TERUG NAAR ARTIKEL

DE BEDINIMOTOR VAN PAUL

Door: Paul Harmans

September 2008


De meerderheid van de mensheid leest alleen de ochtendkrant en kijkt ’s avonds het 8 uur journaal en denkt dan dat ze exact weet hoe de wereld in elkaar steekt…


Naar aanleiding van alle verhalen over magneetstroom en de opmerkingen van vooral politici en medewerkers van Greenpeace dat het onmogelijk is meer energie uit een systeem te krijgen dan erin gaat, ben ik zelf ook begonnen met het bouwen van een eenvoudige Bedinimotor.
Bedini heeft op dit principe zelfs patent gekregen omdat hij kon aantonen dat het een zeer efficiënte acculader is.

http://www.rexresearch.com/bedini/bedini.htm#6545
http://www.energenx.com

Oude afgeschreven accu’s uit bijvoorbeeld auto’s, motoren en scooters kunnen door ze op te laden met deze energie (Bedini noemt het onder andere Radiant Energy of Negative Energy) weer jaren mee. Deze vorm van energie verwijdert tijdens het laden van de accu het vuil van de accuplaten en er komen tevens geen giftige dampen vrij en er wordt geen warmte opgewekt, allemaal voordelen die de gewone acculaders beslist niet hebben.

Dat je met het systeem van Bedini met 1 primaire accu meerdere accu’s kunt opladen is het wonder waarnaar men waarschijnlijk niet heeft gekeken bij de patenttoewijzing, anders was er zeker (maar ten onrechte) over perpetuum gesproken en had men de zaak afgewezen.

Waar blijft de wetenschap?
Het is Godsonbegrijpelijk waarom de wetenschap deze vorm van energieopwekking niet oppikt! Het zal wel te maken hebben met de uitdrukking: ‘Horen, Zien en Zwijgen’ want wat zei de wijsgeer Confucius tegen zijn leerlingen? “Kijk niet naar, luister niet naar, spreek niet uit en richt je niet op wat in strijd is met welvoeglijkheid.” De Dikke van Dale geeft voor ‘welvoeglijk’ de definitie: ‘Overeenkomstig de geldende normen’. De geldende normen zijn voor de wetenschap in de Westerse Wereld vandaag de dag de opvattingen en ideeën van de multinationals, die zijn het voornamelijk die hen voorzien van fondsen en opdrachten voor hun wetenschappelijk onderzoek. De wetenschappelijke moraal is glashelder in dezen: ‘Bijt niet de hand die je voedt!’ Geld maakt krom wat recht is zullen we maar zeggen. Het heeft voor een deel ook te maken met het feit dat we al meer dan 100 jaar onze elektriciteit op constant dezelfde wijze opwekken en op de een of andere manier halsstarrig denken dat dat de enige efficiënte manier is.

Vind je het bovenstaande te ver gezocht? Bedenk je dan eens hoe de wereld er uit had kunnen zien als de wetenschap de laatste 50 jaar wat opener had gestaan ten opzichte van al die exotische energievormen die wel degelijk sinds het ontstaan van het universum rondom ons aanwezig zijn, zoals oa. John Bedini en Tom Bearden overduidelijk aantonen en waar Nikola Tesla 100 jaar geleden al kennis van had. Maar ja, je mag ook blijven luisteren naar al die ontkenners die Tesla zwart maken en Bedini als een oplichter betitelen, het staat de mens vrij de kop in het zand te steken.

En Greenpeace?
En dan hebben we ook nog het onwillige Greenpeace. Waarom zij er geen aandacht aan willen besteden is de grote vraag, zeker gezien de onderstaande stoutmoedige uitspraken van die organisatie. Zij beweren aan de telefoon en in e-mailverkeer met mij, dat men in het geval van nieuwe ontwikkelingen navraag over de haalbaarheid daarvan doet bij de wetenschap. En dus komt de techniek van Bedini alweer geen steek verder omdat het volgens de wetenschap op basis van de natuurwetten niet kan. Dat natuurwetten gedurende de geschiedenis al meerdere malen aangepast moesten worden vanwege nieuwe inzichten wordt niet eens in overweging genomen.

‘Greenpeace is een internationale milieuorganisatie die door onderzoek, overleg en acties werkt aan een duurzaam evenwicht tussen mens en milieu.’

‘Greenpeace heeft vertegenwoordigingen in 40 landen. Overal ter wereld laat Greenpeace milieuproblemen zien en zoekt en stimuleert de organisatie oplossingen. Greenpeace doet onderzoek, overlegt met bedrijven en overheden en voert actie. De acties van Greenpeace zijn vaak spectaculair en altijd geweldloos.’

