PRINTBARE VERSIE

NICK POPE

Ambtenaar bij het Britse ministerie van defensie

Getuige in het ‘Disclosure Project’ september 2000

Vertaling: Paul Harmans maart 2005

Met toestemming vertaald



Nick Pope

Nick Pope is een ambtenaar die nog altijd werkt voor het Britse ministerie van defensie. Hij was gedurende een aantal jaren in de jaren negentig hoofd van de afdeling onderzoek en nasporing betreffende het UFO-fenomeen. In zijn getuigenis zullen we kennis nemen van onweerlegbaar bewijs van aanzienlijke objecten met buitengewone snelheden die werden waargenomen door militair personeel met onberispelijke kwalificaties en van objecten die werden gevolgd op radar en niet van aardse makelij waren. Hij bevestigt tevens de Bentwaters-zaak en andere gevallen in Engeland en erkent het bestaan van een uitgebreide regeringsdocumentatie betreffende het UFO-fenomeen. Mr. Pope ondersteunt totale openheid en eerlijkheid bij de UFO-zaak en vindt dat er een volledige openbaring zou moeten komen wat betreft alle UFO-informatie die door alle regeringen ter wereld wordt achtergehouden.

Nick Pope: Mijn naam is Nick Pope. Ik ben ambtenaar bij het Britse ministerie van defensie, waar ik in 1985 in dienst trad. Ik heb daar een aantal verschillende functies uitgeoefend, de meest relevante daarvan is toen ik van 1991 tot 1994 werd ingedeeld bij een afdeling met de naam ‘Secretariaat Lucht Staf’. Mijn taak daar was om het UFO-fenomeen voor de Britse regering te onderzoeken.


Britse ministerie van defensie

Ik ontving ergens tussen de twee- en driehonderd UFO-meldingen per jaar. Mijn taak was deze te evalueren en daarbij te beslissen of er enig bewijs inzat voor een bedreiging van de veiligheid van Groot-Brittannië. Na een grondig onderzoek bleek 90 tot 95% van deze waarnemingen een prozaïsche verklaring te hebben, maar we bleven zitten met een harde kern van waarnemingen die elke conventionele verklaring hoe dan ook kon weerstaan. Daaronder waren een aantal interessante waarnemingen gedaan door militair personeel, bijna botsingen tussen UFO’s en vliegtuigen, gevallen waarbij UFO’s waren gevolgd op radar en gevallen waarbij UFO’s waren gevangen op film en video.

Gedurende de jaren waarin de Britse overheid naar het UFO-fenomeen heeft gekeken, waren er talloze gevallen waarbij onafhankelijke doelen zijn gevolgd door militaire vluchtleiders en, zeer zeker, bij een aantal van deze gevallen werden er militaire vliegtuigen van een missie gehaald of liet men ze zelfs speciaal opstijgen om te pogen deze objecten te onderscheppen – niet met vijandige bedoelingen, maar meer om ze van dichtbij te kunnen identificeren. Welnu, ik moet zeggen dat wij tijdens dergelijke gevallen niet succesvol waren in onze pogingen een onderschepping tot stand te brengen. Onveranderlijk bleek dat de snelheid en de manoeuvreerbaarheid van de UFO’s ver boven de beste dingen uitging die wij met betrekking tot de luchtvaart hadden uitgevonden. Zij staken ons de loef af, eerlijk gezegd.

Bij gelegenheden waarbij militaire jets werkelijk een UFO achtervolgden - om te proberen opnames te maken met snelle camera’s of in een poging zo dichtbij te komen dat visueel contact mogelijk was en zodoende het mysterieuze toestel te identificeren – hebben deze dingen laten zien dat ze niet alleen in staat zijn om fenomenale snelheden te behalen, maar ook over de capaciteit beschikken om in een ogenblik te stoppen en om te draaien. Daarbij rijzen allerlei vragen over de G-krachten die impliciet zijn bij dergelijke manoeuvres. G-krachten die rechtuit, zelfs met de beste G-pakken, veel te groot zijn om te overleven door een mens. Dat zorgt op zichzelf al voor interessante vragen over wie deze dingen dan wel bedient.


