PRINTBARE
VERSIE
CHUCK
SORRELLS
Oud-sergeant
in de Amerikaanse luchtmacht
Getuige
in het ‘Disclosure Project’ december 2000
Vertaling:
Paul Harmans april 2005
Met
toestemming vertaald
Chuck Sorrells maakte zijn militaire carrière in de Amerikaanse
luchtmacht op de luchtmachtbasis Edwards toen daar in het luchtruim
boven de basis in 1965 niet één, maar zeker zeven UFO’s
verschenen, die bij enorme snelheden uitzonderlijke bewegingen uitvoerden
zoals haakse bochten en andere manoeuvres, die geen enkel bekend vliegtuig
uit die tijd kón maken. De UFO’s verschenen op diverse
radarschermen, werden visueel waargenomen door verscheidene mensen en
een speciaal aangestelde UFO-officier stuurde een jet de lucht in om
deze objecten te onderscheppen. Deze gebeurtenis duurde vijf tot zes
uur. Hier volgt Sorrells’ getuigenis en daarna een transcriptie
van de audio-tape.
Chuck Sorrells
Chuck
Sorrells: Mijn naam is Chuck Sorrells. Ik kwam in 1954 bij
de luchtmacht en ging in 1974 met pensioen. Ik was technisch sergeant
en de meeste tijd een luchtverkeersleider. Ik heb gediend op de luchtmachtbasis
Edwards in Californië, in Japan, Thailand, Alaska en een aantal
andere plaatsen in Amerika.
Het
gebeurde op 7 oktober 1965 boven de luchtmachtbasis Edwards. Ik had
nachtdienst in de verkeerstoren. Om ongeveer half 2 ’s nachts
zag ik aan de oostkant van de toren dat intens heldere licht. Het was
lichtgroen van kleur met onderaan een rood licht. Het rode licht leek
te pulseren en daar bovenop zat een wit licht dat alleen maar gloeide.
Het was zeer helder en tamelijk groot. Ik observeerde het licht een
tijd omdat er op dat moment geen vliegverkeer in het gebied was. Ik
belde naar de verkeerscontroleur militaire operaties beneden en de meteoroloog
die op dat moment dienst had (de weersvoorspeller), en ze gingen allemaal
naar buiten om een kijkje te nemen. Ik kreeg één van de
jongens van het detachement onderscheppingsjagers die op de basis was,
ook zover om te gaan kijken, en ook de kapitein daar beneden. We praatten
er een tijdje over en de mensen van de RAP-CON (de radarmensen op de
basis) hadden op dat moment geen vliegtuigen in het gebied.
Luchtmachtbasis Edwards
We belden het door naar de mensen van
Air Defense (luchtverdediging) in de Los Angeles defensiebranche. De
directeur daar belde zijn locaties, en op een bepaald tijdstip hadden
ze minstens vier verschillende radarlocaties die het op hun radarschermen
zagen. De UFO’s werden op een aantal andere verkeerstorens waargenomen,
zoals George Tower, en ook een aantal andere plaatsen zagen het. Er
waren dus verschillende mensen op de grond die deze UFO’s bekeken,
en ongeveer vier radarlocaties die ze waarnamen. Dit ging heen en weer
en heen en weer voor twee tot drie uur. Tenslotte besloot men een vliegtuig
in te zetten om het ding eens te bekijken. Dit werd gecoördineerd
met de andere, hogere hoofdkantoren, en ik denk dat NORAD (Noord-Amerikaans
luchtverdedigingscommando) erbij betrokken was.
(Zie
het getuigenis van militair luchtverkeersleider Michael Smith over betrokkenheid
van de NORAD in deze ondubbelzinnige UFO-kwestie, ondanks hun ontkenningen.
SG)
Het vliegtuig steeg op om te gaan kijken,
en ze probeerden hem voor te bereiden deze doelen te onderscheppen.
In het begin zag ik één groot, omvangrijk licht. Een tijd
later zat dat licht daar gewoon, bijna stationair, maar het was te dicht
bij de horizon om een ster of iets dergelijks te zijn. Het bevond zich
beneden onderaan de bergen [en] de heuvels enz., het was dus geen ster,
[en] ik kon het nergens mee in verband brengen.