Bron: http://www.greenpeace.nl/about


De UFO-idioten
Een veel gehoorde opmerking is: Waarom zijn het juist de idioten die in UFO’s geloven die ook aan de onzin van Bedini en de andere magneetstroom- en nulpuntenergie initiatieven waarde hechten? Mijn weerwoord daarop is dat de meerderheid van de mensheid alleen de ochtendkrant leest en ’s avonds het 8 uur journaal kijkt en dan denkt dat ze exact weet hoe de wereld in elkaar steekt.

Mensen die in UFO’s geloven zijn vroeger of later zelf op zoek gegaan naar UFO-informatie die je nooit in de krant of op het journaal zal vinden. Als je die zoektocht met een dosis gezonde scepsis aanvangt, zul je al snel ontdekken dat het UFO-fenomeen maar al te waar is en dat er door bepaalde machthebbers een gigantische doofpot is opgezet. Je zult ontdekken dat de media al sinds 1953 door bepaalde geheime diensten worden ‘gevoed’ met verhalen en verklaringen die speciaal zijn opgezet om de zaak belachelijk te maken en te houden, en ervoor te zorgen dat de wetenschap, de media en de wereldbevolking vooral blijven geloven dat het allemaal onzin is wat de UFO-klok slaat en het slechts imbecielen zijn die daarin geloven. Het zal je verbazen hoeveel van je helden (wetenschappers, presidenten, astronauten, enz.) in UFO’s geloven, maar dat bewust niet aan de grote klok hangen uit angst om geslachtofferd te worden.

Mensen die dus de moeite hebben genomen onder dat verchroomde laagje media-, wetenschappelijke- en politieke werkelijkheid te kijken, zijn er ook van overtuigd geraakt dat er heel wat meer zaken bewust uit het daglicht worden gehouden en dat zogenaamd betrouwbare politici en kopstukken uit de wetenschap niet altijd zo eerlijk zijn als ze zich voordoen. Feit is ook dat deze (UFO) mensen er tevens al langer achter zijn dat de wereldwijde media zo beïnvloedbaar zijn als de pest, zaken die niet in de krant of op tv mogen, komen niet in de krant of op tv! (Ja, behalve in negatieve zin!) En voor iedereen die denkt dat ik hierboven alweer onzin uitkraam: begin eerst zelf maar eens aan je persoonlijke zoektocht naar hoe de wereld werkelijk in elkaar steekt. Ik geef je een goede raad mee, zet je schrap, bouw bewust een kreukelzone onder je hersenpan in, geloof ook weer niet alles, gebruik je gezonde verstand en neem de tijd (misschien wel jaren) om je nieuw verworven wereldbeeld te aanvaarden en tracht pas dan commentaar te leveren op mensen die al langer buiten de gevestigde orde en de gebaande paden denken en handelen. Alleen behoor je dan inmiddels ook tot die mensen die door de slapende massa als idioten wordt gezien, maar daar mag je overigens best trots op zijn.

 

DE BEDINIMOTOR

Ter overweging
Een handige amateur is heel goed in staat in zijn schuurtje een tweetakt of viertakt verbrandingsmotor te bouwen, als hij maar beschikt over een draaibankje en wat andere machines die voor een dergelijke klus nodig zijn. Maar hij mag (en wij mogen) dan niet verwachten dat zijn motor dezelfde prestaties levert als het nieuwste topmodel van een bekende motorenfabrikant, dus dat het ding 1:20 loopt, geruisloos draait, bijna zonder smeerolie kan en dik 200.000 km meegaat.

Zo is het ook met de Bedinimotor die duizenden amateurs wereldwijd hebben nagebouwd. John Bedini heeft er 20 jaar over gedaan om zijn modellen te perfectioneren en zeer fijn af te stellen. Een dergelijke fijnafstelling is onvermijdelijk om de resultaten te verkrijgen die Bedini claimt te hebben.

http://www.icehouse.net/john34/bedinibearden.html

Om die fijnafstelling bij je zelf gebouwde Bedinimotor te verkrijgen zijn geduld en vele testruns noodzakelijk. Bedenk dat je wellicht nooit dezelfde topprestaties zal krijgen als Bedini met zijn geperfectioneerde modellen. Maar je zal zeker ontdekken dat het op zich al een wonder is dat je met een kleine 12V 1,2 Ah accu je rotor 5 uur kunt laten draaien en dat je tegelijkertijd ook nog een compleet lege 12V 1,2 Ah accu voor 80% hebt opgeladen.

Een paar kleine opmerkingen voor het fijnafstellen
* Een hoog toerental is niet nodig, de radiant energy pieken blijken hoger te zijn bij een laag toerental. Welk toerental het beste bij je eigen motor past moet je via testen uitvinden.
* Het blijkt dat als je de rotor werk laat doen, dat ook dan de pieken hoger zijn, je kunt bijvoorbeeld een fan van een kleine ventilator op de rotor bevestigen, die brengt ook het toerental naar beneden.
* Er zijn ook voorschriften voor de lengte van sommige stroomdraden binnen het circuit.
* De te laden accu moet ‘wennen’ aan de radiant energy en zal na een aantal malen met de Bedinimotor te zijn opgeladen sneller te laden zijn.
* Hoe dichter je de componenten van het circuit bij elkaar soldeert, hoe beter ze werken.