G-pak NASA

Om een paar gevallen aan te halen die wel bijzonder indrukwekkend waren, denk ik dat men moet beginnen in 1956 met een radar- en visuele waarneming die plaats vond in het Bentwaters gebied. Overigens was dit ook een zaak die in Project Blue Book was opgenomen en als bijzonder gedetailleerd werd beoordeeld. Om een lang verhaal kort te maken, er waren gevechtsvliegtuigluchtverkeersleiders die op hun radar een object oppikten dat niet gemakkelijk was te identificeren als één van de eigen vliegtuigen. Dus ze keken er naar en oordeelden dat daar inderdaad een solide gestructureerd toestel door de lucht vloog. Het vloog met een fenomenale snelheid in vergelijking met onze eigen gevechtsvliegtuigen. Er werden straaljagers de lucht ingestuurd en inderdaad kregen de piloten het voor elkaar er dichtbij te komen en het object visueel waar te nemen. Zij beschreven het als een soort gestructureerd, mogelijk schijfvormig toestel, maar het was te snel en te manoeuvreerbaar voor hen om er echt een duidelijk zicht op te krijgen. En alweer stak het hen de loef af. Dit was een interessant voorbeeld – één van de vele waarbij deze toestellen snelheden en manoeuvres lieten zien waarvan wij slechts kunnen hopen ze ooit te kunnen behalen.

Om een veel modernere waarneming naar voren te halen kunnen we die nemen waarbij ik direct betrokken was bij het onderzoek. Op de 30ste en 31ste maart van 1993 vond er een serie UFO-ontmoetingen plaats boven Groot-Brittannië. De meest interessante is die waarbij twee luchtmachtbases werden overvlogen door een grote driehoekige of diamantvormige UFO. De twee bases die hierbij betrokken waren zijn RAF Cosford en RAF Shorebury in de Midlands.


RAF Cosford

Op RAF Cosford deed dit deel van de waarneming zich voor in de vroege uren van de 31ste om ongeveer 10 minuten over 1 in de morgen. De patrouillewacht op Cosford zag deze UFO rechtstreeks over de basis vliegen. Zij belden natuurlijk meteen voor een rapportage en merkten dat er interessant genoeg niets op de radar was te zien, ondanks dat dit ding recht over hun hoofd was gevlogen. Zij belden, net als andere mensen, hun collega’s op RAF Shorebury, die zo’n 10 of 12 mijl verderop ligt. De meteorologische officier nam de telefoon op. Je moet weten dat er slechts een kernbemanning aanwezig is op deze vestigingen, dus de meteorologische officier nam de telefoon op en ging naar buiten en dacht wellicht dat deze mensen een grap met hem uithaalden. Maar voorwaar, in de verte zag hij een helder licht dat zijn kant opkwam. Dat ding kwam dichter en dichterbij. De manier waarop hij het mij de volgende morgen beschreef, met beverige stem en emotioneel, was dat het leek op een massief, plat, driehoekig gevormd toestel, mogelijk een klein beetje verhoogd als een diamant, dat hem recht boven zijn hoofd passeerde, op een hoogte van misschien niet meer dan 200 voet, lichtelijk overhellend naar één kant en het bracht een laag brommend geluid voort wat hij niet alleen kon horen, maar ook voelen, zo zei hij.

Intrigerend was dat het toestel een smalle straal licht naar beneden naar het veld afvuurde, juist achter het hek dat rondom de basis staat. Hij vertelde dat het object op hem af kwam met een snelheid die niet hoger lag dan 20 of 30 mijl per uur, dus zeer langzaam. Plotseling werd het licht teruggetrokken in het toestel en ogenblikkelijk schoot het in slechts enkele seconden weg naar de horizon. Je moet hierbij wel in gedachten houden dat dit een luchtmachtofficier is met 8 jaar ervaring. Hij ziet elke dag van zijn leven vliegtuigen en straaljagers. Hij vertelde dat de snelheid van het object, toen het naar de horizon wegschoot, misschien wel tien keer sneller was dan die van een straaljager van de luchtmacht. Toen ik hem vroeg de grootte van het object te schatten, antwoordde hij met typisch militaire precisie dat die het midden hield tussen een C-130 Hercules transportvliegtuig en een Boeing 747 Jumbo jet.