Plotseling waren er nog drie objecten
met wat de verlichting betreft vergelijkbare karakteristieken. Deze
drie bleven samen. Ze bleven samen in een formatie en bewogen zich toen
zuidelijk van mij naar beneden en zaten daar, stationair, een tijdje.
Even later verschenen er nog drie, maar dat waren afzonderlijke lichten.
Ze vlogen afzonderlijk rond en gingen naar het noorden, zuiden, oosten
en westen – een heleboel manoeuvres. Op dat moment zag ik ze alle
zeven tegelijk en toen besloot men de onderscheppingsjager erop af te
sturen. De vroege morgen brak toen al aan.
Ze
hadden geen geluk bij de onderschepping van deze UFO’s. In de
verkeerstoren bleven ze maar vragen waar dit object met betrekking tot
het vliegtuig was. Ik kon hem alleen maar samenbrengen met de startbaan,
waarvan ik wist welke richting hij opging in relatie met waar ik me
bevond. Vervolgens zou ik hem, als hij aan het eind van de startbaan
was, vertellen een bepaalde koers te volgen en dan recht vooruit te
gaan. Wel, op drie verschillende momenten die nacht zei hij: “contact”,
en dat betekende dat hij contact had met iets op zijn radar in de cockpit
van zijn jet. Tot op heden weten we nog steeds niet wat het is geweest.
Maar ze waren echt.
Verkeerstoren Edwards
De onderscheppingsjager was op een bepaald
moment op een hoogte van 40.000 voet. Toen hij dicht bij het object
was, steeg het object gewoon heel snel, heel plotseling, recht omhoog,
en hij ging gewoon onder het ding door. Ergens op de tape zegt de chef:
“Hoe ziet hij eruit, toren?” En ik zei: “hij is laag.”
Hij antwoordde: “Nou, hij zit op 40.000 voet”, waarop ik
zei: “dat kan me niet schelen – hij is nog steeds laag.”
(De
tape waarnaar hij verwijst is een audio-tape van de feitelijke gesprekken
van deze urenlang durende ontmoeting. We hebben deze tape in bezit.
Zie hieronder de verwijzing naar het transcript van deze tape. SG)
Die UFO ging dus hoog de lucht in. Ze
zochten op hun radar, de hoogtezoekers en met alles naar dat ding. Ik
heb sterk het vermoeden dat het op dat moment hun radar oversteeg.
Steven
Greer: Hoe hoog zou dat kunnen zijn?
Chuck
Sorrells: Waarschijnlijk 100.000 voet of iets in die trant.
In die dagen lag hun radarvermogen waarschijnlijk tussen de 80.000 en
100.000 voet.
De onderscheppingsjager had op drie
verschillende momenten contact en daarna was hij hem kwijt. Gedurende
de rest van mijn werktijd dartelden deze objecten in de rondte. Tegen
dageraad bewogen de UFO’s zich steeds hoger en hoger en hoger
in de atmosfeer. Naarmate het lichter werd en je de rest van de sterren
niet meer kon zien, waren de UFO’s ook verdwenen – ze verdwenen
gewoon in de atmosfeer.
Ik
ken allerlei soorten vliegtuigen, ik weet dus dat dit geen van die dingen
was. Het was geen helikopter, geen vliegtuig, geen ballon – geen
weerballon of welk ander type ballon dan ook. Ik weet dat het geen bekend
vliegtuig of vliegend object was dat we tegenwoordig kennen, of toen.
En het was geen lasershow. Het leek op niets van dat alles, maar ze
vlogen heel erg snel. Ik kon ze in het oosten zien en vervolgens een
korte tijd later in het westen. In de tijd dat je tweemaal met je vingers
knipte hadden ze waarschijnlijk 30-40 mijl afgelegd. Ik bedoel, echt
heel snel! En ze konden omhoogstijgen, gewoon recht omhoog. Dat leken
ze bliksemsnel te kunnen. Op sommige momenten zweefden ze en zaten daar
gewoon lange tijd – om vervolgens weer te bewegen.