Voor deze en nog veel meer tips voor de bouw en fijnafstemming moet je beslist de presentatie van Rick Friedrich bekijken:

http://video.google.com/videoplay?docid=-1630339210335190736&hl=en

Of zijn presentatie op DVD bestellen:

http://rpmgt.org/order.html (onder de aankondiging: Feb. 2008 DVD BEDINI MONOPOLE MOTOR ENERGIZER PRESENTATION)

Het zal je zeker helpen! Doe niet net als mij, ik ben met bouwen begonnen zonder goed naar deze en andere info te kijken en dat vertaalde zich in het later weer moeten aanpassen van bepaalde zaken. Ik dacht het vooraf al begrepen te hebben, maar helaas.

(Hans Bruin, een trouwe bezoeker van ufowijzer, heeft verstand van elektronica en bouwt ook aan Bedinitechniek. Hij stuurde mij naar aanleiding van dit artikel nog wat opmerkingen die ik met zijn toestemming onder de desbetreffende hoofdstukjes heb geplaatst.)

De rotor
Voor de bouw van een dergelijke motor heb je weinig nodig, vaak vind je veel van de onderdelen in je schuur of op zolder. Voor de rotor kun je alles gebruiken, als het maar van plastic, hout, roestvrij staal of aluminium is. Het mag dus niet van metaal zijn omdat zoiets de werking van de magneten die erop gemonteerd moeten worden in de weg zit. Het mag een grote of kleine rotor zijn, dus alles tussen een rolschaatswieltje en een (aluminium) fietswiel kun je gebruiken. Ik raad je echter aan met een kleine rotor te beginnen, een fietswiel vraagt wat meer werk en meer magneten. Aan een rolschaatswieltje zit al meteen een lager en dat zorgt voor een soepele draaiing van het wieltje. Je kunt natuurlijk aan elke ronde schijf een as monteren die in een kogellager zit. Ik kreeg van een buurman een schijf om te gebruiken als rotor, het is vroeger onderdeel (een tandwiel) geweest van een elektrisch apparaat en is gemaakt van een soort materiaal dat het midden houdt tussen hout en plastic. Ik kreeg van hem ook een asje aan een lager. Die twee heb ik aan elkaar gezet en aldus een rotor lopend op een lager gecreëerd.

In eerste instantie heb ik op mijn rotor 5 magneten gemonteerd, later bedacht ik mij dat het er misschien te weinig waren en heb ik er nog eens 5 bijgezet. Misschien zijn dat er weer teveel, maar ik was gebonden aan de ruimte tussen de eerste 5 magneten. Rick Friedrich geeft als richtlijn voor de beste afstand tussen de magneten het volgende: houdt de magneten naast elkaar, zodra je geen onderlinge beïnvloeding meer voelt is dat de afstand waarop je ze op de rotor bevestigt. Zet je ze te dicht op elkaar dan beïnvloedt de ene magneet het magnetisch veld van de ander en dat zorgt voor een mindere werking van de motor.

De spoel
Voor de ronde zijkanten van de spoel (maar ze mogen ook vierkant zijn hoor) kun je ook van alles gebruiken, als het maar niet van metaal is. Dus plastic, hout, karton, enz. De afmetingen kun je zelf wat bepalen aan de hand van de foto’s, maar als je iets van 7 cm diameter neemt heb je ruim voldoende voor het wikkeldraad.

De kern van de spoel moet hol zijn omdat daar de op maat gezaagde staafjes hardsoldeer (dus geen tin dat bij zachtsolderen wordt gebruikt) in moeten. Ik heb de kern gemaakt van een pvc elektriciteitsbuisje, je weet wel waar we vroeger op straat pijltjes mee in de gordijnen van de buren schoten. Ook de lengte van de kern is bij mij ongeveer 7 cm. De kern hoeft niet exact in het midden van de zijkanten van de spoel te zitten, de spoel hoeft namelijk niet te draaien, dat doet de rotor. Mooi of lelijk maakt voor de werking niet uit.

