFO-fenomeen in de doofpot stopt,” verklaart Phillip, “zou het al te optimistisch zijn te verwachten dat ze zullen helpen bij het verschaffen van informatie over UFO's die de aarde bezoeken.”

Voor het geval in Delphos werden echter wel laboratoria gebruikt, onder andere om erachter te komen waarom de aarde van de grondmonsters zo uitgedroogd bleef. In deze fase van het onderzoek werd Phillips bijgestaan door de gerenommeerde ufoloog Stanton Friedman, met wie hij sindsdien in een aantal andere gevallen ook heeft samengewerkt.

“Ik vond een uitstekend laboratorium genaamd ‘Agra-science’ en gespecialiseerd in het analyseren van landbouwgrond,” vertelt Friedman. “Ze testten de monsters op thermoluminescentie om te zien of de aarde aan grote verhitting had blootgestaan. De resultaten leken erop te wijzen dat de grond had blootgestaan aan de een of andere vorm van hoge stralingsenergie zoals microgolven.”

In 1964 vond in de heuvels rondom Socorro in Nieuw Mexico (VS) een van de beroemdste gevallen van fysieke sporen van UFO's plaats. Hulpsheriff Lonnie Zamora zag een metaalwit, eivormig voertuig landen waaruit twee ‘buitenaardsen’ stapten. Zamora merkte ook een vreemd uitziend embleem op aan de zijkant van het voertuig, maar toen hij op onderzoek uitging, steeg dat snel weer op. Op de plek waar het had gestaan, vond Zamora vier indeukingen in de grond. Men gaat er vanuit dat deze door het landingsgestel van het voertuig zijn gemaakt.

Waar we hier mee te maken hebben, is empirisch bewijs dat niet zomaar kan worden weggewimpeld door de ‘lawaaierige negativisten’
Stanton Friedman, fysicus en ufoloog

Maar de interessantste ontdekking was misschien wel die van het Oak Ridge-laboratorium, een ander onafhankelijk laboratorium dat bij dit onderzoek in de arm werd genomen. Het wetenschappelijke team van Oak Ridge was er in elk geval erg opgewonden over. Op met een elektronenmicroscoop gemaakte foto's hadden ze vreemde, kristallijnen structuren gezien die ze niet konden identificeren.

Het geval van Delphos is echter slechts een van de honderden fysieke sporen-gevallen die door Ted Phillips zijn onderzocht. Phillips beweert een enorme hoeveelheid bewijzen verzameld te hebben, maar die worden van officiële zijde alleen maar terzijde geschoven of met spot afgedaan. Stanton Friedman stelt echter dat er één ding onweerlegbaar vaststaat: “Hallucinaties kunnen er niet voor zorgen dat 35 cm aarde volledig uitdroogt,” zegt hij, “en ook niet consequent fysieke, voelbare en onderzoekbare bewijzen zoals fosforescerende ringen in de aarde achterlaten.”

ANALYSE

Drie soorten 'sporengevallen'
Ted Phillips heeft de duizenden gevallen van UFO-sporen die hij onderzocht, onderverdeeld in drie soorten.

1. De eerste categorie betreft kleine, ronde voorwerpen, met een diameter van 2,5 tot 3 meter en meestal fel glanzend, die een holle cirkel van verschroeide of gedroogde aarde achterlaten.

2. De tweede groep omvat wat Phillips als ‘de klassieke schotel, met een diameter van 9 tot 12 meter en een metaalachtig oppervlak’ beschrijft. Deze voertuigen laten vaak een 9 meter brede cirkel in de aarde achter plus indeukingen van het landingsgestel. Vaak wordt door getuigen gemeld dat ze homonoïde-achtige buitenaardsen in de omgeving van het toestel hebben gezien.

3. De derde categorie betreft voertuigen van het soort dat Lonnie Zamora in 1964 in Socorro in Nieuw Mexico (VS) zag: een eivormig voorwerp dat landde en weer opsteeg en vier indeukingen in de grond (een ervan ziet u hierboven, met getekende lijnen om de dimensies beter weer te geven) achterlaat. Dergelijke indeukingen zijn talloze malen op plekken van UFO-waarnemingen aangetroffen. Ted Phillips voerde op een aantal ervan compressie-testen uit en ontdekte dat er een gewicht van ongeveer 25 ton nodig is om zo'n indeuking te veroorzaken.

