Geachte Heer Luyben,
De allegorie van de T.U.-Delft-grot
Enkele jaren geleden is een mens, die vastgeketend zat met een groot aantal andere mensen in de grot van de Technische Universiteit Delft, door verder te denken dan geoorloofd is in die grot, losgeraakt van de ketenen, waarmee men zich daarin pleegt vast te leggen. De ketenen staan ook wel bekend als de wetten en regels van de "wetenschappelijke methode". Het is een methode met de meest harde ketenen, die bestaan. Ze zetten mensen zo volkomen vast op een zitplek, dat zij alleen recht voor zich uit kunnen kijken, naar de achterwand van de grot, waar van alles te zien is om ze bezig te houden. De mensen, die zich eenmaal met die methode hebben vastgeketend, bemerken dat vaak totaal niet meer, omdat ze volkomen gefixeerd raken door de beelden, die op de achterwand van die T.U.-Delft-grot te zien en te ervaren zijn. Volgens deze vastgeketenden zijn dat namelijk de beelden van de enige, èchte werkelijkheid. Toen
dan ook de mens, Coen Vermeeren, door verder na te denken, op het idee
kwam om de ketenen van de wetenschappelijke methode eens wat losser
te maken, had hij niet alleen de mogelijkheid om zich eens wat te ontspannen,
maar ook om eens om zich heen te kijken. En dat leidde ertoe dat hij
tenslotte opstond en eens buiten de T.U.-Delft-grot ging kijken. Dat
is op zich een menselijk recht, zelfs in de T.U.-Delft-grot. Nieuwsgierigheid
wordt namelijk toegejuicht. Maar blijkbaar toch niet zo ver als verwacht.
Het enige verschil tussen Plato’s grotmensen en de grotmensen van de T.U.-Delft is dat de laatsten, zogenaamde wetenschappers, zichzelf vrijwillig opsluiten en vastketenen in de grot, volgens de wetenschappelijke methode. Volgens hen is dat namelijk de enige manier en wijze om de werkelijkheid te zien en te ervaren, zoals zij ècht is. Uit deze allegorie blijkt onder andere dat mensen allerlei redenen hebben om in grotten te blijven leven. De belangrijkste reden is het gevoel van veiligheid. De grot wordt daarom ook be-paald en be-perkt met uitlatingen, zoals: Dit is, wat bestaat. Dat bestaat niet. Dat is onzin, dat is half-gaar enzovoorts. Zo wordt, ook wetenschappelijk, stelling genomen. Een ieder die het artikeltje van meneer Dap Hartmann in zijn column leest, getiteld: TUFO DELFT (internetreferentie (03-2-12): http://www.delta.tudelft.nl/artikel/tufo-delft/24330) zal zien dat er in het verhaal geen enkel wetenschappelijk argument wordt gebruikt om de ideeën van Dhr. Coen Vermeeren te ontkrachten. De enige dicht daartoe neigende opmerking is: "Om te bepalen hoe ver een object van je verwijderd is, moet je weten hoe groot het is of hoe snel het in transversale richting beweegt." Dat argument wordt gebruikt om een observatie van Dhr. Vermeeren te ontkrachten. Maar laten we even logisch doordenken. Als we allemaal elk moment van de dag en volkomen bewust met wetenschappelijke formules en berekeningen moeten uitzoeken hoe ver een auto van ons verwijderd is, of die voetganger, of die honkbal die, of dat onbekende object dat op ons afkomt, dan zouden we nog niet eens de helft kunnen doen van wat we nu dagelijks doen. En we zouden al platgereden zijn, met een hersenschudding in het ziekenhuis beland zijn en die voetganger dood gereden hebben, voordat we het zouden hebben uitgerekend. Gelukkig zijn wij in staat om dat soort vier-dimensionale berekeningen in een flits en volkomen onbewust te doen. We weten hoe groot dingen zijn, die op ons afkomen of ergens hangen, en we weten dat zelfs zonder verengd wetenschappelijke methodes en formules. En op het moment dat we zelf niet zeker zijn, weten we dat ook. En proberen we dat alsnog te berekenen of op andere wijze uit te vinden. Wat mij verder opvalt in het