De staafjes hardsoldeer knip je op maat uit een stuk of drie lasstaven (geen laselektrodes). De lasstaven zijn te koop bij enkele bouwmarkten, maar vaker bij de kleine doe het zelf winkels die gelukkig nog van alles los verkopen en nog net niet ten onder zijn gegaan aan de grote concurrent. De staven zijn ongeveer 1 meter lang en 2mm. dik en ik betaalde er hier in Dordrecht (van de Linden in de Mariastraat) 45 ct. per stuk voor. John Bedini gebruikt ze ook en maakt ze zelfs nat voordat hij ze in de kern stopt, ze gaan dan wat roesten, maar dat blijkt juist weer efficiënt te zijn. Alles bij deze techniek is nu eenmaal anders! Zorg wel dat je voldoende staafjes in de kern vastdrukt, anders worden ze er door de magneten uitgetrokken.

Opmerking Hans Bruin: Je schrijft over de lasstaafjes dat Bedini ze zelfs nat maakt voordat hij ze in de kern stopt zodat ze gaan roesten. Het is een eenvoudige manier om de staafjes van elkaar te isoleren (roest is een slechte geleider). Dit helpt wervelstroomverliezen te reduceren. (Deze stromen verwarmen de staafjes omdat ze energie aan de spoel onttrekken.) Hoe minder energie je in warmte omzet hoe efficiënter de schakeling functioneert.

Een andere manier om de staafjes van elkaar te isoleren is b.v. ze vooraf in lak (vroeger vaak schellak) te dompelen en dan in de kern te plaatsen. Na het drogen van de lak zitten ze dan ook goed aan elkaar vast.

De magneten
De benodigde magneten heb ik gekocht bij een bouwmarkt, daar verkopen ze de opbouwmagneten om kastdeuren gesloten te houden. De magneten zitten in een plastic ombouw en die sloop je natuurlijk weg. De magneten die je zo verkrijgt hebben ongeveer de afmetingen van 5mm dik bij 8mm breed en 30mm lang. De magneten worden op de rotor bevestigd, je kunt ze met plakband vastzetten, maar ook lijmen met montagekit. Bedenk wel dat ze behoorlijk vast moeten zitten zodat ze niet door de straks ronddraaiende rotor worden gelanceerd. De magneten moeten allemaal met de Noordpool naar buiten op de rotor komen. De Noordpool van een magneet bepaal je door ze tegen een kompasje te houden. Als de naald van het kompas wegdraait van je magneet heb je de Noordpool van de magneet te pakken, als de naald naar je magneet blijft wijzen is dat de Zuidpool en die moet je dus niet hebben. Merk de kant van de Noordpool op de magneet met iets zodat je je niet kunt vergissen. Je kunt die magneet daarna gebruiken om de Noordpool van je andere magneten te bepalen (noord stoot noord af) er bestaat namelijk een kleine kans dat je je wijzer van je kompas ompoolt door de sterke magneten er telkens dicht bij te brengen.

Bedini en Friedrich gebruiken magneten die een stuk groter en krachtiger zijn, dat zal wellicht ook zijn uitwerking hebben op het efficiënter werken van een Bedinimotor.

Opmerking Hans Bruin: Krachtiger magneten zijn zeker aan te bevelen, zeker in die gevallen waar wrijving optreedt. (Denk aan het door Rick Friedrich aanbevolen smeermiddel.)
Als je op zoek bent naar krachtigere magneten, kijk dan eens bij Conrad.nl

Het model waarbij alleen het lampje gaat branden is nogal gevoelig voor doorbranden van de transistor of het lampje. Ik heb zelfs de 1Kohm potmeter kapot kunnen krijgen door aan iemand te laten zien dat het lampje gaat branden als je de secondaire accu afkoppelt. Het beste kun je dus meteen met twee accu’s werken en veel meer werk is het niet. Sluit dus altijd beide accu’s aan als je de rotor laat draaien want er komen behoorlijke stroompieken vrij. Zet wel het neonlampje ertussen, het werkt ook als zekering mocht er een aansluiting naar de te laden accu losraken. Geen lampje betekent in dat geval meteen een doorgebrande transistor.

Wat mij wel is opgevallen, is dat als de rotor draait en de potmeter helemaal dicht staat, de 100 Ohm weerstand gloeiend heet wordt en dan zo af en toe de rotor laat stoppen. Door aan de potmeter te draaien kun je dat heet worden voorkomen, maar helemaal opendraaien is soms ook niet goed, tracht een tussenstand te vinden. Rick Friedrich heeft het over de ‘Sweet Spot’, dat is de stand van o.a. de potmeter waarbij de rotor het juiste aantal toeren draait en de pieken Radiant Energy de juiste kracht hebben. Dat is een kwestie van zoeken en testen en ik heb zelf de ‘Sweet Spot’ nog niet gevonden, maar door elke dag met mijn Bedinimotor bezig te zijn ga ik er wel meer van begrijpen.

Benodigde elektronische onderdelen
Deze onderdelen kun je bij een elektronicazaak kopen:
1x 1 K ohm potmeter
1x 100 ohm weerstand
1x transistor 2N3055
1x diode 1N4001
1x diode 1N4007
1x neonlampje 70V
Eén meter elektriciteitsdraad rood
Eén meter elektriciteitsdraad zwart (of wat je thuis nog aan kleuren hebt liggen natuurlijk)
De kosten van het bovenstaande bedragen nog geen 10 euro.