Ik startte een uitgebreid onderzoek naar dit incident. In feite was dit een onderdeel van een hele serie waarnemingen die die nacht plaatsvonden in de gehele streek. Er waren niet alleen burgers bij betrokken, maar ook talloze politieagenten, met name in het zuidwesten van Engeland en in Wales, maar ook in de Midlands. Ik deed alle gebruikelijke onderzoeken. We lieten beslag leggen op de radarbanden en lieten die opsturen naar het hoofdgebouw van het ministerie van defensie. We deden alle onderzoeken die maar mogelijk waren – we controleerden zelfs satellietbanen en het terugkeren van ruimteafval in de atmosfeer tot astronomische fenomenen, meteorieten, vuurballen, oefeningen van militaire vliegtuigen, weerballonnen – hoe onwaarschijnlijk ook, we controleerden het. Dat was de filosofie erachter, je checkt alles in deze business.


Midlands

We bereikten echter niets en aan het eind van een week hard werken maakte ik een rapport op voor de hogere gelederen dat via mijn afdelingshoofd naar de secondant van de chef van de luchtstaf – een vice-maarschalk en twee sterren luchtmachtofficier ging. We gaven het aan hem en wij gaven fundamenteel aan dat het een ongeïdentificeerd toestel was – maar niet slechts een licht of vorm – een gestructureerd toestel van onbekende herkomst, en het was doorgedrongen in wat wij noemen de UK ADR (United Kingdom Air Defense Region).

In die specifieke nacht vloog het zonder op de radar te verschijnen, zonder dat er vliegtuigen voor de lucht in werden gestuurd en het vloog volledig ongestraft over twee militaire instellingen en over een groot deel van de rest van het land en verdween toen, al met al dus een onverklaarbaar object. De secondant van de chef van de luchtstaf dacht daar diep en heel lang over na. Ik denk dat het een Catch-22 situatie(? Vert.) was. Hij reageerde er op en zei: “Het is een zeer interessante zaak, maar jullie hebben alle onderzoek gedaan wat mogelijk is. Er is dus niets meer wat we kunnen doen, maar het is fascinerend.”

Ik denk dat als dat allemaal bij de hogere gelederen aankomt, we zeker een aantal meningen van mensen hebben veranderd wat betreft de aard van het UFO-fenomeen en we hebben, zo denk ik, een aantal hogere staatsambtenaren en militaire officieren die zich realiseren dat dit onder hun hoede gebeurde en dat het geen nonsens was.

Het UFO-fenomeen bestaat niet slechts uit wat lichten en vormen in de lucht. Het is echt, het is solide en zowel het leger als ieder ander kan erbij betrokken raken. Ik denk dat het voorgaande een van de meest significante voorvallen is geweest die in Groot-Brittannië zijn voorgevallen en het laat zien – als er inderdaad nog enige twijfel bestaat – dat er belangrijke vragen op het gebied van defensie en nationale veiligheid rijzen door het hele UFO-fenomeen.

Gedurende de jaren zijn er door militaire vliegtuigen een aantal films opgenomen met snelle camera’s. Helaas is het zo dat dergelijke films niet meer lijken te bestaan, maar één van mijn voorgangers, die de afdeling leidde waarop ik nu werk (de afdeling heette toen nog DS8, dat is Defensie Secretariaat 8), was een man met de naam Ralph Noyes. Hij is iemand die ook tijdens zijn functie bij het ministerie van defensie publiekelijk over het bestaan van UFO’s sprak en er bij iedereen die wilde luisteren op aandrong dat er een serieus fenomeen bestond en dat het een serieuze studie waard was. Welnu, Ralph zag deze stukjes film (afkomstig van de camera’s in militaire vliegtuigen). Ralph vertelde mij – en ik geloof dat zijn getuigenis ook zwart op wit staat – dat hij voor een briefing werd opgeroepen die was georganiseerd voor het hogere luchtmachtpersoneel en dat zij allemaal bijeen kwamen om te kijken naar opnamen die afkomstig waren van een achtervolging waarbij een militaire jet was opgestegen om een beter zicht te krijgen op een UFO. Ralph Noyes vertelde mij dat hij en de mensen van de luchtmacht bij elkaar zaten en met stokkende adem, vol verbazing keken en met ontzag naar het scherm wezen, maar er in wezen niets mee konden – behalve de onvoorwaardelijke acceptatie dat er dingen in ons luchtruim opereerden die over betere capaciteiten beschikten dan wij.