Luchtmachtbasis Edwards
De drie kleinere afzonderlijke lichten
bewogen meer als de andere. De eerste zeer grote UFO bewoog niet zoveel.
Na een paar uur bewoog het toch, een beetje uit het oosten naar beneden
naar het zuiden, dan weer enigszins terug naar het oosten – zoiets.
Het maakte echter geen onverwachte, snelle bewegingen, totdat ze er
een jager op afstuurden, waarna het recht naar boven steeg.
De
drie afzonderlijk rondvliegende lichten schoten naar het noorden, zuiden,
oosten en westen, en dat waren de dingen die werkelijk heel snel gingen.
Zij waren feitelijk dichter bij de basis en de grond. Ik schatte hun
hoogte soms op ongeveer 2.000 voet of minder. Ik weet dat we radar cuts
van ze kregen. (Ik heb geen idee wat er met radar cuts wordt bedoeld,
ik heb het aan de projectleader van het Engelse Disclosure Project gevraagd
en ook hij heeft geen idee. Op het forum van de Nederlandse luchtmacht
komt ook geen antwoord op mijn daar gestelde vraag. Het zou een onderbreking
in het radarsignaal kunnen zijn vanwege een zeer snelle beweging van
het object. Vert.) Ik had een cut gevonden ergens tussen de 4.000
en 10.000 [of] 11.000 voet. Dat is dus nogal laag aan de oppervlakte.
Deze UFO’s moesten iets zijn dat
een radarsignaal terugkaatst, en dat moest wel solide en metaalachtig
zijn. Radar is een heel eenvoudig iets: het is een radiogolf die iets
raakt, iets terugkaatst en terugstuit. Het moest dus iets zijn wat de
radar zou terugkaatsen, en het zou geen rubber ballon of iets dergelijks
terugkaatsen. Het moest iets van metaal zijn dat op de radar zou terugkaatsen
en op het radarscherm te zien moest zijn.
Steven
Greer: Kunt u de snelheid van deze objecten taxeren?
Chuck
Sorrells: Dat moet om en nabij duizenden mijlen per uur zijn
wat de snelheid betreft. Deze dingen moeten zeer, zeer snel zijn geweest.
De radarmensen hadden moeite om [hun] snelheid te bepalen omdat ze een
tijdje op één plaats bleven om vervolgens heel snel te
bewegen. Tegen de tijd dat het radarscherm rond ging om hen te traceren,
was de UFO alweer ergens anders. Het was heel moeilijk om de snelheid
vast te stellen. Je zag er één in het oosten, en als je
even rondkeek, als je aandacht voor een minuut ergens anders op gericht
was, en je keek weer dan was hij in het westen. Ze zwenkten zeer snel
en konden op allerlei manieren manoeuvreren waar we in die tijd niets
van afwisten. Het was een heel vreemde gebeurtenis. Dit gebeurde allemaal
in een tijdsperiode van vier uur.
In die dagen had elke basis een zogeheten
UFO-officier, en onze officier was eigenlijk degene die het bevel gaf
dat ding eens te bekijken. De directeur van de Air Defense voor het
verdedigingsgebied van Los Angeles en de radarcontroleurs wilden er
naar kijken, maar moesten allemaal zijn jawoord krijgen eer ze daarvoor
wettelijke toestemming kregen.
We hadden in die tijd op luchtmachtbasis
Edwards een raketsite. Er werd met allerlei soorten brandstofcombinaties
geëxperimenteerd, en ze deden daar veel raketmotorontbrandingen
om te zien welke stuwkracht ze zouden krijgen. Vanuit mijn standpunt
leek dat het gebied waar deze enorme UFO zich bevond – precies
boven die raketsite.
De
F-106 die in die nacht de lucht in werd gestuurd was wat men noemde
een ‘cold bird’. Het was niet bewapend.
F-106 onderscheppingsjager
Steven
Greer: Hoorde u tijdens uw loopbaan in de luchtmacht verhalen
van anderen over waarnemingen van dezelfde soorten UFO’s?