Koperdraad
Het benodigde koperdraad om de spoel mee te wikkelen is nogal een probleem, de meeste zaken hebben het niet in grote lengtes op voorraad. Zelfs de Internetzaken melden vaak dat ze het eerst zelf moeten bestellen voordat ze het kunnen leveren. Ik heb uiteindelijk bij de Radiobeurs in Breda koperdraad gekocht van de volgende lengtes:
2 x 23 meter 0,4mm dik
2 x 16 meter 0,6mm dik
plus 1 x 12 meter 0,7mm dik omdat van de 0,6 slechts 2 stuks voorradig waren.
De prijs van dat alles was 17,75 euro.

De spoel moet dubbel gewikkeld worden met een draad van 0,4 en een draad van 0,6mm die je samen tegelijkertijd windt. Het aantal windingen moet ongeveer 850 stuks zijn. Om de benodigde lengte draad te berekenen ben ik uitgegaan van de diameter van de kern van de spoel die 16mm is, dus: 3,14 x 16mm = ongeveer 5 cm lengte voor 1 wikkeling (Pi x D = omtrek), 100 wikkelingen is zodoende 5 meter, 1000 wikkelingen is 50 meter en aangezien de dikte van de kern met daarop de eerste wikkelingen wat toeneemt en daardoor ook de lengte van elke nieuwe wikkeling, kom ik grofweg op 850 wikkelingen met de 2 x 23m draad van 0,4 die je aan elkaar mag solderen. De 0,6 en 0,7 heb ik ook aan elkaar gezet en zodoende had ik ook bijna 50 meter draad. Wees er zeker van dat je de draden goed hebt gesoldeerd, als het eenmaal op de spoel zit kun je moeilijk weer terug om de zaak nog eens vast te zetten. Let wel op dat de verschillende soldeerpunten niet op elkaar komen te liggen, dan krijg je sluiting. De draad die je koopt is gelakt en is dus geïsoleerde koperdraad. Die isolatie moet je van de twee uiteinden die je gaat solderen even afschuren met wat schuurpapier of afbranden met een lucifer/aansteker. Wat je gesoldeerd hebt hoef je niet te isoleren, als je maar rekening houdt met het bovenstaande over kortsluiting.

Ik heb de spoel dmv een lange bout door de kern in een accuboormachine vastgezet zodat je niet met de hand hoeft te wikkelen. Pas wel op met het losse koperdraad, vooral met de 0,4mm, als je die namelijk uit de verpakking haalt om aan het spoelen te beginnen, zit het voordat je er erg in hebt in de knoop. Je kunt het beste met drie man het spoelen ter hand nemen. 1 persoon die de twee bundeltjes koperdraad in de hand houdt en zorgt dat het niet in de war raakt, 1 persoon die de boormachine (op lage snelheid) bedient en 1 persoon die de beide draden netjes naast en over elkaar op de kern begeleid. Wat ik aan lengte van de dunne draad overhield ten opzichte van de dikke, heb ik er maar opgewikkeld, ik ga er van uit dat zoiets geen kwaad kan.

Bij Rick Friedrich zag ik een afbeelding van de spoel waarbij de kant van de spoel waarbij je geëindigd bent met wikkelen naar de rotor is gericht. Of het verschil maakt weet ik niet, maar ik had de spoel in eerste instantie andersom staan en heb het meteen daarna aangepast.

Ik heb tevens gezien dat sommige bouwers van Bedinimotoren hun wikkeldraden in elkaar draaien voordat ze die op de spoel wikkelen, het zal beslist nut hebben.

Opmerking Hans Bruin: Het in elkaar draaien van de wikkeldraden heeft als gevolg dat er meer afstand tussen de wikkelingen ontstaat en daardoor zal de spoel een kleinere eigencapaciteit hebben en hierdoor een hogere kwaliteitsfactor (Q) Een hogere Q-factor betekent een hogere spanningsopslingering en daar gaat het ons om!

Bij hoge frequenties worden bijna altijd spoelen gebruikt met maar 1 laag. De wikkelafstand is dan vaak gelijk aan de draaddikte, ook weer om de Q-factor zo hoog mogelijk te houden. Hoe meer wikkelingen, hoe groter de zelfinductie. De zelfinductie neemt ook sterk toe door een ijzerkern toe te passen. Het kernmateriaal moet voor de Bedini-schakelingen geschikt zijn tot b.v. 10kHz. Hieraan wordt door de lasstaafjes voldaan. (Er zijn ook kernmaterialen verkrijgbaar voor hogere frequenties.)