Profiel Ted Phillips
Ted Phillips raakte voor het eerst geïnteresseerd in UFO’s toen zijn vader hem vertelde over een piloot wiens vliegtuig rakelings door een vliegende schotel was gepasseerd. In zijn geboortestaat Missouri begon hij in de jaren ’60 UFO-gevallen te onderzoeken; in 1967 stuitte hij op zijn eerste ‘fysieke sporen-geval’. Drie mannen hadden een UFO zien neerdalen in de vallei waar ze aan het kamperen waren. Een van hen slaagde erin een foto te maken van het voorwerp, dat zo laag vloog dat het de kruin van een boom verschroeide en een groot deel van de tent en andere kampeerspullen vernietigde.

Phillips documenteerde dit geval en besloot contact op te nemen met de gerespecteerde UFO-onderzoeker dr. J. Allen Hynek van de North Western University. Hynek kwam zo onder de indruk van het geval dat hij Phillips verzocht hem te helpen bij zijn studie.

Zoeken naar bewijzen
Men mag foto’s en video’s van UFO’s nu wel afdoen als ongefundeerd bewijsmateriaal, maar wat moeten we denken van de fysieke effecten van zogenaamde UFO-landingen? De onderzoeker Ted Phillips heeft een enorme databank opgebouwd van UFO-incidenten waarbij er sprake was van fysieke sporen, en hij beweert dat zijn bewijzen onweerlegbaar zijn. Wordt de aarde echt door buitenaardse wezens bezocht?

1. In het verleden werden ronde indeukingen in de aarde (ook wel ‘UFO-nesten’ genoemd) vaak verward met het fenomeen van de graancirkel. Volgens Ted Phillips kunnen de twee fenomenen van elkaar worden onderscheiden, daar de fysieke sporen-gevallen gewoonlijk gepaard gaan met het verslag van ooggetuigen. Bovendien vertonen graancirkels over het algemeen niet de mutatie van planten. (Geen mutatie van planten in graancirkels? Phillips houdt zich wellicht alleen met UFO’s bezig en niet met graancirkels. Waarmee natuurlijk niet beweerd wordt dat graancirkels afdrukken zijn van gelande UFO’s. Ufowijzer).

2. Ted Phillips voerde een aantal experimenten uit waarbij werd gepoogd om zaden te laten ontkiemen in de grond die met UFO’s in aanraking was geweest. In het Delphos-geval, bijvoorbeeld, nam hij monsters uit zowel de aarde binnen de verbrande cirkel als daarbuiten; in beide probeerde hij zaden te laten ontkiemen. Het experiment toonde duidelijk aan dat er oorspronkelijk niets wilde groeien in de ‘UFO-aarde’, terwijl de zaden in de aarde van erbuiten al snel kiem schoten. Na korte tijd scheen de UFO-aarde zich te herstellen en konden er weer normaal planten in groeien.

3. Toen Ted Phillips zes maanden na het zogenaamde UFO-incident daar, naar Delphos terugkeerde, had er net een sneeuwstorm in het gebied gewoed. Toen Phillips op de plek van de UFO-landing de sneeuw wegruimde en er een emmer water overheen goot, kwam de verbrande cirkel echter intact tevoorschijn. Volgens Phillips bleef de cirkel zo duidelijk te zien omdat de aarde er binnenin nog steeds geen vocht opnam.

4. Een close-up van een van de voetafdrukken die door buitenaardsen zouden zijn achtergelaten nadat er in 1966 een UFO was geland in de buurt van het huis van John Reeves in Florida. Ted Phillips zegt dat er in 23 procent van de gevallen waarbij UFO’s sporen achterlieten, buitenaardse inzittenden zijn waargenomen, en dus is het niet verbazingwekkend dat er dan ook buitenaardse voetsporen worden gevonden. “Als je pas na een tijdje op de plek van de landing arriveert, dan is de kans natuurlijk groot dat alle sporen zijn uitgewist,” zegt Phillips. “Maar als we de informatie snel kregen en er dus snel bij waren, hebben we altijd of een gedeeltelijke voetafdruk of een hele reeks afdrukken gevonden.” In zulke gevallen maakt Phillips altijd een foto evenals een gipsafgietsel van de afdruk. De diepte en maat wijzen op het gewicht en grootte van een klein kind.

5. In 1975 zag Masato Kohno in Kofu Stad in Japan een UFO landen die een verbrande ring in de aarde achterliet. Dergelijke fenomenen treft men aan in de buurt van UFO-landingen. Ted Phillips heeft honderden gevallen gedocumenteerd waarbij er sprake was van een cirkel in de grond die na het vertrek van de UFO ontdaan was van alle vegetatie. Het geval van de mysterieuze krater in 1990 (Frankrijk) leek op een fysiek sporen-geval.

Website Ted Phillips, een typisch Amerikaanse website, een teleurstelling:
http://www.angelfire.com/mo/cptr/topcases.html

TERUG NAAR ARTIKEL