Wanneer ik dat zeg dan betrek ik daarbij natuurlijk ook het punt van prototypes, omdat één van de tegenwerpingen die vaak naar voren wordt gebracht bij het UFO-fenomeen de volkomen redelijke vraag is: Kan het zijn dat wat je zag, als je praat over gestructureerde toestellen met grote snelheden en buitengewone manoeuvres, het niet gewoon de nieuwe generatie vliegtuigen van de luchtmacht is, prototypes, of die nu bemand zijn of op afstand worden bestuurd? Uit hoofde van mijn functie bij het ministerie van defensie, waar ik de UFO-afdeling drie jaar beheerde, kan ik iedereen die dat punt naar voren brengt vertellen dat er altijd prototypes van vliegtuigen en apparaten zijn die wij besturen, maar wij weten wel waar we onze eigen probeersels uittesten. Wij testen die in zeer zorgvuldig gecontroleerde gebieden en binnen de gevarengrenzen en wij maken geen vergissingen tussen UFO’s en prototypes. Wij gaan geen UFO’s najagen als het een prototype is. Wij weten het verschil.

Dus als het publiek iets ziet, dan hangt het ervan af waar zij het ziet. Maar als we het hebben over militaire waarnemingen en als we praten over de onderzoekingen die ik daar naar deed - stel je voor dat ik daarbij stuitte op een test van een prototype, dan ‘A’ zou ik het hebben geweten en ‘B’ als ik het niet had geweten, dan zouden ze mij dat hebben verteld. Natuurlijk zouden ook wij vrij snel daarna weer buiten staan.

Engeland’s meest beroemde UFO-zaak is het Rendlesham Forest incident, waaraan ook wel wordt gerefereerd als de Bentwaters zaak. Hierbij waren een serie UFO-incidenten betrokken gedurende een aantal nachten in december 1980. Het vond plaats op luchtmachtbases van de Royal Airforce, maar deze werden bestuurd door de Verenigde Staten. Het waren RAF Bentwaters en RAF Woodbridge in Suffolk.


RAF Bentwaters

(Zie ook de getuigenis van Larry Warren, Lori Rehfeldt, Clifford Stone, Lord Hill Norton en anderen. SG)

Welnu, in deze zaak was er een serie van ontmoetingen waarbij enkele mensen lichten in de lucht zagen die buitengewone manoeuvres uithaalden, maar meer betekenisvol is dat in de eerste nacht van de activiteiten mensen een gestructureerd metalen toestel zagen bewegen – niet in de lucht – maar op grondniveau. Het bewoog zich door het Rendleshambos wat tussen de twee bases ligt. Op een bepaald moment leek dit kleine metaalachtige, ruwweg driehoekig gevormde toestel werkelijk naar beneden te komen en te landen op een bepaalde open plek in het bos.

Alle getuigen hierbij zijn militair personeel: zij zijn getrainde waarnemers, zij maken geen vergissingen. Sommige van de sceptici hebben aangevoerd dat het een waarneming was die op een vergissing is gebaseerd, het zou de nabijgelegen vuurtoren zijn geweest. Dat is nonsens om twee redenen: ten eerste: dit waren getrainde militaire waarnemers die bekend waren met de vuurtoren, zij zagen hem elke nacht op hun wacht en ten tweede: het was duidelijk dat op een bepaald moment tijdens de waarneming zowel de vuurtoren als de UFO zichtbaar was. Dus dit kon in geen geval enkel de vuurtoren zijn geweest zoals de sceptici soms beweren.


Vuurtoren Orford Ness

Ondanks dat dit geval tien jaar eerder had plaatsgevonden dan mijn betrekking op het ministerie van defensie, bekeek ik de zaak en nam de documentatie door. Ik probeerde het onderzoek naar deze zaak te heropenen. Het meest belangrijke was dat ik in feite in staat zou zijn om mij te concentreren op fysiek bewijs dat aantoonde dat er iets had plaatsgevonden, omdat, nadat dit toestel was geland, mensen bij daglicht teruggingen naar de landingsplaats en er in feite drie driehoekig gevormde afdrukken werden gevonden in de bodem van het bos. Wat ik daarmee bedoel is dat er drie afdrukken waren en als je daartussen lijnen trok, die precies de vorm van een gelijkzijdige driehoek vormden.