De ondergrond
Omdat ik mijn Bedinimotor aan anderen wil meegeven zodat zij hem ook eens kunnen testen, heb ik het allemaal goed vastgezet op een plaat plexiglas, maar een gewoon stuk hout kan natuurlijk ook als je de zaak niet hoeft te verslepen. Het plexiglas had ik nog in verschillende diktes in de schuur liggen. Als je zoiets moet kopen is het vrij prijzig, maar wat ik heb liggen was in principe afval dat je soms zo kan krijgen bij een bedrijf dat plexiglas verwerkt. Plexiglas kun je met een decoupeerzaag zagen. Zet er dan wel een grove houtzaag in en doe het op lage snelheid en stop niet halverwege, anders smelt je zaagje vast in het materiaal. Je kunt het ook goed boren, maar daarvoor geldt hetzelfde als hier boven, niet te snel en niet stoppen. Je kunt er zelfs in schroeven als de diameter van het gat net iets minder is dan de dikte van de schroef, maar het beste kun je M3 boutjes gebruiken waarvoor je in beide plexiglas onderdelen een 3mm gaatje door en door boort.

Het schema van het circuit
Voor een duidelijk schema ga je naar de volgende link:

http://rpmgt.org/JoinBediniList.htm

Er valt weinig over te vertellen, je zet de zaak in elkaar zoals het schema aangeeft.

Misschien nog wat uitleg over de componenten en hoe je ze herkent en welke kant de juiste is.

Een diode kun je vergelijken met een eenrichtingsstraat. De stroom kan er maar op 1 manier doorheen. Wat de stroomrichting is kun je zien aan de streep op de diode.

De potmeter: Van de drie pootjes die de potmeter heeft heb je er twee nodig. Als je de potmeter met de voorkant naar boven en de pootjes naar beneden houdt heb je de linker en de middelste nodig. Een weerstand heeft geen polariteit, dus het maakt niet uit hoe je die twee aansluit. Wat ook kan is met de multimeter nakijken tussen welke twee pootjes de weerstand hoger wordt als de potmeter met de klok mee wordt gedraaid.

Een weerstand heeft geen bepaalde richting waarin hij gesoldeerd moet worden.

http://mediatheek.thinkquest.nl/~kl010/elektro/schema%20met%20weerstand.htm

Het meten van de waarde van de weerstand:

http://mediatheek.thinkquest.nl/~kl010/elektro/multi-meter%20(weerstand).htm

De transistor dient vooral om elektronische signalen te versterken of te schakelen, maar als je alleen wilt bouwen en weinig verstand van elektronica hebt is het enige dat van belang is welke van de pootjes nu E of B is. Op Internet zijn wel de schematische voorstellingen van transistoren te vinden die de kenners begrijpen, maar ik heb mij wild gezocht naar de onderstaande schematische voorstelling en het nergens duidelijk kunnen vinden. Dus heb ik zelf maar een foto van mijn transistor gemaakt en er de aanduidingen bijgezet:


De twee pootjes E en B zitten net onder het midden van het huis
C = het gehele omhulsel, je kunt overal een draad solderen of de beide gaatjes gebruiken.

Ik heb mijn transistor op een koel-element gezet. Transistoren kunnen behoorlijk heet worden als je ze flink belast of even iets fout doet. Maar je kunt ook zonder koel-element als je weet wat je doet. Gezien mijn beperkte kennis van elektronica leek het me beter wel een koel-element te gebruiken. Doe het solderen aan de transistor zo kort mogelijk, want ook dan kan door de hitte de zaak kapot gaan.

De accu’s
Ik maakte in eerste instantie gebruik van 12V 7Ah gel accu’s. Op Marktplaats zijn ze al 2ehands vanaf 5 euro per stuk te koop, maar je weet dan niet zeker of ze nog goed zijn. Dergelijke accu’s komen uit beveiligingssystemen waarin elke paar jaar nieuwe accu’s gaan om zeker te zijn dat de zaak werkt. Werknemers nemen soms de afgedankte accu’s mee naar huis en zetten die op Marktplaats. De meeste accu’s zullen beslist nog goed zijn, men wacht natuurlijk niet totdat ze kapot gaan, dat zou de beveiliging niet ten goede komen. Maar als je echt betrouwbare testen wilt doen, dan kun je beter 2 nieuwe accu’s kopen. Ik heb 2 kleinere accu’s (12V 1,2 Ah) besteld bij Conrad, ze kosten daar 19,99 euro per stuk.

Je kunt bij deze techniek echter alle soorten accu’s gebruiken van 6 tot 12 en zelfs van 24 en 48V. Friedrich beveelt echter aan om met lage voltages te beginnen, zodra je meer ervaring met de Bedinimotor hebt kun je hogere voltages gaan toepassen.

