DE POLITIEK VAN DEBUNKEN BEGON MET HET ROBERTSON PANEL
Door: George A. Filer
Directeur Mutual UFO Network Eastern MUFON Skywatch Investigations
Vertaling: Paul Harmans
Jeff Challender, welke excellent werk verricht aan de videobeelden van de NASA shuttle missies, vroeg mij of ik er wat voor voelde een artikel te schrijven over het niet zo heel bekende Robertson Panel van 1953? Daar ligt de oorsprong van de officiële gedragslijn om ongeacht de kosten, iedereen van geloofwaardig kaliber, die het waagt om UFO’s te rapporteren, belachelijk te maken en af te kraken. Slechts een klein deel van het volk is op de hoogte van dit panel en de aanbevelingen. Maar mensen zouden dit moeten weten. Als er werkelijk ‘GEEN’ UFO-fenomeen zou bestaan, zou er ook geen noodzaak bestaan een dergelijk beleid van offensieve aanvallen op getuigen te voeren. Waarom zou je zo hard werken, zoveel energie en tijd erin stoppen en zoveel belastinggeld eraan spenderen om iets dat ‘NIET BESTAAT’ te weerleggen?
Er wordt echter wel degelijk een politiek van het belachelijk maken van UFO-meldingen gevoerd. De eigen historische documenten van de Amerikaanse regering, verkregen via een beroep op de wet op vrijheid van informatie, verklaren waarom het een regeringsbeleid moest worden om iedereen die betrouwbaar bewijs voor het bestaan van UFO’s verschafte belachelijk te maken, te bespotten en in diskrediet te brengen. In de jaren veertig en beginjaren vijftig brachten de talloze rapporteringen van zeer gekwalificeerde getuigen de regering in een precaire en gênante positie.
Drijvende krachten achter de bekendmakingen waren majoor Donald Keyhoe en vice-admiraal Roscoe Hillenkoetter, de derde directeur van de CIA (van 1947 tot 1950), die verklaarden dat UFO’s echt bestonden. In opgewonden krantenkoppen werd gemeld dat UFO’s boven Washington DC en eigenwijs over onze militaire bases vlogen. De Koude Oorlog met de Russen en de communisten werd intenser. Vreemde voertuigen werden overal in ons luchtruim gerapporteerd en de nieuwsmedia waren kritisch wat betreft de verklaringen van de regering.
Velen dachten dat de voertuigen van de Sovjet Unie waren of misschien van aliens die uit waren op een invasie. Er bestond de angst dat de Sovjets de UFO-propaganda zouden gebruiken om de Amerikaanse regering in diskrediet te brengen. Er bestond een reële bezorgdheid dat er een nationale paniek zou uitbreken. Of UFO’s nu echt waren of niet, het maakte dat de president nerveus werd en het leger en de verschillende inlichtingendiensten leken niet te deugen. Talloze goede rapporten lekten uit en militaire vliegtuigen crashten. Er kwamen verhalen naar buiten dat deze vliegtuigen crashten als gevolg van het achtervolgen van een UFO. De crashes werden verklaard als zijnde trainingsongelukken en ten gevolge van mechanische defecten, maar de nieuwsmedia begonnen dergelijke zaken met elkaar te verbinden.
Bestseller boeken beweerden dat UFO’s echt waren en wellicht een signaal waren van een aanstaande invasie van de Sovjets of aliens. De situatie, waar of niet waar, werd slechter. Het Robertson Panel werd op verzoek van het Witte Huis opgericht met als opdracht een eind aan deze situatie te maken. Het was net zoiets als de Warren Commissie of de Waco-verhoren waarbij het volk antwoorden verlangde. Zodoende kwamen machtige krachten uit de CIA, de luchtmacht en de wetenschappelijke gemeenschap bijeen om de UFO-zaak af te koelen.