Chuck
Sorrells: Ja, die waren er. Ik heb de jongens verhalen horen
vertellen over dit soort waarnemingen, maar ze wilden er niet persé
mee naar buiten komen en vertellen wat ze hadden gezien, omdat ze niet
gebrandmerkt wilden worden als zijnde gek of hallucinerende. Of ze wilden
geen plagerijen van hun vrienden.
De tape die er nu is van de gebeurtenis
in die nacht is samengesteld uit radio- en telefoonopnamen die werden
opgenomen op de verschillende betrokken radarstations. Er moet ook een
andere tape zijn, uit de verkeerstoren waar ik dienst deed, omdat alles
wat er in de toren gebeurde werd opgenomen.
Het hoogste aantal objecten dat ik in
één keer heb waargenomen was zeven. Er was een grote,
en drie kleinere met dezelfde karakteristieken, maar deze drie bleven
ongeveer samen. Hierna waren er op een gegeven moment drie andere die
afzonderlijk van elkaar rondvlogen, maar op een bepaald ogenblik zag
ik er zeven tegelijkertijd. Nu ik de tapes heb beluisterd, hoor ik dat
er die nacht in dat gebied misschien wel elf zijn geweest.
Ik heb geen verklaring voor deze objecten,
maar ik weet wel wat het niet was. Niets van wat we nu kennen heeft
dit soort kenmerken – kan deze manoeuvres en snelheden uitvoeren
en zonder geluid. Er waren ogenblikken dat ze zo dicht in de buurt van
de toren waren, dat als het een vliegtuig of iets soortgelijks was geweest,
ik het geluid ervan had moeten horen. Ik wilde dat ik wist wat deze
objecten zijn geweest…
(Deze
bijzonder belangrijke zaak betreft een doorgewinterde luchtverkeersleider
van de luchtmacht, een officiële ‘UFO-officier’, 4
afzonderlijke radarstations, lock-on van de radar aan boord van een
onderscheppingsjager, vele uren lang, en vele objecten die verscheidene
uren waar te nemen waren. De debunkers en zij die de UFO-kwestie willen
ridiculiseren moeten al deze elementen kunnen wegverklaren – en
de geluidsopname van de feitelijke gebeurtenis. De enige conclusie is
de voor de hand liggende: deze UFO’s waren echt en geen moerasgas,
bolbliksem, hallucinaties of welke absurde uitleg er aan deze gebeurtenissen
gegeven wordt door de academici of de bureaucratie. SG)
Fragmenten
uit de audio tape van luchtmachtbasis Edwards – 1965
P = stemmen van verschillende piloten
A = stemmen van verschillende luchtverkeersleiders
O = stemmen van verschillende officieren
H = officier hoogtebereik
SP = San Pedro Station
FS = vluchtcoördinator
A: Zie je iets tussen Victorville en Edwards?
P: Hier is er één.
A: Lijken ze nu verder of weg te gaan?
P: (Te onduidelijk om te kopiëren.)
A: Hm, gaan ze weg?
P: Ik…officier…Ik denk niet dat ik op tijd
hier ben om ze te zien. Ze gaan omhoog.
A: Eh. Lijkt het erop dat ze weggaan en verdwijnen?
P: Ja, zeker. Ze gaan weg. Die naar het zuiden gaan
recht omhoog. Allemaal.
A: Uh. Hoeveel waren er?
P: Ik zag er zeven ineens.
A: Eh, hm.
P: Op dit moment vliegen 1-2-3-4-5 ook omhoog.
A: Vliegen die vijf ook omhoog?
P: Alle vijf vliegen omhoog.
…
P: Nou, meneer, ze vliegen nu allemaal omhoog.
O: (Clark) klopt dat?
P: Jawel meneer: ze vliegen nu allemaal naar boven.
O: (Clark) Okay, precies zuidelijk van ons heb je een
heldere ster. Waar vanaf die ster? Ik bedoel, die heldere – ik
denk op ongeveer 45 graden boven de horizon.
…
P: Vanaf hier zie ik ze nu allemaal, het rode licht
is gestopt en ze lijken alle koers te zetten _______
O: Echt?
A: Ik ga die heldere opnieuw bekijken.
O: Okay.
(Stemmen op de achtergrond vertellen wat piloot zegt door een radio
of telefoon, praten tegen andere personen.)