Het testen
Sluit de accu’s aan zoals het moet, anders heb je kans op een rookwolk afkomstig van je elektronische onderdelen in je circuit. Plak labels aan de kabels die aan de accu’s komen. Zoals: + Primair; - Primair; + Secondair en - Secondair. Ik heb ook de draden die van de transistor komen gelabeld met kortweg B, C en E. Dat scheelt zoekwerk als je je transistor moet vervangen, een onderdeel dat nogal gevoelig is en snel kan doorbranden.

Ik heb mijn 2 accu’s gelabeld als Primair en Secondair omdat ik ze niet door elkaar wil halen. Ik moet eerlijk bekennen dat ik weinig verstand van elektronica heb, het bouwen is geen punt, maar hoe en op welke punten meet je, en wat meet je? Daarom ben ik van plan om mijn Bedinimotor aan anderen uit te lenen die daar wel verstand van hebben.

Wat ik wel heb gedaan is mijn primaire accu telkens opladen met een gewone 220V acculader. Mijn secondaire accu laad ik alleen met de Bedinimotor zodat die accu kan wennen aan de radiant energy. Als ik mijn volle primaire 12V 1,2Ah accu aansluit op de motor dan draait de rotor ongeveer 5 uur voordat de accu leeg is. Mijn secondaire accu die ik voorafgaand aan het aansluiten op de motor heb leeggemaakt dmv een 12V lampje, is na die 5 uur voor ongeveer 80% opgeladen. In principe is dat al na 3 uur draaien, na die tijd geeft de primaire accu niet meer voldoende input om nog meer toe te voegen. Hoe dat komt weet ik niet.

De secondaire accu is nadat hij is geladen met de Bedinimotor, geladen met negatieve energie (Radiant Energy) en het is beter om die accu niet meteen om te wisselen met de primaire accu om die weer op te laden. De Bedinimotor werkt volgens Friedrich op deze wijze niet echt goed. Je kunt wel accu’s wisselen, maar dan is er een uitgebreider circuit nodig met een condensator erbij. Lampen branden goed op de Radiant Energy, maar zoals Bedini en Friedrich ook benadrukken, we weten nog niet goed wat het nu werkelijk voor energie is, we kunnen het in bestaande accu’s opslaan, maar het verschilt aanzienlijk van de energie die we normaal in accu’s stoppen. Wellicht is deze energie ook wel de energie die al het leven op aarde van nature gebruikt om gezond te blijven en ons kracht en leven te geven, mens, dier en plant hebben nu eenmaal ook de energie uit het zonlicht nodig. Door beter onderzoek naar deze Radiant Energy zou het wellicht mogelijk kunnen zijn het ook toe te passen in de gezondheidszorg. Maar dan moet de gevestigde wetenschap eerst haar scepsis overwinnen en op universitair niveau onderzoek starten en als het nodig is de bestaande natuurwetten simpelweg aanpassen, dat is geen schande als het wordt gedaan op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten gebaseerd op degelijke proefnemingen en herhaalt door onafhankelijke instellingen.

Rick Friedrich laat weten dat je accu’s met liefde moet behandelen wil je dat ze lang meegaan. Dat houdt in dat je accu’s na het laden en ontladen rust geeft. Dus sluit niet meteen je accu’s aan als ze net leeg of opgeladen zijn. Het ontladen moet je ook zeer geleidelijk laten verlopen. In eerste instantie had ik vijf lampen die mijn kleine accu binnen vijf minuten leeg trokken, maar dat is dus verkeerd, dat sloopt binnen de kortste keren je accu. Doe het ontladen langzaam (uren) met een klein lampje en laat eventueel tussendoor de accu even op adem komen.

Ik heb ook getest met een kleine 9V batterij, mijn rotor draaide daarmee 3 volle uren en mijn grote 12V 7,2Ah accu was tevens een klein beetje opgeladen. Maar wat dat exact zegt over de Bedinimotor kan ik niet vertellen, dat zal een elektronicadeskundige moeten doen. Ik wil in dit verband nog wel even verwijzen naar het stukje ‘ter overweging’ bovenaan deze pagina, je kunt met een dergelijke primitieve en amateuristische Bedinimotor niet dezelfde resultaten verwachten als John Bedini met zijn geperfectioneerde modellen, maar een kenner moet het beslist opvallen dat er ook in de Bedinimotor van de amateur onderweg ergens extra energie moet worden opgewekt. Een COP hoger dan 1.0 zal niet snel door amateurs bereikt worden, maar 0,8 is ook al behoorlijk wat!

Schrijf de gegevens van je testen op in een boekje. Bijvoorbeeld de aanvangstijd met daarbij het voltage van de primaire en de secondaire accu en aan het eind van de test de eindtijd en het voltage van de beide accu’s. Natuurlijk valt er meer te noteren als je uitgebreidere testen doet.