Documenten van de CIA onthullen vijf namen van leden van het wetenschappelijk adviesorgaan die bekend stonden als sceptici en welke een aantal zeer magere UFO-gevallen ter bestudering voorgelegd kregen. Zij kwamen tot de conclusie dat: ‘Er geen onmiddellijke bedreiging van de nationale veiligheid bestond aangaande de waargenomen objecten. Meldingen van vliegende schotels kwamen volgens hen voort uit overbelaste bronnen, die verkeerde informatie verschaften, en communicatiekanalen verstopten, alarm veroorzaakten en, reëel gezien, ook al was het waar, we zouden er toch weinig aan kunnen doen. Verder verloor de regering het vertrouwen van het volk. Onze wetenschap en onze vliegtuigen leken geconfronteerd te worden met een zeer superieure technologie.’
De besprekingen en aanbevelingen van het Robertson Panel concentreerden zich rond het hoofdprobleem: het uitroeien van het geloof in deze ongeïdentificeerde vliegende objecten. Manieren om daarbij de nieuwsmedia en filmindustrie te gebruiken werden besproken. Documenten van de CIA onthullen dat één van de aanbevelingen van het panel was dat een politiek van het debunken van UFO-rapporteringen moest worden ingesteld. Dat zou resulteren in een afname van de publieke interesse in vliegende schotels en zou voor een sterke psychologische reactie zorgen.
De media zoals televisie, filmindustrie en populaire magazines zouden daarbij moeten helpen. De basis van een dergelijke omvorming zou moeten bestaan uit echte gevallen die in eerste instantie als raadselachtig in de media zouden worden voorgesteld, maar die later een aardse verklaring zouden krijgen. De truc was om dat in eerste instantie regelmatig te doen en als het eenmaal bij het publiek was doorgedrongen, was er maar weinig nodig om het gaande te houden. Een dergelijk programma zou leiden tot een afname van de huidige ‘lichtgelovigheid’ van het publiek en het tevens vatbaar maken voor de slimme propaganda.
De CIA-rapporten onthullen een nationale politiek van het ontkennen van UFO-rapportages. Daar werd op aangedrongen en de macht van de regering werd in stelling gebracht om het onderwerp te debunken. Het panel besprak de verschillende geslepen methoden die konden worden toegepast om een dergelijk programma te laten werken. Men was het erover eens dat psychologen die ervaren waren in massapsychologie, hen konden adviseren over de aard en inhoud van het programma. En zodoende kwam er een programma waarbij elke gegronde waarneming werd afgekraakt, zelfs als dat tot gevolg had dat piloten en overheidsemployés in verlegenheid werden gebracht. UFO-rapportages werden genegeerd, bekritiseerd en zij die het waargenomen hadden belachelijk gemaakt.
Timothy Good schrijft in zijn boek ‘Above Top Secret’: ‘Een andere sinistere aanbeveling van het panel was dat burger UFO-groeperingen in de gaten moesten worden gehouden: “vanwege hun potentiële grote invloed op de mening van de massa in het geval zich een belangrijke waarneming voordeed. Het duidelijk aanwezige gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel en het mogelijke gebruik van dergelijke groeperingen voor ondermijnende bedoelingen zou men tevens in gedachten moeten houden.” Het panel concludeerde dat: ‘Het aanhoudende effect van de meldingen van dit fenomeen, in deze uitzonderlijke tijden, is dat het een bedreiging vormt voor het ordelijk functioneren van de beschermende organen binnen de politiek,’ en men deed de aanbevelingen:
a. Dat de nationale veiligheidsagentschappen onmiddellijke stappen zouden ondernemen om de speciale status die de ongeïdentificeerde vliegende objecten hadden gekregen en het aura van mystificatie dat het helaas had aangenomen, werden weggenomen.
