HET BUITENAARDSE RAADSEL Over vliegende schotels, contact met buitenaardse wezens en kosmische ontvoeringen Schrijver: Marcel van Beurden Uitgever: Papieren Tijger 2004 ISBN: 90-6728-124-7 133 blz. Beschrijving: Op al die vragen geeft van Beurden in Het buitenaardse raadsel antwoord. Tevens schetst hij de historische, sociologische en psychologische factoren die ten grondslag lagen aan onder meer de vliegende-schotelhypothese en de meldingen van kosmische ontvoeringen. Hij doet dat helder en informatief, gewapend met humor en veel kennis van zaken. Het resultaat is een ontnuchterend en bij vlagen hilarisch boek dat de lezer voert langs zieners en profeten, dubieuze wetenschappers, slimme ondernemers en een publiek dat smulde van hun verhalen. Marcel van Beurden (1966) schreef voor de tijdschriften Skepter en Psychologie Magazine artikelen over het buitenaardse raadsel. Hij leverde ook bijdragen aan de Telegraaf en Het Brabants Dagblad.
Uitgebreide boekrecensie door Paul Harmans Ik kreeg half juli 2004 een boek opgestuurd met de titel ‘Het Buitenaardse Raadsel’ geschreven door Marcel van Beurden. Marcel vroeg mij om het op ufowijzer te zetten en of ik er een stukje over wilde schrijven. Hij gaf al bij voorbaat aan dat hij kritisch was en dat ik het wellicht niet met al zijn standpunten eens zou zijn. Ik beloofde hem dat ik zijn boek zou lezen en het misschien op ufowijzer zou plaatsen. Toen ik het voorwoord van zijn boek had gelezen, werd mij al snel duidelijk dat Marcel nauwe banden had met stichting Skepsis (hij had regelmatig artikelen geschreven voor het blad Skepter) en ter voorbereiding van zijn boek had hij uitgebreid contact gehad met Marcel Hulspas. Als ik van te voren had geweten dat dat zo was, was ik er naar alle waarschijnlijkheid niet aan begonnen. Stichting Skepsis bestaat uit een zeer harde kern van afkrakers, in het Engels: ‘debunkers’ en dat is heel wat anders dan critici. De mening van debunkers staat zo vast dat men pertinent weigert objectief naar de feiten te kijken en je bereikt niets door met dergelijke mensen in discussie te gaan. Dit lijkt kort door de bocht, maar een ieder die ooit met Skepsis te maken heeft gehad weet dat het waar is. Op hun website dagen zij bijvoorbeeld de homeopathievoorstanders uit tot een proef, maar terecht vreest de homeopathie dat een stichting met een dergelijke reputatie hen geen eerlijke kans biedt en weigert samenwerking. Het kan geen kwaad een dergelijk boek op ufowijzer te plaatsen. Vandaag de dag zullen critici en zelfs de mensen in de media, er een overkill in herkennen. Dergelijke boeken graven het graf van de schrijver. Net als de verklaringen die de sceptici aandroegen voor de waarneming van de Mexicaanse luchtmacht in maart van dit jaar en zichzelf daarmee belachelijk maakten, geeft dit boek de neerwaartse spiraal waarin de sceptische organisaties zich momenteel bevinden een ferme duw. De
Skepsis-stijl UFO’s
in de ruimte De eindconclusie van Marcel wat betreft UFO’s in de ruimte volgt hier: “Niettemin duurde deze opleving van verhalen over UFO’s in de ruimte maar kort, en het hevige vuur dat ze veroorzaakten doofde al snel. Vanaf de jaren tachtig hoorde men er weinig meer over.” Marcel heeft zeker nooit gehoord van de vele UFO-meldingen afkomstig van de Shuttle-bemanningen en heeft al helemaal geen weet van de ‘The Secret NASA Transmissions, The Smoking Gun’. Inmiddels heb ik ervoor gezorgd dat die video in zijn bezit is. UFO-crashes Contactpersonen Ontvoeringen Disclosure? ‘Disclosure’? Ja, inderdaad ‘Disclosure’, ik vraag mij af waarom nu juist dat belangrijke initiatief niet wordt beschreven in het boek. Het is heel vreemd en dat zie je bij alle debunkers, men laat angstvallig het Disclosure project buiten beschouwing en je zult er dus in dit boekje, dat volgens de uitgever op alle vragen een antwoord geeft, ook geen woord over lezen. Toeval? 133
bladzijden? Wat
staat er dan op de foto’s? Ik verdenk de schrijver ervan dat hij zijn onderzoek heeft beperkt tot het lezen van de artikelen van ’s werelds grootste debunker, de Amerikaan Philip J. Klass en die van Neerlands grootste afkraker Marcel Hulspas. Vooral de beweringen over de psychologische werking achter het fenomeen lijken rechtstreeks uit de koker van Hulspas te komen, de negatieve beschrijving van alle bekende Amerikaanse UFO-onderzoekers en de rammelende, scheve UFO-geschiedenis komen van Klass. Een
oproep aan Marcel van Beurden Wees eerlijk Marcel en begin aan een eigen onbevooroordeeld onderzoek. Je zult ontdekken, zodra je onder de verstikkende Skepsis-deken bent uitgekropen, dat er een fascinerende wereld op je ligt te wachten. Stel je intelligentie op positieve wijze in dienst van het UFO-fenomeen. Het is een feit dat er veel rotzooi tussen zit, maar doe onderzoek naar de echt onverklaarbare gevallen en die zijn er, dat weet ik 100% zeker en wie weet schrijf je in de toekomst een boek dat wel recht doet aan dit veelomvattende fenomeen. Paul Harmans
Reactie door Marcel van Beurden op de recensie van Paul Harmans
Harmans zegt dat sceptici niet in discussie gaan met anderen. Bij dezen wil ik duidelijk maken dat dit voor mij niet geldt, mocht ik als scepticus worden gekenschetst, en ik wil dan ook tevens stellen dat het een kwestie van toonzetting en respect is dat er nooit een discussie tussen beide kampen is gevoerd. Dit geldt zowel voor de sceptici als voor de “gelovigen”. Beide kampen zitten verscholen in uiterst rigide en gepolariseerde kampen, waarin al dan niet feitelijke argumenten door henzelf en door hun tegenstanders als fileermessen op elkaar worden gebruikt. Een situatie die voor niemand voordelig is en die riekt naar sterke onvolwassenheid. Welbeschouwd heb ik enkel naar de ontwikkeling
van het vliegende-schotelfenomeen gekeken in het kader van de Koude Oorlog.