artikeltje, en dat is waarom ik dat ook in de bovenstaande allegorie heb gebruikt, is dat meneer Hartmann nogal veelvuldig termen toepast met betrekking tot "vreemdeling". Het kan zijn dat hij dit met opzet doet, omdat hij een bepaalde groepering mensen op zijn hand wil krijgen, maar het kan ook wijzen op een behoorlijke dosis angst. Hij gebruikt driemaal "buitenaardse griezel", tweemaal de term "aliens" en tweemaal de term "verblijfsvergunning". Ook de term "massamoordenaar" heeft hij nodig. Het geeft, bedoeld of onbedoeld, waar of niet waar, de indruk dat de angst van meneer Hartmann voor alles en iedereen, die niet tot zijn grot behoort, zeer groot is, omdat hij "aan de buitenkant meestal niet (kan) zien dat er aan de binnenkant een paar draadjes verkeerd gemonteerd zijn." Dus creëert hij samen met anderen een grot, waarin hij alleen de "normale mens" toelaat. Wat dat is, een normaal mens? Waarschijnlijk weet meneer H. dat iedereen haarfijn uit te leggen volgens de "wetenschappelijke methode". En wat is veiliger voor meneer H. als een T.U.-Delft-grot, waar zijn ideeën de waarheid en niets dan de waarheid zijn, en daaromheen nog een extra muur, die het "vreemde", maar vooral ook de "vreemdeling" weert met "verblijfsvergunningen". Dat is jammer. En dat is ook de reden dat ik mijn vertrouwen stel in Dhr. Coen Vermeeren en niet in meneer Hartmann. Ik ga er vanuit dat mensen, die zich met wetenschap bezighouden redelijk intelligent zijn. En dat zij daardoor geen woorden nodig hebben, zoals Dhr. Hartmann ze gebruikt. Ja, het is heel duidelijk dat Dhr. Hartmann kwaad is, dat verraadt ook zijn angst. Maar zijn angst en kwaadheid verraden tevens, dat hij geen bewijs kan overleggen. En zelfs dat is begrijpelijk. Maar nog geen reden om anderen niet de kans en de mogelijkheid te bieden om dat bewijs wel te vinden. En er tenminste open over te mogen denken en filosoferen. Ook en juist binnen de "gemeenschap van onderwijzers en academici", zoals de Nederlandstalige Wikipedia de universiteit omschrijft. Zelf beschouw ik de term altijd wat anders. Voor mij is ze afgeleid van het woord universum, wat staat voor heel-al, oftewel alle dingen in zijn geheel. Voor mij houdt een universiteit zich bezig met het onderzoek van ons universum, ons "hele al". Dat wil zeggen dat het letterlijk alles onderzoekt dat er is, ongeacht wat. Want alles wat zich daarin manifesteert van een snaartje en een quantumdeeltje tot een zwart gat, een mens, en een gedachte of fantasie is onderdeel van dat "hele al" en het dus waard om het te onderzoeken. Maar blijkbaar vergis ik mij. Blijkbaar is een universiteit inderdaad dat wat de Nederlandstalige Wikipedia ervan maakt, een "gemeenschap van onderwijzers en academici", en daarbij een zeer gesloten en close-minded gemeenschap. Dat wekt geen vertrouwen. Het enige argument van Dhr. Hartmann lijkt steeds een bewering te zijn van Carl Sagan: "Buitengewone beweringen verlangen buitengewoon bewijs". Deze bewering en uitspraak verlangt op zich ook eerst bewijs. Klopt die uitspraak en bewering? Is er bewezen dat "buitengewone beweringen" "buitengewoon bewijs" vereisen? Of is dat slechts een kreet om de discussie te doden? De wetenschap zelf treft het, ze kunnen allerlei "buitengewone beweringen" doen en er vervolgens naar hartelust "gewone" en "buitengewone bewijzen" voor gaan zoeken. De Big Bang, supersnaartjes, het universum is een hologram, donkere energie, donkere materie, het Higgs Boson zijn allemaal "buitengewone beweringen" van binnen de muren van de wetenschap. Zijn er al "buitengewone bewijzen"? Nee? Maar leiden die bewijzen er ook niet altijd toe dat ze "gewoon" worden? Doordat ze bewezen worden? Zelfs de bewering: "Niets kan sneller gaan dan het licht" is