b. Dat de nationale veiligheidsagentschappen een politiek zouden instellen van inlichtingen, instructie en publieke educatie, ontworpen ter bescherming van het materieel welzijn en de moraal van het land en om afwijkingen meteen te herkennen en daar effectief op te reageren mocht men de indruk hebben dat het een vijandig oogmerk had.’ (Pag. 338)
Kort daarna ondernam de overheid elke poging UFO’s te debunken, zelfs als dat tot gevolg had dat daardoor de eigen mensen in verlegenheid werden gebracht. Het werd al snel duidelijke dat de beste manier om je militaire carrière te verwoesten was, een UFO te melden. Kapitein Edward J. Ruppelt, chef van de tak luchtfenomenen op het technisch inlichtingen instituut, vertelde dat de CIA de luchtmacht opdroeg waarnemingen en waarnemers te debunken. “Wij zijn opgedragen waarnemingen, indien mogelijk, te verbergen,” vertelde hij majoor Keyhoe. “Maar als er een behoorlijke waarneming naar buiten komt, dan moeten we een snelle verklaring geven, iets verzinnen om de rapportage snel om zeep te helpen en we moeten tevens de getuige(n) belachelijk maken en helemaal als we geen geloofwaardig antwoord weten te vinden. We moeten zelfs onze eigen piloten in opspraak brengen.”
De miljoenen dollars die gedurende de jaren door de luchtmacht zijn gespendeerd om het Roswell verhaal te debunken laten zien dat een dergelijke politiek nog steeds in werking is. Het is tegen de stroom op roeien om de waarheid van de situatie naar buiten te brengen. Als een groep militairen een UFO waarneemt en het werkelijk een stevige zaak is, dan worden zij snel overgeplaatst of vervroegd met pensioen gestuurd om zodoende te voorkomen dat men er onderling over praat en er worden verschillende dreigementen geuit om hen stil te houden.
Telkens als ik een stevig debunkartikel lees, dat tracht de reputatie van een moedige UFO-onderzoeker aan stukken te scheuren, dan vraag ik mij af voor wie de debunker werkt? Zodra je de ufologie bestudeert, ontdek je al snel dat er in bijna elke belangrijke zaak een poging wordt gedaan de mensen belachelijk te maken die het positieve UFO-bewijs naar voren brengen. Hoe beter de zaak hoe sterker de kritiek. Dit wordt frequent gedaan door een kleine, maar meedogenloze groep die elke waarneming lijkt toe te schrijven aan Venus of bedrog. Iedereen heeft recht op een eigen mening, maar zij vallen over het algemeen eerder de onderzoeker aan dan de gegevens. De aanvallen zijn wraakzuchtig en op de persoon gericht en niet op zijn onderzoek of zijn waarneming. Ik vraag mij iedere keer weer af of dergelijke aanvallers worden betaald om dit soort karaktermoorden te plegen? Een favoriete aanval is om een persoon af te kraken die tracht iets van geld te verdienen met zijn UFO-onderzoek. Op de een of andere manier is het heel gewoon dat je met elk ander onderwerp je brood kunt verdienen, behalve met ufologie.
Ik
ben blij eventueel te kunnen verschijnen voor een rechtbank en te kunnen getuigen
van de realiteit van UFO’s. De Koude Oorlog is voorbij en veel van hen
die in het verleden in dienst van de overheid waren, stellen nu vragen bij
deze methoden. De intensiteit van de acties van de regering dragen bij tot
een roep om bewijs dat UFO’s bestaan. Misschien dat de beleidslijn opnieuw
bekeken moet worden. Meer dan vijftig jaar zijn verstreken sinds de methoden
van afkraken en belachelijk maken een politieke zaak werden. Ik heb het gevoel
dat het tijd is om dat te veranderen.
George Filer maakt als getuige deel uit van het Disclosure Project. Zijn verhaal kun je op de volgende link lezen: George Filer Getuigenis
http://en.wikipedia.org/wiki/Robertson_Panel
http://www.blackvault.com/documents/ufos/cia/robertson0.htm
http://www.nationalufocenter.com/
Link naar ufowijzer-artikel betreffende de vreemde crash van Thomas Mantell: Thomas Mantell