Eén van de dingen die was gedaan was het controleren van het gebied op straling. En dit is het punt waarop ik eraan ging werken. Ik nam de waarden die waren gemeten en het is belangrijk om te weten dat die waarden op twee plaatsen een piek vertoonden, die pieken lagen bij de indrukken in de bodem zelf en ook op de plaats waar wat schade was aan de zijde van wat bomen die rondom de open plek staan – het leek erop dat dat ding naar beneden was gekomen en wat takken had afgebroken en hier en daar ook wat boombast had afgeschraapt, dat kan natuurlijk ook gebeurd zijn tijdens het opstijgen.


Rendleshambos

Ik zond de waarden die in die tijd waren opgenomen door luitenantkolonel Charles Halt, die de plaatsvervangend commandant van de basis was en zelf getuige was van enkele van de incidenten, naar de radiologische beschermingsdienst van de defensie. Zij kwamen bij mij en ze waren eerlijk gezegd nogal verbijsterd door dit hele geval, en ze zeiden dat de straling rondom de indrukken in de grond tien keer hoger was dan normaal voor dat gebied. Het is natuurlijk belangrijk om te zeggen dat de niveaus van de straling relatief laag waren: Halt en zijn team hadden geen gevaar gelopen. Het was nog steeds straling van lage waarde. Maar opnieuw, als je het vanuit wetenschappelijk oogpunt bekijkt is dat niet van belang. Het punt is dat als je dit vergelijkt met de controlewaardes meteen buiten het gebied je deze piek hebt van tien keer meer straling precies op de plek waar het toestel op de bodem van het bos naar beneden kwam.


Luitenantkolonel Charles Halt

Ik denk dus dat dat extreem significant is, omdat het een waarneming betreft van getrainde militaire waarnemers en op een bepaald moment was dit toestel ook gevolgd op de radar van de dichtbijgelegen basis RAF Watten. Dus, we hebben een waarneming op radar, waarnemingen van getraind militair personeel en na het incident, in het volle daglicht, het niet te ontkennen, wetenschappelijk, methodologisch bewijs van de stralingsmetingen. Dat zou naar ieders maatstaf een uiterst belangrijk incident en bewijs zijn, denk ik. Zonder twijfel was daar in die bewuste nacht een onbekend toestel op die open plek in het bos geland.

Ik heb de getuigenverklaringen van het militaire personeel gezien en ik heb de getuigenissen gehoord van enkelen die erbij betrokken waren en die beweren dat er veel meer aan de hand was die bewuste nacht dan dat er opgenomen is in de documenten die terechtkwamen bij het ministerie van defensie.

Er zijn ook incidenten geweest waarvan wordt beweerd dat UFO’s een grote interesse toonden in civiele atoomcentrales, militaire installaties met nucleaire belangen, enz.

(Op het moment van de incidenten op Bentwaters stonden daar de kernraketten onder beheer van de Amerikanen. SG)

Gedurende mijn ambtstermijn op het Secretariaat Lucht Staf bij het ministerie van defensie hield ik er een zeer open benadering op na wat betreft de UFO-kwestie. Ik maakte er werk van om beslist open en eerlijk te zijn bij mijn officiële onderzoek dat ik deed en geen gegevens weg te laten. Ik geloof dat regeringen en militaire diensten en zeker privé-onderzoekers, politici – wie dan ook – alles openbaar moeten maken wat zij op dit terrein bezitten. Regeringen kunnen het volgens mij niet op beide manieren doen. Je kunt aan de ene kant niet zeggen, zoals vaak gebeurt, dat UFO’s niet van defensief belang zijn, maar aan de andere kant iets van de gegevens achterhouden. Dat kun je simpelweg niet doen. Je doet het op de ene, of op de andere manier. En als regeringen consequent volhouden, wanneer politici diep in dit onderwerp willen graven of wanneer de media een onderzoek willen doen, dat er werkelijk helemaal niets is om zich zorgen over te maken, nou okay dan, laat dan alle gegevens zien. Laat uitzoeken dat die beslissing een terechte is, bekrachtigd door een eersteklas onderzoek.