Ik heb het UFO-fenomeen niet negatief neergezet, zoals Harmans beweert,
maar het beschreven volgens de beschikbare gegevens, zowel van sceptici
als van “gelovigen”. Harmans zegt dat ik mezelf enkel beroep
op sceptici, maar als hij mijn literatuurlijst zou hebben aanschouwd dan
zou hij toch moeten toegeven dat ik put uit zowel sceptische als gelovige
bron. Jammer dat Harmans niet de hand in eigen boezem steekt door te erkennen dat - althans een deel - van het UFO-wereldje ooit was vergeven door nazistisch propagandamateriaal. En inderdaad, ik pak mensen met een dergelijke achtergrond feitelijk en hard aan. Dit geldt tevens voor de Zwitserse Billy Meier, de thans nog bekendste levende contactpersoon. Hij is weliswaar geen nazi, maar ook hij tovert mooie, blonde buitenaardse wezens tevoorschijn die hij schamper en doorzichtig van het televisiescherm af heeft gefotografeerd. Van deze man zijn meerdere keren frauduleuze praktijken bekend en waarom ik deze man dan meedogenloos neersabel is het feit dat deze meervoudig veroordeelde man een oplichter is die met de goedgelovigheid van anderen speelt. Dat Harmans in het geval van buitenaardse ontvoeringen Hopkins, Mack en Jacobs tegen mijn aantijgingen beschermd lijkt me tekenend voor de wijze waarop hij in het leven staat. In plaats uit te gaan van wetenschappelijke en geschiedkundige methodes lijkt hij de voorkeur te hebben voor onderzoeksmethodes die op los zand zijn gebaseerd. Hypnotherapie en geleide ondervragingstechnieken zijn geen methodes die feitelijke gegevens op hoeven te leveren. Ik heb eens een beschamende videofilm gezien waarop te zien was dat Hopkins, op aandringen van een verwarde moeder, een jong kind (een echt jong kind!) naar de conclusie praatte dat het ontvoerd was door buitenaardse wezens en dat die ontvoeringen nog veel meer zouden plaatsvinden. Lekker vooruitzicht voor zo’n kind! Als dit kind geen angststoornissen of post-stresssyndroom ontwikkelt dan weet ik het ook niet meer. Het was een mooie demonstratie van absolute onkunde en van ongelooflijk fout gedrag! De vragen die Hopkins stelde waren doorzichtig, manipulatief en hij liet het kind dingen geloven die het aanvankelijk niet eens kon verzinnen. Hopkins is een buitengewoon kwalijk individu dat aangeklaagd zou moeten worden voor dit soort schandalige praktijken. Wereldwijd worden deze ondervragings- en hypnosetechnieken, niet alleen door de wetenschap maar ook door politie en justitie, in de ban gedaan, voornamelijk vanwege erbarmelijke, mensen schadende resultaten en door de immorele bezwaren die ze met zich meebrengen, maar enkele naïeve goedgelovigen (alternatieve genezers en UFO-fanatici) propageren deze niet tot concrete en toetsbare gegevens leidende methoden, zodat steeds weer van die armetierige verhalen in de publiciteit geraken. Dat gelovigen hierbij niet terugkomen op wetenschappelijke gegevens dat het hier om mensen gaat die feit en fantasie niet uit elkaar kunnen houden (“fantasy prone personality”) en dat het om een wetenschappelijk onderbouwde conclusie (wereldwijd!) van slaapstoornissen gaat, is evenwel kwalijk als leugenachtig. Ik wil nog even terugkomen op een andere persoon die prominent aan de gelovigenkant staat. Het is Stanton Friedman. Zijn rol in het fenomeen is duidelijk en summier, vandaar dat hij ook als zodanig vermeld is. Friedman is een onbetrouwbare wetenschapper die speelt met feiten en meningen, een Macchiavelli die zich met een overdosis kennis inzet om vooral maar in beeld te blijven. Het adagio waar Friedman, Mack, Hopkins en Jacobs voorstaan is vooral niet in de hand te bijten die hen (financieel) voedt. Paul Harmans moet maar eens zeer achter zijn oren krabben als hij weer eens een boek leest. Het lijkt erop dat hij brommend aan het boek is begonnen omdat hij mij associeert met Marcel Hulspas. Ik heb verder niets met Hulspas; ik heb eenmaal