P: Er zijn er 3 of 4, een eind naar het zuiden en vaag.
…
P: Af en toe zie ik uit één van hen nog
een rood licht.
O: Waar zijn die met betrekking tot die grote heldere?
P: Eronder en een beetje zuidelijker. Er zijn er drie
bijna in een rechte lijn.
O: Hm.
P: Bijna horizontaal.
O: Okay.
P: Ik zie er nog steeds een waaruit soms een rood licht
komt, maar niet uit die grote.
…
P: Deze ruimte – deze ruimtevaartofficier die
dit samen met mij de hele nacht heeft geobserveerd. Hier, laat ik hem
nog eens vragen of hij dezelfde indrukken krijgt als ik. Ik wil niet
de enige zijn die dit soort dingen ziet.
A: Roger (lacht).
…
O: De man zegt dat de verkeerstorenman sprakeloos is.
Iemand heeft zijn verhaal bevestigd zegt hij. Hij zei dat ze op dit
moment in een heel snel tempo allemaal stoppen.
A: Nou, we wachten af en zien wel. We hebben alleen
hun verzoek nodig.
O: Okay, meneer.
A: We zijn het radarcontact met hen kwijt.
…
O: ______ is aan de telefoon. Wellicht kom ik erachter
of hij hetzelfde ding ziet als ik… mij lijkt dat ze allemaal snel
omhoog gaan. Dat zou kunnen. Ja. Hoe is het met die heldere? Lijkt die
nu veel hoger te staan? Hoeveel hoger? – dat is nu veel hoger
dan toen we het voor het eerst zagen. Ja.
…
O: Het is (onbekende naam) weer. Base Ops bevestigt
mijn – wat ik zie. Ze stijgen allemaal en de weerman van Base
Ops heeft deze dingen samen met mij de hele nacht geobserveerd en heeft
daarbij referentiepunten gebruikt om te kunnen beoordelen of ze bewegen.
O: Okay.
O: En hij bevestigt dat ze nu veel hoger staan dan
eerst. Ze gaan, ze gaan absoluut omhoog.
O: Heb je enig idee op welke hoogte ze nu zijn?
O: Ik heb een hekel aan schatten. Ik zou zoiets zeggen
als ongeveer 30.000 – 40.000, maar dat is strikt genomen niet
accuraat… het is slechts op het oog geschat.
O: Niet op mijn lage hoogte?
O: Nee meneer, dat zou ik niet zeggen. Niet eens in
de buurt van waar ze eerst waren. Bij de eerste waarneming van die ene
zou ik denken dat zijn hoogte niet meer was dan op zijn hoogst 5000
voet.
O: Okay, we hadden een nauwkeurige hoogte en dus wilde
de UFO-officier dat wij een kijkje gingen nemen. We zijn er klaar voor,
maar ik heb verder niets van hem gehoord.
O: Ik denk dat hij nog niet op Base Ops is gearriveerd.
O: Okay, ik wilde die kapitein hier op _____ hebben
zodat hij het kon zien voordat wij eropaf gaan of wat dan ook. Ik zie
geen enkel rood licht meer… (twee stemmen klinken tegelijkertijd).
Eén flikkert nog steeds definitief. Nou ja, ze flikkeren allemaal,
maar ze zijn nu zo ver weg dat ik het rode licht niet meer kan zien.
Het leek alsof er een klein rood licht aan de onderkant zat, een waarschuwingslicht
of zoiets.
…
A: Je weet dat we een hoop verkeer hebben. Nou ja,
niet een hoop verkeer, maar we hebben wat verkeer dat zich in dat gebied
beweegt. Ik vroeg me af of ze misschien omhoog zijn gegaan, uit de weg
of zoiets. Dit hele gedoe is wel leuk, niet?
A: Ja, dat was het (onduidelijk).
…
O: Dit is kapitein Clark weer.
O: Ja kapitein Clark! Wat hebt u daarbuiten gevonden?
CC: Bij die heldere ster, even kijken of ik de juiste
heb, dan naar beneden en iets naar rechts daar vind je er drie die een
soort ‘V’ vormen.