Ik ondersteun dat doel en ik geloof dat er een volledige openbaring zou moeten komen van alle UFO-informatie die door alle overheden ter wereld wordt achtergehouden. Ik meen dat er al enkele bemoedigende tekenen zijn die wijzen op een begin daarvan. Ik weet bijvoorbeeld dat vroeg in 2000 op een conferentie in San Marino, welke gedeeltelijk was gesponsord door het ministerie van toerisme daar, dus het had een beetje een officieel tintje, de Italiaanse luchtmacht een delegatie in functie, in uniform, stuurde om over UFO-voorvallen te spreken die gedurende de jaren waren ontvangen door de Italiaanse luchtmacht en het ministerie van defensie. Ik ben er ook van op de hoogte dat datzelfde gebeurde in Chili. Zoals ik al zei, mijn eigen inspanningen om zo open en eerlijk mogelijk te zijn op dit gebied en door gegevens vrij te geven aan het publiek hebben het onderwerp misschien al wat vooruitgeholpen.

Ja, ik ben een voorstander van totale openheid en oprechtheid op dit gebied. Het is duidelijk een heel belangrijk gebied: één dat belangrijke defensieve en nationale veiligheidsvraagstukken oplevert, maar dat zijn geen zaken die alleen door een kleine kliek van personen moet worden behandeld. Dit zijn zaken van wereldbelang, welke door iedereen besproken en aangepakt zouden moeten worden. En inderdaad kunnen we geen volledige en passende waardering krijgen voor de gegevens van het fenomeen zonder dat we allerlei soorten van disciplines samenbrengen – wetenschappers, politici, militaire experts.

Ik heb nooit een geheim gemaakt van het feit dat ik geloof dat sommige van deze UFO’s mogelijk van buitenaardse herkomst zijn. Ik weet dat dat een buitengewone verklaring is van een nog dienende officier op het ministerie van defensie. Ik maak er natuurlijk ook geen officiële aankondiging van – ik zeg het nu in de privé-sfeer – maar ik spreek wel op basis van drie jaar officieel onderzoek, drie jaar waarin ik keek naar alle nieuwe waarnemingen die binnenkwamen en naar de 250 of 300 ongewone gedocumenteerde gevallen die zowel bij het ministerie van defensie als bij het Public Record Office opgeslagen liggen en waarvan sommige in die tijd als geheim waren geclassificeerd. Dus ik doe dergelijke verklaringen niet zomaar en ik doe ze dus niet op basis van blind geloof. Ik doe ze op basis van de gegevens van de overheid.

Het is ook van belang om te benadrukken dat ik niet alleen sta in een dergelijke verklaring, dat ik zelfs binnen het ministerie van defensie in Groot-Brittannië en binnen de luchtmacht en inderdaad ook binnen de politieke gemeenschap niet de enige ben. Het ministerie van defensie is niet een grote ondeelbare organisatie, het is net zoals overal een verzameling van individuen. Dus wanneer je praat over de regering, het leger en de gemeenschap – ongeacht welke groepering – dan heb je het over een groep individuen. Ik heb ondervonden dat er in de ambtenarij zowel sceptici als gelovers zijn en er zijn meer gelovers in een buitenaardse aanwezigheid dan velen zullen vermoeden en in het bijzonder binnen de luchtmacht.

Als je er opuit gaat en je praat met leden van de luchtmacht van Engeland, dan vind je mensen waarvan de één een waarneming heeft gedaan en een ander heeft wellicht een onbekend object op de radar gezien of heeft het manoeuvres zien maken waartoe wij niet bij machte zijn. Zo heeft de één deze ervaringen zelf meegemaakt of kent wel iemand – een vriend, een collega – die hetzelfde heeft meegemaakt.

Aan het begin van mijn dienstbetrekking heb ik pogingen ondernomen een dialoog op te zetten met ambtgenoten en in het bijzonder die in Amerika. Ik schoot er niet veel mee op en ik geloof dat de Amerikanen officieel geen UFO-onderzoek meer doen nadat Project Blue Book in 1969 werd afgesloten. En ik heb eerlijk gezegd geen tijd meer gehad om er meer aan te doen en dat dieper uit te zoeken.

Steven Greer: Hoeveel medewerking kreeg u bij uw onderzoek van bijvoorbeeld de NSA faciliteit in Menwith Hill of van het National Reconnaissance Office satellietprogramma dat verkenningen doet? Ontving u enige bevestigingen van deze instellingen of medewerking?