over buitenaardse ontvoeringen in Skepter gepubliceerd toen hij daar hoofdredacteur van was, en heb nog emailcontact met hem gehad. Ik ben er zeker van dat Harmans een oprecht mens is. Maar hij is geen goed lezer. Hij is emotioneel zo zeer bij zijn onderzoeksobject betrokken dat hij niet meer in staat is om objectief te oordelen. Hij fulmineert tegen een mening, mijn mening - die op geschiedkundige en wetenschappelijke feiten is gebaseerd -, die na veel feitelijk onderzoek tot stand is gekomen. Dat is zijn recht. Maar ik vind het fnuikend om met een emotioneel betoog te komen, want hij schetst een beeld van ook mijn persoon dat niet op feiten is gebaseerd. Ik schrijf niet voor of tegen een hypothese. “Hypotheses non fingo”, zei de grote geleerde Isaac Newton eens. “Ik verzin geen hypothesen.” En dat is precies wat ik ook heb gedaan. Ik heb vanuit mijn gestelde hypothese de beschikbare feiten opgezocht, gecatalogiseerd en gecontroleerd, zowel geschiedkundig als wetenschappelijk onderbouwd, en een raster opgesteld waarin alle beschikbare gegevens als telkenmaal controleerbare waarheid kunnen worden gepresenteerd. Ik geloof dat ik op deze basis ook een moreel en ethisch juist boekwerk heb geschreven. Waar de goedgelovigen vooral mee bezig zijn is dat ze op basis van aannamen, invulling, emoties en achterdochtige gevoelens en dito ideeën een alternatief wereldbeeld propaganderen, waarmee ze moedwillig een wereldbeeld creëren dat verdacht veel op Russel Crowe’s “A beautifull mind” lijkt, een fictieve realiteit die, gelardeerd met schizofrene dromen en ranzige, op seksuele lust gebaseerde fantasieën het spiegelbeeld van ons mensen schetst als nog zeer primitieve, zindelijk opererende kuddedieren. Het ontstijgt nog net het niveau van de in 1966 geopperde fantasie van de Paul McCartney-kloon, maar dan hebben we er ook alles mee gezegd... Let wel, Harmans en de zijnen hebben weldegelijk een duidelijke zaak in handen. Het Disclosure-project levert interessante videobeelden en getuigenissen op, tenminste voor mensen die nog niet overvoerd zijn door alle redeneringen pro en contra, want ook voor deze zijtak van het UFO-fenomeen geldt dat het een nieuwe loot van een oude boom is. Ik bedoel hiermee dat we alle onduidelijke redeneringen uit de tweede helft van de vorige eeuw nogmaals kunnen herhalen. Ik heb het Disclosure-project niet in de ontwikkeling van het vliegende-schotelfenomeen meegenomen, aangezien het een recente ontwikkeling in het gegeven is dat niets heeft uit te staan met de conclusies van het boek. Ik vrees dat Harmans dit project middels een boekwerk zelf zal moeten omschrijven. Het Disclosure-project toont getuigenissen en beelden die weliswaar interessant zijn, maar waarvan een groot deel waarschijnlijk op enkele nieuwe natuurkundige fenomenen in de buitenste atmosferische lagen is gebaseerd. Een meteoroloog zal hier meer over kunnen vertellen. Ik denk dat Harmans hier spectaculaire nieuwe natuurkundige fenomenen op beeld heeft, maar hij moet geen antwoorden gaan geven, alvorens dit onderzoeksveld ten volle is doorwrocht. Wat betreft de getuigenissen, ze leveren geen echt nieuw beeld en/of informatie op, behalve dat ze dan onderschrijven wat ik in mijn boek stel: inlichtingendiensten, overheidsdiensten en journalisten hebben in het verleden een uiterst onprofessionele, ondeskundige en schandelijk slechte prestatie neergezet op het gebied van “Unidentified Flying Objects”. “Waar zijn we toch bang voor?” – de waarheid?
Voorafgaand e-mailverkeer Aan de recensie en aan het antwoord daarop van Marcel van Beurden ging een uitgebreid e-mailverkeer vooraf en omdat sommigen dat misschien interessant vinden om te lezen heb ik een speciale pagina gemaakt met daarin onze gevoerde discussie per e-mail. Ik heb daaruit alleen, om begrijpelijke redenen, een paar adressen verwijderd, de rest is origineel.
|