O: Dat zijn degene waar u naar kijkt?
A: Ja meneer.
CC: Vervolgens zie ik er één aan de onderkant
van de V, de V wijst min of meer naar rechts.
…
A: De drie in het zuiden… die lijken wel…
één van hen knippert en dan doet de volgende dat en dan
de andere weer.
…
A: Okay. Ik heb het nu gedurende een uur en 50 minuten
geobserveerd.
O: Ja.
A: Bijna twee uur nu en in die tijd is het twee maal
naar grotere hoogte gegaan en heeft het zich zo om en nabij vijf of
zes mijl naar het westen bewogen.
O: Uh-huh.
O: (Een ander.) Heeft iemand de wind daar in de buurt?
A: Ja meneer. Ik heb het hier in de toren. Het is op
dit ogenblik windstil. Niet meer dan twee knopen uit een oostelijke
richting. En deze dingen bewegen naar het westen.
O: O, stop even. Ik krijg hier verslag van Lans. Mijn
luchtmachtman zegt dat hij er één ziet bewegen daar. Hij
neemt nu mijn verrekijker om er naar te kijken.
…
O: Goed meneer. Hier is de dienst hoogtebereik van
de locatie. Okay, _________ majoor Strubble komt ertussen. De rest van
jullie op de lijn, als je de majoor wilt horen.
A: Dienst hoogtebereik luistert.
H: Okay. Het doel is 3 mijl verplaatst naar 0-9-1 graden.
Het is verplaatst van 0-3-0 graden naar 0-6-0 op 30, op uhh 50 ________
van de locatie.
O: Welke locatie?
H: Van San Pedro.
…
O: Alpha Zero heeft contact. Hij zegt ongeveer 15 of
20 rechts.
A: 2-2-0?
O: Juist.
O: Alpha, hebben we daar ergens in de buurt een vlucht?
A: Nee meneer, dat hebben we niet. We gaan ze nu laten
vliegen.
…
SP: 3-4-5 graden. Afstand ongeveer 80.
H: Okay, dat is de onderscheppingsjager.
A: Ze laten hem zo meteen draaien naar 0-9-0 graden.
Precies over de toren. Oké, draai naar stuurboord 0-9-0.
H: Pedro?
SP: Krijg je nu enige gegevens over deze objecten?
H: Hallo Pedro?
SP: Dit is Pedro, hoe gaat het met je?
H: Goed. Zet je nummer één op handbediening
en volg de onderscheppingsjager, dan zal ik je vertellen wanneer je
hem de achtervolging kan laten inzetten.
…
A: Prima, ik heb Alpha Lima nu in zicht.
A: Ja, hij zegt dat hij contact heeft. Op 12 uur, 16.
A: Dat is hem.
H: Okay Pedro. Zet je hoogtezoeker 7 graden vóór
hem. Zet je hoogtezoeker 7 graden vóór die hoogte, voor
die van de onderscheppingsjager.
O: Dat zou een contact moeten zijn.
H: Hallo toren?
A: Ja?
H: Hoe ziet het eruit? Vliegt hij nu ergens op af?
A: Zeer goed. Het ziet er goed uit.
H: Voegen de blips zich samen… Ik bedoel, uh…
A: Ja, hij komt nu samen met hem.
…
H: Okay, ga door… ga door. Ga zo ver als 25 tot
15 graden voor het doel.
O: Hé toren __________
A: Ze komen nu samen. Hij lijkt er een beetje zuid
van te zitten. Linkse draai, linkse draai. Zwakke linkerdraai. Hij is
laag en links. Dat ding gaat omhoog.
H: Toren, hoe zien de zaken er nu uit?
A: Hij zit te laag! Zoek hoger, zoek hoger. Zoek heel
erg hoog, dat ding gaat omhoog. Het gaat heel snel omhoog.
O: Het ziet ernaar uit dat het nu recht boven hem zit
en stijgende is.
H: Okay. Pedro kom terug. Kom terug naar de onderschepper.
…
A: Maar ik heb het object in het zicht. Het zit weliswaar
veel hoger dan het was.
H: Okay. Alpha Lima gaat klimmen naar 40.000.
