VREEMDE EIGENAARDIGHEDEN IN OVERTON EN BASINGSTOKE, HAMPSHIRE, ENGELAND Door: Linda Moulton Howe © 2009 Vertaling: Paul Harmans Bron: http://www.earthfiles.com/news.php?ID=1637&category=Environment
Kenneth J. Parsons, voorzitter British Earth and Aerial Mysteries Society
30 oktober 2009 Overton en Basingstoke, Hampshire County, Engeland
– Op 10 oktober ontving ik (LMH) een e-mail van Kenneth
J. Parsons, de voorzitter van British Earth and Aerial Mysteries Society.
Het meldde: ‘Onze vereniging heeft een video van een ontvoering
van een dier bij nacht vanaf een Engelse boerderij waarin je het hulpeloze
beest kan zien terwijl het omhoog gaat en naar binnen bij het voertuig!’
Derek vertelde mij dat hij een maand geleden, op 28 september rond 11 uur ’s avonds op die maandag, op het punt stond te gaan slapen toen hij uit zijn slaapkamerraam keek en een donkerrood knipperend licht zag boven een veld van Laverstoke. Derek vertelde dat hij met een verrekijker trachtte te zien wat het was. Maar hij kon dat niet vaststellen. Plotseling begon het donkerrode licht helderder te worden en Derek pakte zijn videocamera. Hij vertelde mij dat hij het gordijn met één hand naar achteren vasthield terwijl hij de camera zonder driepoot met de andere hand in balans trachtte te houden. De video is daarom wat beverig en hij was er niet zeker van wat hij had opgenomen. Derek is bevriend met Ken Parsons en ging naar zijn huis om de video op een groter scherm te bekijken. De twee mannen concludeerden dat ze een groot dier konden zien dat onder het heldere licht bungelde. Was het een koe? Was het een waterbuffel? Ken Parson en Derek Bridges zonden mij een videoclip en geen van beiden weet wat de bron van het vreemde ‘cicade’ geluid is. Beelden
van 28 september 2009 rond 11 uur ’s avonds gefilmd door
De volgende dag, op 29 september, stond Derek in de schemering weer voor zijn raam en keek uit op het veld. Tot zijn grote verbazing doken er drie tot vier helikopters op die rondjes vlogen alsof ze iets zochten. Ik heb Ken Parsons gevraagd of hij bij de Laverstoke boerderij wilde navragen of er vee vermist is. We weten dat er in de week van 28 september twee dode koeien zijn gevonden waarvan de doodsoorzaak onbekend is en ik wacht op meer informatie over de waterbuffels.
Vreemd
luchtvoertuig en ontmoeting met wezen in Basingstoke op 4 augustus 2007
Om mij te laten begrijpen wat hij zag stuurde Kris mij wat schetsen die zijn opgenomen in dit verslag op Earthfiles.com. De vreemde eigenaardigheden begonnen voor Kris op zaterdag 4 augustus 2007, rond 11 uur ’s avonds. Hij had de hele dag op de vrachtwagen gereden en keerde uiteindelijk terug in zijn appartement dat op de bovenste verdieping lag en hij at nog wat op zijn balkon. Hier is Kris Reed met wat er vervolgens gebeurde.
Kris Reed: Ik zag iets vanuit mijn ooghoeken. Het was een paars/rode bol en het was ongeveer 50 meter bij mij vandaan en hing boven de daken van de huizen. Het leek uit het niets vandaan gekomen! Onmiddellijk had ik al die gevoelens die ik nooit eerder voelde en dat maakte me echt alert. Ik was slechts gericht op die bol van licht en het begon van kleur te veranderen. Het ging van paars naar zoiets als vlammen in de lucht. Ik was geconcentreerd op die verbazingwekkende lichten die veranderden van paars naar rood. Toen veranderde het naar een echt rode kleur en dat zorgde ervoor dat het hele voertuig waaraan ze vastzaten erdoor werd verlicht. In het voorste gedeelte van het voertuig waren de vlammen, alsof het een energiebron was.
