UFO-ARCHIEF OPENBAAR De Telegraaf 30 december 2006 PARIJS, zaterdag – Het Franse ruimtevaartagentschap CNES gaat zijn archief over vermeende waarnemingen van vliegende schotels publiceren op het Internet. De database is vanaf januari of februari te raadplegen op de website van de organisatie, zo liet CNES gisteren weten. Volgens een woordvoerder bevat de database
rond de 6000 verslagen over circa 1600 incidenten in de afgelopen dertig
jaar. De namen van de mensen die de waarnemingen hebben gemeld worden
niet gepubliceerd om te voorkomen dat zij het mikpunt worden van pesterijen. Wat
De Telegraaf wel en niet schrijft
Vrijdag 29 december 2006 PARIJS (Reuters) Het Franse ruimtevaartagentschap CNES gaat zijn archief betreffende UFO-waarnemingen en andere fenomenen online zetten, maar zal de namen van hen die ze rapporteerden weglaten om hen te beschermen tegen het lastig vallen door ruimtefanaten. Jacques Arnould, een functionaris van het Nationale Ruimtevaart Studie Centrum (CNES), vertelde dat de Franse database, met daarin ongeveer 1600 incidenten, eind januari of midden februari online zal staan. Hij vertelde ook dat CNES gedurende bijna 30 jaar verklaringen en documenten heeft vergaard om die te bestuderen en te archiveren. “Vaak zijn de verklaringen afgegeven bij de Gendarmerie, wat zodoende een officiële getuigenverklaring oplevert… en sommige komen van piloten uit de luchtvaart,” zo zei hij aan de telefoon. Gegeven het succes van films over bezoeken vanuit de ruimte, zoals ‘E.T.’, ‘Close Encounters of The Third Kind en ‘Independence Day’, zal het CNES-archief waarschijnlijk wel een hit worden. Het
archief bestaat uit ongeveer 6000 meldingen, waarvan veel betrekking
hebben op hetzelfde incident, ingediend door het publiek en luchtvaartprofessionals.
Hun namen zullen niet vrijgegeven worden om hun privacy te waarborgen,
zo vertelde Arnould. De vooruitgang in de techniek gedurende de laatste
drie decennia heeft CNES ertoe bewogen de beslissing te nemen het archief
online te zetten, zo vertelde hij en hij voegde daaraan toe dat het
waarschijnlijk beschikbaar komt via de CNES website: www.cnes.fr |