Nick Pope: Daar wil ik liever niet over praten, over enig samenwerkingsverband met zekere agentschappen. Alles wat ik erover wil zeggen, in vrij algemene termen, is dat als ik een bijzonder interessante zaak had waarvan ik dacht dat ik assistentie van het een of andere agentschap nodig had, dat beschikte over een capaciteit of een stukje hardware, dan zou ik dat via andere kanalen doen. Maar echt, bij de meeste UFO-zaken die mijn kant op kwamen was ik tevreden met de middelen die ik tot mijn beschikking had. Ik deed dag in dag uit onderzoek waarbij ik gebruik maakte van nationale middelen zoals de UK Air Defense Regio radarstations, het ballistic missile early warning center op RAF Fylingdales en dergelijke. Ik ging niet veel verder dan dat.


RAF Fylingdales

Het volstaat te zeggen dat er gedurende de jaren een gestage stroom van zaken van goede kwaliteit was, die volgens mij elke observator met een open geest, die werkelijk naar de gegevens kijkt, ervan zal overtuigen dat er iets hier was dat beslist meer was dan slechts lichten in de lucht. En iets dat, ongeacht de beweringen die soms over het fenomeen worden gedaan, suggereert dat er iets van extreem defensieve aard voorvalt, niet alleen in het luchtruim van Groot-Brittannië, maar ik denk inderdaad overal ter wereld.

In Engeland liggen er bij het Public Record Office zo’n 30 UFO-files voor het publiek ter inzage. In totaal liggen er volgens mij zo’n 250 tot 300 UFO-files. Enkele daarvan waren als geheim geclassificeerd, maar die classificatie is nu opgeheven. Groot-Brittannië krijgt binnenkort haar eigen wet op vrijheid van informatie (Dat is reeds een feit en er zijn al bijzonder interessante documenten vrijgekomen. Vert.), ik hoop en geloof dat dan de meeste, zoniet alle, van de Britse regerings en militaire UFO-files binnenkort worden vrijgegeven. Wat er echter ligt is een grote hoeveelheid bewijs dat als dat eenmaal terechtkomt bij en bekeken wordt door een onpartijdige onderzoeker met enige militaire of wetenschappelijke ervaring, zal getuigen van de waarheid van dit fenomeen.

Eén belangrijk feit betreffende de Britse golf van waarnemingen in maart 1993, was dat het, exact op de nacht af, gebeurde drie jaar na de golf van waarnemingen in België en wat daar leidde tot het laten opstijgen van F-16’s. Dat gebeurde laat in de avond van de 30ste maart en in de vroege uren van de 31ste. Dat is dus één van die zeer interessante feiten, dat wellicht twee van Europa’s meest bijzondere UFO-golven feitelijk voorvielen in dezelfde nacht van het jaar, met drie jaar ertussen.

Ondanks dat het eerder gebeurde dan mijn betrokkenheid bij het fenomeen, vond één van de meest belangrijke golven van waarnemingen in Europa plaats in maart 1990 in België. Bij die gelegenheid werden er UFO’s gezien door grote aantallen mensen en werden getraceerd op radar, wat tot gevolg had dat er twee F-16 onderscheppingsjagers opstegen. Deze vliegtuigen pikten op hun radar ook de UFO’s op en zo vond gedurende een uur een intrigerend kat en muis spel plaats in het luchtruim boven België.

Ondanks dat het voorviel voordat ik de post op het Secretariaat Lucht Staf kreeg, nam ik alsnog contact op met de Britse luchtattaché in Brussel. Ik vroeg hem, alleen voor mijn eigen gemoedsrust en voor mijn achtergrondonderzoek, om de realiteit ervan te bevestigen. Hij had persoonlijk met één van de F-16 piloten gesproken en met de hoge militaire officier die erbij betrokken was, kolonel de Brouwer. En het bericht dat ik officieel via onze ambassade kreeg was: ja, dit incident gebeurde zoals het is gerapporteerd. Ja, er was een solide gestructureerd toestel daar, wat enkele manoeuvres maakte die de capaciteiten van de F-16’s volledig te boven ging. En er was een onofficiële opmerking bij dat er onder de Belgische luchtstaf de volgende verzuchting rondging: “Dank de hemel dat zij ons gunstig gezind waren.”


Kolonel de Brouwer met F-16 radarbeelden van de UFO

(Zie ook de getuigenis van Clifford Stone betreffende de Belgische gebeurtenissen en de officiële regeringsdocumenten. SG)

UFO PAGINA

Pagina Disclosure Project