Linda Moulton Howe: Wat was de vorm en kleur van het voertuig? Kris Reed: Het reflecteerde min of meer de roodheid van de vlammen, een soort metallic rood. Het was zeer heimelijk en metallic roodachtig. Er was iets dat op lijnen leek aan de onderkant van het voertuig. Het had ongeveer de grootte van een helikopter en de staart ging achteraan omhoog. Langs de bovenkant zaten een soort driehoekig gevormde ramen, die donker waren. Er waren geen propellers. Er kwam geen geluid van het voertuig. Er leek een soort krachtveld of barrière rondom het voertuig te zijn. Linda Moulton Howe: Waarom denk je dat? Kris Reed: Omdat ik iets rondom het voertuig kon zien. Het was afgesloten van de atmosfeer, alsof het voertuig in een bubbel zat. Linda Moulton Howe: Leek het op trillende lucht boven een heet wegdek? Kris Reed: Ja, bijna! Je kon zeggen dat er iets in de lucht was rondom het. Het is moeilijk uit te leggen. Ik word er echt nerveus van om erover te vertellen! En het zag er zeer heimelijk uit. Het leek op iets uit de toekomst. Linda Moulton Howe: En de ramen? Kris Reed: Ja, de ramen. Er waren er meerdere, ongeveer vijf, zes, zeven ramen aan de bovenkant van het voertuig en in een driehoeksvorm. Het voorste driehoekige raam werd plotseling doorzichtig terwijl het op 15 tot 20 meter weg boven een huis hing waar het was gestopt. Toen scheen er voor een seconde of vijf een paars licht, als een spotlight, naar beneden op het huis.
(lacht) Ik was absoluut overweldigd! Het leek of er een straal licht naar beneden op dat huis kwam en toen, na vijf seconden, verdween het. En toen werd het voorste raam doorzichtig en daar was die grijze buitenaardse, je weet wel, degenen met die grote zwarte ogen, hij keek naar beneden om wellicht te kijken wat hij deed, hij keek naar beneden naar het huis. Daar was die grijze buitenaardse. Hij keek naar rechts en naar beneden naar het huis of naar wat hij aan het doen was. Het wezen keek toen op en keek mij recht aan en dit is waar het zo gek gaat klinken, maar het is wat hij deed. Hij keek naar mij, hij keek naar links. Ik kon niemand anders in het voertuig zien, maar het leek alsof hij met iemand anders in het voertuig communiceerde. Hij keek weer naar mij en hij stak zijn tong uit. Hij had werkelijk een lange tong, een tong met een punt. Alsof hij voor de grap zijn tong naar mij uitstak. (lacht) Het klinkt gek, maar dat is wat hij deed. En hij deed dat twee keer. Linda Moulton Howe: Twee keer? Kris Reed: Ja, en hij lachte. Ik kon iets wits zien alsof hij tanden had. En ik kon zien wat hij aan had, een glimmend zwart pak. Het was een zeer, zeer slank wezen, een klein, dun wezen met werkelijk lange armen en echt met vier vingers. Zwarte ogen. Ik begin elke keer dat ik erover praat weer te beven! (lacht).
Linda Moulton Howe: Je beeft als je het nu aan mij vertelt? Kris
Reed: Ja, telkens als ik het ter sprake breng word ik
zenuwachtig. Kris Reed: Ik nam aan dat op dat moment de hele wereld, of delen van de wereld werden binnengevallen door deze wezens. Ik dacht dat dit overal gaande was. Ik dacht gewoon dat ze er waren. Ik stond daar en staarde, ik wist niets anders te doen. En ik uitte een paar vloeken, zoals ‘What the fuck doen jullie hier?’ Ik kon het gewoon niet geloven. Ik kon niet geloven wat ik zag. Ik voelde me wat zenuwachtig en bang voor wat ik zag. En ik wilde niet dat het mij zag, dus hield ik me verborgen en hield het in de gaten. Linda Moulton Howe: Maar dat wezen zag jou toch. Kris Reed: Ja, hij keek mij recht aan. Hij stak zijn tong uit, dat deed hij twee keer en leek toen te lachten. Hij zwaaide met zijn hand en toen werd het raam weer donker, ik kon hem niet meer zien nadat hij met zijn hand naar mij zwaaide. Linda Moulton Howe: Wat gebeurde er toen? Kris Reed: Er was een licht rommelend geluid en toen bewoog het voertuig heel langzaam in de richting waarin het wees, naar rechts, ongeveer drie tot vierhonderd meter. Het voertuig stopte