A: Okay.
H: Okay, Pedro. Draai je hoogtezoeker naar 0-3-0 graden.
A: Laat Alpha Lima een landingslicht tonen.
…
O: Markeer die spot, Sherm. We zijn het mogelijke contact
op de zoekradar opnieuw kwijt.
A: Welke hoogte?
H: Okay. 0-1 moet nu 0-6-0 zijn voor 20.
…
H: Ik heb een mogelijk contact op de zoekradar gepeild
vanaf jouw station 0-7-5 voor 10.
SP: 0-7-5 op 10?
H: Roger. Iets te vinden daar?
SP: Ik heb er één op 0-7-5, kan _________
H: Roger.
SP: En hoog. Hij zit in onze blinde hoek nu.
H: Welke hoogtezoeker?
(Verschillende mensen spreken tegelijkertijd.)
O: Lans, dit is de toren.
H: Roger.
O: Dit is kapitein Clark. Heb je een hoogte van deze
dingen hier tot aan het oosten van Edwards?
H: Negatief. Het is onmogelijk om hen op de hoogtezoeker
te vinden. We proberen ze nu te peilen aan de hand van de onderschepper
die hen onderlangs passeert.
CC: Dat is goed.
H: Of in de buurt van hen. En we zijn niet in staat
om hen op dit moment op de hoogtezoeker te krijgen. Als je mij een geschatte
tijd geeft waarop hij onder ze door gaat, ik heb de verkenningsman stand-by
om die positie te markeren. Beide hoogtezoekers zoeken die omgeving
af.
…
H: Lichtgevend object op 12 uur?
A: Moet 12 uur zijn.
?: (Roept uit.) Lichtgevend object op 12 uur!
A: Ik heb hem een bocht van 10 graden naar bakboord
laten maken. Bakboord 0-6-0 graden.
H: 0-6-0 nu.
A: Hij passeert het nu rechts ervan.
…
H: Heb je nog iets anders in het vizier?
A: Nee meneer, alleen die twee die we probeerden te
onderscheppen. En vanuit de toren leek het alsof hij ze een heel eind
beneden hen passeerde.
H: Edwards?
A: Ja meneer.
H: Er zit er één ten zuidwesten van jou,
ongeveer op 3 mijl deze keer.
A: Hij zit op 3?
H: Juist ja, zuidoost en veel dichterbij. We hebben
een mogelijk contact daar met iets.
A: Een momentje, ik zie iets, ik zal er mijn verrekijker
op richten.
H: 1-2-0 graden.
A: Laat mij er even mijn verrekijker op richten.
H: Pedro, wat was de grondsnelheid van dat doel dat
jij had?
SP: Die ik je zojuist heb gegeven?
H: Juist.
SP: Ik weet het niet, ik scande hem twee keer en nu
is hij weg.
H: Twee keer een plaatje van hem en nu is hij weg?
Daar was ik al bang voor. Hallo toren? Hallo toren? Hmm. Meneer ik heb
er een hekel aan om een optimist te zijn, maar het lijkt erop dat die
snuiter ergens heen gaat.
…
H: Ik heb een mogelijk contact op de zoekradar hier.
…
A: Hij zit op 16.000 voet?
H: 16.000?
A: Juist. Meneer?
H: Roger, Juist. Het doel boven Edwards is op 16.000.
O: Je hebt het doel op 16.000?
H: Juist.
O: Dat is één - zes - duizend?
H: Dat is juist, 16.000. Pedro? Laat je hoogtezoeker
het automatisch volgen. En blijf zoeken. Houdt er een oogje op.
SP: Is dat een onveranderlijke 1-0-6?
H: Negatief. Dit is over een niet bepaalde tijdsperiode.
Het is uhh… ________ boven Edwards.
SP: Roger, ik zie het, we zullen het opnemen.
H: Blijf er naar kijken. De laatste keer dat we dat
deden splitste het zich. Herinner je je dat nog?
O: Je staat nog steeds op prismaopsporing?
H: Toren, kom terug op de lijn. Meneer. Ja. Dat doel
is van de radar verwenen.
…
H: Hij nadert het nu van voren.