een buitengewone bewering geweest en is het nog. Want het is altijd mogelijk dat zeer veel ongezien en nog nooit waargenomen sneller gaat dan het licht. Ik volg wetenschappers daarom met evenveel interesse dan niet-wetenschappers. Ze zijn het allemaal waard om naar te luisteren. En als ze komen aandragen met een "buitengewone bewering", die blijkbaar voortkomt uit wereldwijde "waarnemingen", dan is er blijkbaar iets gaande. Er zijn al heel lang zeer veel, zelfs door niet-menselijke zintuigen, maar door zintuig-extensies, zoals het radar, bemerkenswaardige waarnemingen gedaan. Anekdotisch? Ja, zolang ze niet, zoals van de wetenschap verwacht mag worden, onderzocht worden. Dat begint bij verzamelen van waarnemingen. Op dat gebied is er al veel werk verricht. Buiten de wetenschap om. Desondanks blijven velen, niet allen, binnen de wetenschap dat verzamelde materiaal negeren. En tot daadwerkelijk gedegen onderzoek komt het niet. Behalve als het blijkbaar de wetenschap zelf uitkomt. En als iemand binnen die wetenschappelijke wereld dan eens oppert om dat toch te doen, hij is trouwens zeer zeker niet de enige, dan wordt hij al spoedig tot "gekkie" verklaard, een denigrerende term, hoe vaak Dhr. Hartmann ook zegt dat het niet zo is bedoeld. Dat is niet de manier, waarop mensen met elkaar omgaan. Het noemen van een clubje mensen met de naam "Skepsis" heeft geen enkele bewijslast, wie er ook in dat clubje zit en hoe beplakt met titels die ook mogen zijn. Scepsis betekent twijfel. Maar het clubje van "Skepsis" twijfelt niet. Het weet. Het is daarmee goddelijk hoog boven ons "gewone" mensen verheven, althans dat is de mening en "buitengewone bewering" van Dhr. Hartmann. Ik zou Dhr. Hartmann en veel andere wetenschappers ook voor "dom" kunnen betitelen, met hun theorie om te proberen door radiosignalen leven buiten onze Aarde te detecteren. Als niets sneller kan gaan dan het licht, dus ook radiosignalen niet, waar ben je als wetenschapper dan mee bezig? Waarom gebruik je dan geen detectie van lichtsignalen? Of waarom stuur je dan een Voyager in plaats van een pakketje licht? Heeft die zelfde Carl Sagan toch aan meegewerkt? En misschien is dat één van de dingen, die een buitenaardse intelligentie al doet? Misschien zijn een aantal waarnemingen van mensen, daarop terug te voeren? Is dat geen onderzoek waard? Met wetenschappelijke middelen en mogelijkheden en volgens de wetenschappelijke methode? Wordt het niet eens tijd om het echte recht van de twijfel toe te passen? En niet de al be-paalde en be-perkte werkelijkheid van een clubje niet sceptici, die zich "Skepsis" noemen en Dhr. Hartmaan, een astronoom die zich blijkbaar erg aangevallen voelt door wat andere mensen bezighoudt en onderzoeken willen? Tot slot eindig ik hopelijk op een wat plezieriger noot en toon. Misschien kent u de website. In ieder geval is dit het adres: http://symphonyofscience.com Ik wijs daarbij graag naar het nummer "We are all connected" en heb enkele uitspraken/beweringen uit de tekst in vet gemarkeerd. We are all connected. We hebben elkaar ook daarom op deze Aarde allemaal nodig en mogelijk in de toekomst tot ver daarbuiten. Maar we zullen dat nooit bereiken als we elkaar voor "gekkies" uit blijven maken en onszelf blijven opsluiten in deze en gene grot tot de tanden gewapend met stellingnames. Zonder echte, gerechtvaardigde twijfel, welke openlijk onderzoek verdient. (Carl Sagan's lyrics written by Carl Sagan, Ann Druyan and Steven Soter)
[Feynman] [Sagan] [Nye] [Sagan] Across
the sea of space I
find it elevating and exhilarating [deGrasse
Tyson] (Richard Feynman on hand drums and chanting) [Feynman] And
it's all really there
---------------------- Diverse
links naar relevante artikelen: |