toen en draaide naar mij toe, de voorkant met de grote, rode vlammen werd groter zodat ik het voertuig erachter niet meer kon zien. Er waren alleen die grote, rode vlammen. En toen kwam er in het centrum van die rode vlammen een witte bal licht en het hele toestel en de vlammen leken te dematerialiseren in die witte bal licht. Toen, als een kogel uit een geweer, schoot het op ongelooflijke snelheid weg! Het was echt heel vreemd. Het leek alsof er achter het iets opende, alsof er iets in de atmosfeer achter bewoog als een tunnel. Het was heel erg vreemd! Linda Moulton Howe: Ik denk dat ik het begrijp. Het schoot heel snel weg met iets tussen jou en het voertuig dat leek op een tunnel en waarin het voertuig verdween. Kris Reed: Ja, het leek alsof het voertuig dematerialiseerde in een witte bal van licht. Maar het voertuig leek te verdwijnen in een tunnel, of iets van een tunnel opende zich erachter. Het is zo moeilijk te omschrijven! Linda Moulton Howe: Wat deed je vervolgens? Belde je iemand op of de autoriteiten? Kris Reed: Ik rende schreeuwend rond op het balkon. Toen belde ik mijn ouders. Ik belde mijn tweelingbroer. Ik belde iedereen die kende. Linda Moulton Howe: Wat vertelde je ze? Kris Reed: Ik was gewoon heel erg opgewonden en geschokt. Linda Moulton Howe: Wat vertelde je je ouders en vrienden dat je had gezien? Kris Reed: Ik zei dat ik dat wezen had gezien, een grootogig grijs wezen in het raam van een voertuig. Ik vertelde hen alles, elk afzonderlijk detail. Linda Moulton Howe: En wat zeiden ze tegen jou? Kris Reed: Zelfs door mijn familie en mijn vrienden werd ik belachelijk gemaakt. Weet je, het is niet iets dat je elke dag ziet. Linda Moulton Howe: Kun je uitleggen waarom je niet kon slapen? Kris Reed: In feite dacht ik dat omdat ik hem had gezien, ze die nacht zouden terugkomen en daar was ik behoorlijk bang voor, dat ze zouden komen als ik sliep, dus bleef ik geloof ik wel drie dagen wakker. Linda Moulton Howe: Je sliep daarna gedurende twee of drie dagen niet? Kris Reed: Ik bleef wakker op mijn balkon alsof ik wachtte tot het terug zou komen. Ik wilde het werkelijk weer zien. Ik wilde contact maken. Linda Moulton Howe: Zelfs nadat dit wezen zijn tong naar je uitstak en leek te lachen, wilde je dat hij terugkwam en wilde jij hem zien? Kris Reed: Wel, ja, ik wilde het begrijpen. Wie waren zij? Wat deden ze hier? Meer vanwege mijn vragen. Linda Moulton Howe: Toen dat wezen twee maal zijn tong naar je uitstak, kreeg je toen enige geestelijke indrukken, alsof hij wellicht iets telepathisch op je wilde overbrengen? Kris Reed: Nee, het was meer dat hij zijn tong uitstak zo van: “O, je hebt mij gezien”. Hij lachte niet, het was meer een soort glimlach. Ja, maar niets telepathisch. Ik hoorde geen stem in mijn hoofd of zag beelden. Linda Moulton Howe: Toen je uiteindelijk wel ging slapen, had je toen dromen over dat wezen? Kris Reed: Af en toe kreeg ik een stroom energie in mijn hoofd als ik wilde gaan slapen, juist op het moment dat ik in slaap zou vallen. Ik weet echt niet wat dat is, maar het voelt alsof mijn hoofd een magneet is en er een andere magneet bij in de buurt komt. Linda Moulton Howe: Heb je een of ander gevoel over de bedoelingen van dat wezen? Kris Reed: Ik weet het niet, hij scheen een licht op een huis. Uit mijn onderzoek blijkt dat de grijzen niet zo’n goede naam hebben. Linda Moulton Howe: Maar voelde je je niet angstig Kris? Kris Reed: Ja, dat voelde ik mij wel, ik bedoel, toen ik naar hem keek voelde het werkelijk heel koud. Ik lachte niet terug naar hem. In feite keek ik heel gemeen naar hem, zoals ‘Wat doe jij hier? Wie voor de donder ben jij?’ dat soort dingen. Dat was mijn gevoel in die tijd, een alien in een voertuig, wat voor de donder?! Je weet wel (lacht). In die tijd waren dat mijn gevoelens, ja. Linda Moulton Howe: Als je denkt aan dat wezen in dat zeer ongewone voertuig dat in staat was een paarse lichtstraal naar beneden op dat huis