O: Roger. Was je in staat daar een spoor uit af te
leiden?
H: Negatief. Edwards was wel in staat een spoor vast
te stellen… Heb je het nog steeds op de hoogtezoeker? Hallo toren?
A: Ja meneer.
H: 01 peiling 1-2-0 voor 10 nu.
A: 1-2-0 op 10. Wat voor hoogte?
H: Hij zakt nu naar 1-5.
A: Ik heb hier niets.
H: Okay, 01 heeft iets visueels, een flikkerend doel
onder zijn huidige positie.
A: Heeft hij er één?
H: Ja dat heeft hij.
A: Mooi zo. 0-0-8. Hij zit op de juiste plaats.
…
H: Laat me eens kijken, hij maakt een cirkelbeweging
nu. Het ziet eruit alsof hij stuurboord uit draait, direct over je heen.
A: Heeft hij een _______?
H: Hallo Edwards?
A: Ja?
H: Heb je 01 nu?
A: Ja die volg ik.
H: Is hij nog steeds in de buurt van het doel?
A: Ik kan niet definitief zeggen of dat een doel is.
We zagen het. We hebben waar hij naar keek, maar het lijkt niet op ahh,
flikkering van de toren. Ik denk dat we hebben waar hij naar kijkt.
We hebben iets daarbuiten. Ik kan niet zeggen wat het is. (Luid achtergrondlawaai
dat continue aanhoudt.)
A: Maar dat is niet een doel, huh?
A: Het lijkt niet op de andere. Het lijkt verder weg.
Het lijkt alsof hij nu over het gebied terugkomt. Hij beweegt nu naar
het westen van mij, is dat juist?
H: Zeg dat nog eens.
A: Hij is ten westen van mij nu, ja?
H: Roger.
O: Heeft de onderschepper contact gemaakt met dat doel
op 0-1-0?
H: Hij vloog er recht overheen… Ik denk niet
– ik weet niet hij wel of niet visueel contact maakte.
A: …het is stationair…
H: Is hij stationair?
A: Roger. 16.000.
…
H: Heb je nog steeds die knipperende op de radar?
SP: Ik heb hem nog steeds op zoeken staan…
?: Zoek eens op 1-0-9 en kijk wat je krijgt.
H: Je had hem op 16.000 toch, is dat juist?
SP: Juist. Hij is stationair, hij heeft geen graad
meer bewogen. Hij is nog steeds hetzelfde.
H: Oké. Zet die hoogtezoeker op automatisch.
Dan zal ik hem proberen te laten reageren.
SP: Doe ik.
…
A: We hebben hier radarcontact met je 1-3-0 positie
voor 12.
…
O: Voeren jullie een ETM(?. Vert.) op het
uit nu?
H: Ja zeker.
O: Ik heb er nu geen contact mee _______. Okay, heeft
01 een visueel contact met deze dingen?
A: Ja.
O: Okay, wij volgen Lima 01 niet meer.
A: Ik heb geen andere meer in het vizier.
H: Je bent ze allemaal kwijt hè. 01 zei dat
hij enkele reflecties vanaf de grond zag die leken te flikkeren.
A: Reflecties van de grond die leken te flikkeren?
H: Juist, vanaf de droge meerbedding.
A: Huh. Ik weet niet wat dat kan zijn – mijn
lichtbaken?
H: Nee hij weet hoe dat eruit ziet. Okay meneer, het
lijkt over te zijn en we sluiten deze lijn.
…
FS: Verdomd nog aan toe.
H: Hij ging er dwars doorheen, 15, 25 en 40.000 voet,
door deze visueel zichtbare objecten en uhh, naar alle waarschijnlijkheid
vloog hij er recht onder, volgens observaties vanaf de grond en visuele
observaties en ik registreerde niets dat er onder vloog.
FS: Okay, nou hartelijk bedankt. Het was in ieder geval
bijzonder interessant.
H: Ja, dat was het. Wij zijn net zo nieuwsgierig als
jullie zijn.
FS: Ja.
H: Ik denk dat we het nooit zullen weten.
FS: Ja, ik denk het ook. Okay, bedankt voor het oproepen.