Mijn test van 8 september (2008)
Ik zal hieronder slechts 1 eenvoudige testrun van mijn Bedinimotor plaatsen, ik heb er meerdere gedaan in de afgelopen weken, maar dit is de test van 8 september (2008). Dit is tevens de eerste test waarbij ik weer de goede potmeter (1 Kohm) heb geplaatst en die iets geknepen heb staan. En het is de eerste test waarbij ik de spoel met de kant waar ik geëindigd ben met wikkelen naar de rotor heb staan. Ik heb voor deze test de primaire accu na het opladen met de 220V acculader een dag laten rusten. Ik heb ook de secondaire accu na het ontladen met het kleine lampje een dag tot rust laten komen.

Testrun 8 september 2008

Start: 09:00
Primaire accu (Prim): 12,83V
Secondaire accu (Sec): 9,19V

Tussenmeting: 13:30
Prim: 9,84
Sec: 11,85

Rustpauze: 14:15
Prim: 7,40
Sec: 11,83

Hervatting: 15:15
Prim: 10,98
Sec: 11,71

Stop: 16:30
Prim: 7,63
Sec: 11,80

Na rustperiode: 20:30
Prim: 11,34
Sec: 11,67

Na 6 1/2 draaiuren is de primaire accu bijna leeg, de rotor draait nog wel, maar op een langzaam toerental. Bij de tussenmeting om 13:30, na 4 ½ uur draaien, geeft de secondaire accu al 11,85V aan. Daarna komt er niets meer bij, er gaat zelfs een klein beetje verloren. De conclusie is dat het nog niet efficiënt draait, ik moet er dus nog wat aan verbeteren. Ik weet niet of een expert iets kan zeggen over deze waardes, het meten van alleen Volts zegt niet alles.

Zodra ik meetgegevens heb die ik van anderen krijg die echt verstand van meten hebben, dan zal ik die natuurlijk op Internet zetten. De technische dienst van het bedrijf waarbij ik werk heeft grote belangstelling voor mijn Bedinimotor en een monteur van het elektrotechnische bedrijf GTI dat regelmatig voor ons bedrijf werkt, is zeer geïnteresseerd.

Ik heb ook nog plannen om een grotere rotor te bouwen, zoals bijvoorbeeld een fietswiel met zwaardere magneten, of een rotor met 4 spoelen, maar daarvoor moet ik eerst op zoek naar de benodigde onderdelen en helaas ook naar de tijd voor dat alles.

Trailer "Energy from the Vacuum" deel 2 John Bedini
http://it.youtube.com/watch?v=X6EnDBjCjBw&feature=related

Website John Bedini
http://www.icehouse.net/john34/bedinibearden.html

Website Tom Bearden
http://www.cheniere.org/toc.html
http://www.cheniere.org/sales/online-store.htm

Rick Friedrich met zijn werkgroep op Yahoo
http://tech.groups.yahoo.com/group/Bedini_Monopole3

Leuke ideeën voor je eigen Bedinimotor
Deel 1 (5:45 min.) http://nl.youtube.com/watch?v=a36g2MsEGWQ&feature=related
Deel 2 (5:33 min.) http://nl.youtube.com/watch?v=appORnbTIrc&feature=related

Uitleg
http://it.youtube.com/watch?v=lipq96gLtB0&feature=related
http://rpmgt.org/SSG.html

De persoon met de nickname introvertebrate heeft heel wat YouTube filmpjes gemaakt over hoe je een Bedinimotor bouwt. Onder andere:
Deel 1 (5:36 min.) http://it.youtube.com/watch?v=zJySgeSpJpQ&feature=user

Deel 2 (10:23 min.) http://it.youtube.com/watch?v=mOGjLDU2lX8&feature=related

Begrijpen hoe het Bedini circuit werkt
(2:24 min.) http://it.youtube.com/watch?v=yi7cmUpMdX8&feature=user

Zoek op YouTube op het zoekwoord Bedinimotor en je vindt een gigantische hoeveelheid filmpjes over dit fenomeen.

Een website met veel informatie en foto’s
Pag. 1 http://www.fight-4-truth.com/Replication.html
Pag. 2 http://www.fight-4-truth.com/Replication%20II.html
Schema’s: http://www.fight-4-truth.com/Schematics.html
Bouwinstructies: http://www.fight-4-truth.com/Erwin%27s%20%20work%20bench.jpg
Onderdelen: http://www.fight-4-truth.com/Parts%20Page.html

Onderdelen bestellen
http://rpmgt.org/order.html
http://r-charge.com

Lees ook de ufowijzer artikelen over de Bedinimotor van Hans
http://www.ufowijzer.nl/tekstpagina/BediniHans.htm
http://www.ufowijzer.nl/tekstpagina/BediniHans2.htm

TERUG NAAR ARTIKEL