te richten en dat wezen dat zo ver ging dat het zijn zilveren, puntige tong twee keer naar je uitstak… Kris Reed: Het was een hagedisachtige tong, ja. Linda Moulton Howe: Was het een hagedisachtige tong? Kris Reed: Ja, het was puntig, zoals je ziet bij een hagedis. Je kunt je de tong van een hagedis als puntig voorstellen. Linda Moulton Howe: En heel lang? Kris Reed: Ja, ik schat dat het mogelijk wel 15 cm lang was. Het leek heel ongewoon lang. Ik heb gesproken met een of twee mensen die door de grijzen zijn ontvoerd en een bewuste herinnering hebben aan deze wezens, ze hebben gesprekken met ze gehad en de mensen zeggen dat het grijze ras dat zij hebben ontmoet niet van deze lange tongen hebben. Dus, ik weet niet wat voor soort ras hij was of waar hij vandaan kwam. Het was een ander ras, het vriendelijke denk ik. Linda Moulton Howe: Dit was een reptielachtige soort? Kris Reed: Ik weet het niet. Zijn huid was heel erg licht in het vage licht binnen het voertuig. Het zag er niet geschubd uit of zoiets. Het leek op een heel gladde huid. Maar de tong was zeer puntig en was heel licht of wit. Grote zwarte ogen. Echt iets dat je niet wilt zien op een donkere avond! (lacht). Linda Moulton Howe: Dat je niet wilt zien op een donkere avond! Kris Reed: Nee, grote zwarte ogen en een groot, reusachtig hoofd. Linda Moulton Howe: Met een zwart glanzend pak zoals een balletpakje? Kris Reed: Het leek op een balletpakje, ja. Ronde hals en het zat tot aan zijn polsen, nauwsluitend. Ik denk dat hij een soort embleem op de borst had zitten. Het was een zeer, zeer tenger wezen. Linda Moulton Howe: Heb je enig idee hoe dat logo eruit zag? Kris Reed: Wellicht een soort driehoek. Een cirkel en een driehoek – ik weet het niet. Linda Moulton Howe: Hoever was dat wezen op dat moment van je verwijderd? Kris Reed: Ongeveer 50 meter. Linda Moulton Howe: Oké, dus dat wezen en het voertuig waren niet meer dan 50 meter vanaf jouw balkon? Kris Reed: Ja, ik kon het heel duidelijk zien, ja. Linda Moulton Howe: Hoe lang denk je dat het voertuig en het wezen daar waren? Kris Reed: Een paar minuten. Het was ongeveer 2,5 tot 3 minuten. Het was een zeer bewuste ervaring, niet alsof je een vallende ster ziet, het was er gedurende een paar minuten. Linda Moulton Howe: Heb je met de mensen gesproken van het huis waarop het paarse licht scheen? Kris Reed: Het leek alsof het op het huis scheen, maar achter dat huis lag spoorrails. Dus ik was er niet zeker van of het op het huis scheen of op de rails. Linda Moulton Howe: Maar ben je naar dat huis gegaan en heb je met die mensen gesproken? Kris Reed: Nee, dat heb ik niet gedaan. Ik dacht dat ze dan zouden denken dat ik gek was. Linda Moulton Howe: Is dat niet jammer? Dat we niet met elkaar kunnen praten over iets dat zo belangrijk is als wat jij hebt ervaren? Kris Reed: Ja, dat is het. Linda Moulton Howe: Wat zou jij graag zien gebeuren tussen mensen en deze grijzen? En wat denk jij dat er gaat gebeuren? Kris Reed: Dat is een goeie vraag. Ik hoop dat het vredelievende wezens zijn. Mijn gevoel was dat ik de aarde wilde beschermen, zoals ‘Wat doen jullie hier? Zijn jullie hier zomaar onaangekondigd gekomen zoals iemand op je stoep?’ Zoals ‘Wie ben jij? Wat voor de donder kom je hier doen?’ dat was mijn reactie toen. Maar hij keek naar mij en leek te lachen en leek vrede te sluiten, alsof hij wilde zeggen: “O, je hebt mij gezien,” en hij leek te zwaaien. Het leek er niet op dat hij boos naar me keek. Hij wilde grappig naar mij doen, hij stak zijn tong uit, ondanks dat ik dat wel heel erg vreemd vond. (lacht). Hij wilde op de een of andere manier grappig voor me zijn. Weet je, ik zou willen dat ik hem meer emotie had getoond, meer begroetend, iets dat ik niet deed. Linda Moulton Howe: Maar je was bang Kris. Kris Reed: Ja, ik was in een shock. Ik wist niet wat te doen. Ik stond daar als bevroren en vroeg me af ‘wat doe je hier?’
Artikelen
op ufowijzer over dat incident: |